Besluit  college van burgemeester en schepenen

Feiten, context en argumentatie

De burgemeester en schepenen kunnen op grond van artikel 38, §6 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad elektronische hulpmiddelen ter beschikking krijgen. Voor middelen met een duidelijk gemengd gebruik (bv. een smartphone) nemen de mandatarissen de abonnementskosten op zich.

Volgende richtlijnen met betrekking tot het ter beschikking stellen van een smartphone aan de burgemeester en schepenen werden vastgelegd in zitting van het college van burgemeester en schepenen van 10 april 2019:

• Er kan gekozen worden voor het basistoestel, zoals bepaald door de ICT-deskundigen.
• De aanvrager kan een ander - eventueel duurder - toestel aankopen. Hiervoor kan een schuldvordering worden ingediend voor maximaal de waarde van het toestel en maximaal 350 euro.

Verder bepaalde het college van burgemeester en schepenen op 10 april 2019 dat de burgemeester en schepenen één maal per twee jaar recht hebben op bovenvermelde tussenkomst. Bij een technisch defect kan het toestel eerder worden vervangen.
Deze vervangingsregeling is analoog met de regeling van toepassing op de personeelsleden.
Alle IT-middelen, aangekocht door gemeente Wevelgem, blijven eigendom van gemeente Wevelgem. De aanvrager verwerft geen enkel eigendomsrecht.
Bij neerlegging van het mandaat kan ervoor worden geopteerd om de IT-middelen die eigendom zijn van de gemeente terug in te leveren of over te kopen. De ICT-deskundige zal, met advies van de financieel directeur, de restwaarde bepalen. Voor de berekening van deze restwaarde zal rekening gehouden worden met het gemeentelijk deel en een redelijke afschrijvingstermijn. Dit bedrag zal gefactureerd worden.

Voor de burgemeester en schepenen bestaat er in de personenbelasting een speciaal kostenforfait ter compensatie van de extra kosten die de functie met zich meebrengt.
De bijdrage door de gemeente in de aankoop van een smartphone dient van dit speciaal kostenforfait in mindering gebracht te worden.

 

De vraag wordt gesteld of er geen voordeel van alle aard moet aangerekend worden aan de burgemeester en schepenen.

 

Volgens FOD Financiën is er geen voordeel van alle aard indien volgende voorwaarden cumulatief vervuld zijn:

• Tussenkomst in de aankoop van een toestel maximaal 1 keer per 3 jaar voor het professioneel gebruik van het toestel;
• De werknemer heeft zelf minimaal 100 euro bijgedragen;
• De werknemer kan dit bewijzen met een aankoopbon/factuur.

Ook de FOD Sociale Zekerheid bepaalt dat de werkgever maar om de 3 jaar mag tussenkomen in de kost voor de aankoop van het toestel.

 

In voorliggend geval:

• De burgemeester en schepenen hebben één maal per twee jaar recht op een tussenkomst;
• Het toestel wordt niet louter professioneel gebruikt, maar kan ook privé gebruikt worden;
• Het is ook niet altijd zeker dat er een eigen bijdrage van minstens 100 euro is.

 

Er wordt bijgevolg niet voldaan aan de voorwaarden die de fiscus oplegt om geen kwalificatie als voordeel van alle aard te hebben. Er is dus sprake van een voordeel van alle aard.

 

Er wordt voorgesteld om het voordeel van alle aard forfaitair als volgt vast te leggen:

• 36 euro per jaar (of 3 euro per maand) per toestel voor een mobiele telefoon;
• 48 euro per jaar (of 4 euro per maand) per abonnement voor een vaste of mobiele telefoon;
• 60 euro per jaar (of 5 euro per maand) voor een vaste of mobiele internetverbinding.

Dit zijn dezelfde bedragen die gebruikt worden voor de bepaling van het voordeel van alle aard van de personeelsleden.

In het geval van de burgemeester en de schepenen zou enkel een voordeel van alle aard van 36 euro per jaar (of 3 euro per maand) aangerekend worden en dit voor het toestel, gelet op het feit dat de burgemeester en schepenen zelf, conform artikel 38, §6, lid 2 van het huishoudelijk reglement, hun abonnementskosten betalen.

 

Het bedrag van de tussenkomst, met een maximum van 350 euro, wordt beschouwd als een kost eigen aan de werkgever.