De rechtspositieregeling en het arbeidsreglement van het gemeentepersoneel worden gewijzigd zoals voorgesteld.
Op 18 november 2022 werd de wet van 30 oktober 2022 houdende diverse bepalingen betreffende arbeidsongeschiktheid gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. De wet treedt in werking met ingang van 28 november 2022.
Artikel 2 van deze wet wijzigt artikel 31 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten en bepaalt dat een zieke werknemer tot driemaal per kalenderjaar geen geneeskundig voorschrift moet voorleggen voor de eerste dag arbeidsongeschiktheid. In voorkomend geval deelt hij de werkgever onmiddellijk mee op welk adres hij zal verblijven tijdens deze eerste dag van arbeidsongeschiktheid, tenzij dit adres overeenstemt met zijn gewoonlijke verblijfplaats die bij de werkgever gekend is.
Daar artikel 2 van bovenvermelde wet van 30 oktober 2022 een wijziging van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten inhoudt, is strikt gezien de nieuwe regeling enkel van toepassing op contractueel tewerkgesteld personeel.
In het kader van een gelijke behandeling wordt voorgesteld om de regeling door te trekken naar het statutair personeel. Dit houdt een wijziging van de rechtspositieregeling en van het arbeidsreglement van het gemeentepersoneel in.
Er wordt voorgesteld om artikel 253 van de rechtspositieregeling en artikel 24 van het arbeidsreglement van het gemeentepersoneel in die zin te wijzigen.
Er werd een protocol van akkoord afgesloten met ACV Openbare Diensten.
Artikel 1
Artikel 253 van de rechtspositieregeling wordt als volgt gewijzigd:
Art. 253. – Formaliteiten:
Het personeelslid brengt de leidinggevende of de personeelsdienst onverwijld op de hoogte van zijn arbeidsongeschiktheid.
Volgende regeling geldt:
In de andere gevallen moet het personeelslid wel een geneeskundig getuigschrift voorleggen aan de leidinggevende of de personeelsdienst en dit uiterlijk binnen de 2 werkdagen te rekenen vanaf het begin van de afwezigheid wegens arbeidsongeschiktheid of, in voorkomend geval in toepassing van voormeld punt 1., binnen de 2 werkdagen te rekenen vanaf de tweede dag arbeidsongeschiktheid, of, in voorkomend geval in toepassing van voormeld punt 2., binnen de 2 werkdagen te rekenen vanaf de dag volgend op de onderbroken arbeidsdag, behalve in geval van overmacht. De datum van poststempel of van het e-mailbericht is doorslaggevend.
Indien door de administratieve diensten niet gewerkt wordt, kan er steeds gebruik gemaakt worden van de brievenbus aan de hoofdingang van het gemeentehuis te Wevelgem.
Het geneeskundig getuigschrift maakt melding van de arbeidsongeschiktheid, alsmede van de waarschijnlijke duur ervan, de plaats van verblijf tijdens de ziekte wanneer die verschilt van het door de werkgever gekende adres, en of het personeelslid zijn plaats van verblijf al dan niet mag verlaten.
Behoudens in geval van overmacht kan het laattijdig bezorgen of overhandigen van het getuigschrift voor het contractuele personeel leiden tot het verlies van het recht op het gewaarborgd loon dat de werkgever voor de dagen van arbeidsongeschiktheid voorafgaand aan de dag van afgifte of verzending van het getuigschrift zou verschuldigd geweest zijn, in geval de dagen van afwezigheid tijdig zouden gerechtvaardigd geweest zijn als afwezigheid wegens arbeidsongeschiktheid.
Elke verlenging van arbeidsongeschiktheid moet gerechtvaardigd worden door een nieuw geneeskundig getuigschrift dat binnen de twee werkdagen na het verstrijken van de arbeidsongeschiktheid aan de personeelsdienst moet bezorgd worden. Het verwittigen moet gebeuren zoals beschreven onder lid 1 van huidig artikel.
Bij vervroegde diensthervatting na minder dan vier weken verwittigt het personeelslid onmiddellijk de leidinggevende of de personeelsdienst. Indien de arbeidsongeschiktheid langer duurt dan vier weken, dan dient het personeelslid eerst doorverwezen te worden naar de preventieadviseur-geneesheer.
De algemeen directeur kan elk lid van het personeel onderwerpen aan het toezicht van een door het college van burgemeester en schepenen aangestelde geneesheer (al dan niet van een controleorganisme).
De controlerende geneesheer begeeft zich bij het betrokken personeelslid. Het controle-onderzoek mag gebeuren gedurende de ganse periode van arbeidsongeschiktheid tussen 9 uur en 19 uur en dit op iedere werkdag van de week. Bij afwezigheid van de werknemer laat de controlearts bericht na, met mededeling van datum waarop de werknemer op controlebezoek moet gaan bij de controlearts.
Zo de afwezigheid de 14 dagen overschrijdt, kan op verzoek van het bestuur een nieuw verslag worden voorgelegd.
Bij verlenging levert de controlerende geneesheer eveneens een verslag aan de personeelsdienst.
Het personeelslid mag niet weigeren een door de gemeente aangewezen en betaalde controlearts, die voldoet aan de bepalingen van de wet van 13 juni 1999 betreffende de controlegeneeskunde, te ontvangen, noch zich door deze te laten onderzoeken.
Bij tegenstrijdige geneeskundige attesten zal, indien de behandelende geneesheer en de controlerende geneesheer niet tot een overeenkomst komen, een beroep gedaan worden op een derde geneesheer, genoemd arts-scheidsrechter.
De meest gerede partij geeft uitdrukkelijk mandaat aan de controlearts en de behandelende geneesheer voor aanduiding van deze arts-scheidsrechter uit een lijst van FOD WASO van erkende geneesheren. Indien geen akkoord wordt bereikt over de aanwijzing van een arts-scheidsrechter binnen de termijn van twee werkdagen, zal de meest gerede partij een arts-scheidsrechter kiezen uit een lijst van FOD WASO van erkende geneesheren.
De beslissing van de arts-scheidsrechter heeft een definitief karakter en verbindt de partijen.
Alle kosten van de scheidsrechterlijke procedure evenals de eventuele verplaatsingskosten van de werknemer zijn ten laste van de verliezende partij. Indien niet duidelijk is wie als verliezende partij moet worden beschouwd, b.v. in geval van vermindering van het aantal dagen arbeidsongeschiktheid, worden de kosten ten laste gelegd van het gemeentebestuur.
De betrokken partijen hebben de mogelijkheid om zich te wenden tot de arbeidsrechtbank.
Artikel 2
Artikel 24 van het arbeidsreglement wordt als volgt gewijzigd:
Art. 24. Formaliteiten:
De medewerker brengt de personeelsdienst of het diensthoofd onverwijld op de hoogte van zijn arbeidsongeschiktheid.
Bij melding aan het diensthoofd brengt deze de personeelsdienst onverwijld op de hoogte van de afwezigheid wegens ziekte. Bij melding aan de personeelsdienst brengt de personeelsdienst het diensthoofd op de hoogte.
Het diensthoofd moet iedere dag de personeelsdienst op de hoogte brengen van elke aanvang of verlenging van afwezigheid van een medewerker die onder zijn gezag is gesteld en hetzelfde geldt bij dienstherneming. Dit geldt evenwel niet voor een medewerker die in verlof is, tenzij het gaat om een verlof dat werd toegekend op de dag van aanvraag en opname.
De personeelsdienst kan verwittigd worden op volgend telefoonnummer: 056 433 430.
Volgende regeling geldt:
In de andere gevallen moet het personeelslid wel een geneeskundig getuigschrift voorleggen aan de leidinggevende of de personeelsdienst en dit uiterlijk binnen de 2 werkdagen te rekenen vanaf het begin van de afwezigheid wegens arbeidsongeschiktheid of, in voorkomend geval in toepassing van voormeld punt 1., binnen de 2 werkdagen te rekenen vanaf de tweede dag arbeidsongeschiktheid, of, in voorkomend geval in toepassing van voormeld punt 2., binnen de 2 werkdagen te rekenen vanaf de dag volgend op de onderbroken arbeidsdag behalve in geval van overmacht. De datum van poststempel of van het e-mailbericht is doorslaggevend.
Indien door de administratieve diensten niet gewerkt wordt, kan er steeds gebruik gemaakt worden van de brievenbus aan de voorgevel van het gemeentehuis te Wevelgem.
Het geneeskundig getuigschrift maakt melding van de arbeidsongeschiktheid, alsmede van de waarschijnlijke duur ervan, en of de medewerker zijn plaats van verblijf al dan niet mag verlaten.
De medewerker die tijdelijk elders verblijft dan op de verblijfplaats die bekend is bij de personeelsdienst, moet zijn tijdelijk adres op het geneeskundig attest vermelden. Iedere wijziging van verblijfplaats, zelfs tijdelijk, die zich nadien voordoet, moet onmiddellijk worden meegedeeld aan de personeelsdienst.
Behoudens in geval van overmacht kan het laattijdig bezorgen van het getuigschrift voor het contractuele personeel leiden tot het verlies van het recht op het gewaarborgd loon dat de werkgever voor de dagen van arbeidsongeschiktheid voorafgaand aan de dag van afgifte of verzending van het getuigschrift zou verschuldigd geweest zijn, in geval de dagen van afwezigheid tijdig zouden gerechtvaardigd geweest zijn als afwezigheid wegens arbeidsongeschiktheid. Hetzelfde geldt in geval het geneeskundig getuigschrift niet alle verplichte meldingen bevat.
Voor statutaire medewerkers kan op dezelfde wijze non-activiteit worden opgelegd.
Elke verlenging van arbeidsongeschiktheid moet gerechtvaardigd worden door een nieuw geneeskundig getuigschrift dat binnen de twee werkdagen na het verstrijken van de arbeidsongeschiktheid aan de personeelsdienst moet bezorgd worden. Het verwittigen moet gebeuren zoals beschreven onder lid 1 van huidig artikel.
Bij vervroegde diensthervatting na minder dan vier weken verwittigt de medewerker onmiddellijk de personeelsdienst.
Indien de arbeidsongeschiktheid langer duurt dan vier weken, dan dient de medewerker eerst doorverwezen te worden naar de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer.
Indien een medewerker vervroegd het werk wil hervatten, terwijl zijn periode van arbeidsongeschiktheid, minder dan 4 weken, nog lopende is, verwittigt hij hiervan de personeelsdienst op voorhand. De algemeen directeur, die hierover ingelicht wordt door de personeelsdienst, kan de werkhervatting afhankelijk maken van een onderzoek door de controlearts. Deze controle moet plaatsvinden voor de werkhervatting, dit is uiterlijk de laatste dag van de ziekteperiode.
De algemeen directeur kan elk lid van het personeel onderwerpen aan het toezicht van een door het college van burgemeester en schepenen aangestelde geneesheer (al dan niet van een controleorganisme).
De controlerende geneesheer begeeft zich bij de betrokken medewerker. Het controle-onderzoek mag gebeuren gedurende de ganse periode van arbeidsongeschiktheid tussen 9 uur en 19 uur en dit op iedere werkdag van de week. Bij afwezigheid van de werknemer laat de controlearts bericht na, met mededeling van datum waarop de werknemer op controlebezoek moet gaan bij de controlearts.
Zo de afwezigheid de 14 dagen overschrijdt, kan op verzoek van het bestuur een nieuw verslag worden voorgelegd.
De controlerende geneesheer bezorgt de personeelsdienst een verslag van de controle.
Bij verlenging levert de controlerende geneesheer eveneens een verslag aan de personeelsdienst.
De medewerker mag niet weigeren een door de gemeente aangewezen en betaalde controlearts, die voldoet aan de bepalingen van de wet van 13 juni 1999 betreffende de controlegeneeskunde, te ontvangen, noch zich door deze te laten onderzoeken.
Bij tegenstrijdige geneeskundige attesten zal, indien de behandelende geneesheer en de controlerende geneesheer niet tot een overeenkomst komen, beroep gedaan worden op een derde geneesheer, genoemd arts-scheidsrechter.
De meest gerede partij geeft uitdrukkelijk mandaat aan de controlearts en de behandelende geneesheer voor aanduiding van deze arts-scheidsrechter uit een lijst van FOD WASO van erkende geneesheren. Indien geen akkoord wordt bereikt over de aanwijzing van een arts-scheidsrechter binnen de termijn van twee werkdagen, zal de meest gerede partij een arts-scheidsrechter kiezen uit een lijst van FOD WASO van erkende geneesheren.
De beslissing van de arts-scheidsrechter heeft een definitief karakter en verbindt de partijen.
Alle kosten van de scheidsrechterlijke procedure evenals de eventuele verplaatsingskosten van de werknemer zijn ten laste van de verliezende partij. Indien niet duidelijk is wie als verliezende partij moet worden beschouwd, bijvoorbeeld in geval van vermindering van het aantal dagen arbeidsongeschiktheid, worden de kosten ten laste gelegd van het gemeentebestuur.
De betrokken partijen hebben de mogelijkheid om zich te wenden tot de arbeidsrechtbank.