Het aangepast meerjarenplan 2020-2025, deel gemeente, wordt vastgesteld.
Het betreft de vaststelling van de aanpassing van het geïntegreerd meerjarenplan 2020-2025.
Het voorstel tot aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 werd besproken op het managementteam van 24 november 2021.
Het voorstel tot aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 werd besproken op de gemeenteraadscommissie algemeen beleid en ondersteuning van 15 november 2021.
Artikel 1
De financiële nota van het aangepast meerjarenplan 2020-2025 kent volgende (geconsolideerde) resultaten:
2020 | 34 829 020 euro |
2021 | 28 552 489 euro |
2022 | 18 384 452 euro |
2023 | 13 532 807 euro |
2024 | 12 304 507 euro |
2025 | 10 109 923 euro |
2020 | 6 857 261 euro |
2021 | 2 735 104 euro |
2022 | 523 752 euro |
2023 | 917 422 euro |
2024 | 886 883 euro |
2025 | 859 400 euro |
2020 | 7 295 897 euro |
2021 | 3 407 157 euro |
2022 | 1 280 922 euro |
2023 | 1 681 496 euro |
2024 | 1 938 793 euro |
2025 | 2 128 189 euro |
Artikel 2
De gemeenteraad stelt het aangepaste meerjarenplan (deel gemeente) vast. De gemeenteraad wijzigt de kredieten van boekjaar 2021 en stelt tegelijkertijd de kredieten voor boekjaar 2022 vast voor het gedeelte van de gemeente.
Het aangepast meerjarenplan 2020-2025 wordt in zijn geheel definitief vastgesteld.
De gemeenteraad van heden stelde de meerjarenplanaanpassing 2020-2025 voor het deel van de gemeente vast.
De raad voor maatschappelijk welzijn stelde de meerjarenplanaanpassing 2020-2025 voor het deel van het OCMW vast.
Artikel 1
Het deel van de meerjarenplanaanpassing 2020-2025, zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 10 december 2021, wordt goedgekeurd.
Hierdoor is de aanpassing van het meerjarenplan in zijn geheel definitief vastgesteld.
Artikel 2
De financiële nota van het aangepast meerjarenplan 2020-2025 kent volgende (geconsolideerde) resultaten:
2020 | 34 829 020 euro |
2021 | 28 552 489 euro |
2022 | 18 384 452 euro |
2023 | 13 532 807 euro |
2024 | 12 304 507 euro |
2025 | 10 109 923 euro |
2020 | 6 857 261 euro |
2021 | 2 735 104 euro |
2022 | 523 752 euro |
2023 | 917 422 euro |
2024 | 886 883 euro |
2025 | 859 400 euro |
2020 | 7 295 897 euro |
2021 | 3 407 157 euro |
2022 | 1 280 922 euro |
2023 | 1 681 496 euro |
2024 | 1 938 793 euro |
2025 | 2 128 189 euro |
Raming: 206 636,72 euro (excl. btw), hetzij 250 030,43 euro (incl. btw).
Onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking (herhalingsopdracht).
De gemeenteraad verleende in zitting van 14 februari 2020 goedkeuring aan het bestek met nr. 2863/00420 van de oorspronkelijke opdracht 'aanleg en heraanleg wegen op diverse plaatsen 2020' en de plaatsingsprocedure, met name de openbare procedure.
In het oorspronkelijke bestek met nr. 2863/00420 is de mogelijkheid opgenomen de opdracht te herhalen ingevolge een onderhandelingsprocedure volgens artikel 42, §1, 2° van de wet van 17 juni 2016 op de overheidsopdrachten, zijnde het gunnen van nieuwe werken, bestaande uit een herhaling van soortgelijke werken, aan de aannemer waaraan de eerste opdracht werd gegund door dezelfde aanbestedende overheid bij een in artikel 35, eerste lid, bedoelde procedure, op voorwaarde dat deze werken overeenstemmen met het basisproject. De gunning van de herhalingsopdracht moet gebeuren binnen 3 jaar na de sluiting van de oorspronkelijke opdracht.
Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 29 april 2020 de oorspronkelijke opdracht gegund aan Van Robays nv.
De gemeenteraad gaf in zitting van 11 december 2020 goedkeuring aan de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking (herhalingsopdracht) waarbij de opdrachtnemer van de oorspronkelijke opdracht werd uitgenodigd om een offerte in te dienen (eerste herhaling).
In het kader van de herhalingsopdracht 'aanleg en heraanleg wegen op diverse plaatsen 2022' werd een bestek met nr. 2686/05621 opgesteld door de heer Lucas Vanneste, diensthoofd Openbare Infrastructuur en Mobiliteit (tweede herhaling).
De uitgave voor deze herhalingsopdracht wordt geraamd op 206 636,72 euro (excl. btw), hetzij 250 030,43 euro (incl. btw).
De uitgave voor deze opdracht wordt aangerekend op rekening 0200-00/224007/IP-OVERIG en rekening 0310-00/227007/IP-OVERIG van het investeringskrediet.
Artikel 1
Het bestek met nr. 2686/05621 en de raming voor de opdracht 'aanleg en heraanleg wegen op diverse plaatsen 2022', opgesteld door de heer Lucas Vanneste, diensthoofd Openbare Infrastructuur en Mobiliteit, worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 206 636,72 euro (excl. btw), hetzij 250 030,43 euro (incl. btw).
Artikel 2
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking (herhalingsopdracht) en zonder een beroep te doen op de mededinging. De opdrachtnemer van de oorspronkelijke opdracht wordt uitgenodigd om een offerte in te dienen.
De lijst van nominatieve subsidies voor 2022 en een bijkomende nominatieve subsidie voor 2021 worden goedgekeurd.
Volgens de BBC-regels behoort het overzicht van de toegestane werkings- en investeringssubsidies tot de documentatie bij het meerjarenplan. Deze lijst is raadpleegbaar via www.wevelgem.be/meerjarenplan2020-2025.
Overeenkomstig artikel 41, 2de lid, 23° van het decreet lokaal bestuur is het vaststellen van subsidiereglementen en het toekennen van nominatieve subsidies een (niet-delegeerbare) bevoegdheid van de gemeenteraad.
Artikel 1
Keurt een bijkomende nominatieve subsidie voor 2021 goed als volgt:
709 |
|
Overige culturele instellingen |
750,00 |
649606 |
Toelage boek 'De geschiedenis van Wevelgem' |
750,00 |
Artikel 2
Keurt de lijst met nominatieve subsidies voor 2022 goed als volgt:
BI |
AR |
Omschrijving |
Bedrag 2022 |
|
|
|
|
110 |
|
Secretariaat |
100,00 |
|
649606 |
Toelage Exello.net regio Kortrijk |
100,00 |
111 |
|
Fiscale en financiële diensten |
75,00 |
|
649606 |
Toelage Vlofin – Arr. Kortrijk - Ieper |
75,00 |
112 |
|
Personeelsdienst en vorming |
500,00 |
|
649606 |
Toelage vereniging voor gepensioneerde gemeentepersoneelsleden |
500,00 |
160 |
|
Hulp aan het buitenland |
6 560,00 |
|
649606 |
Toelage Wereldwinkel |
4 060,00 |
|
649606 |
Toelage 11.11.11 |
2 500,00 |
350 |
|
Klimaat en energie |
34 125,00 |
|
649606 |
Toelage fietsbieb Gullegem |
2 500,00 |
|
649606 |
Convenanten DIT (Duurzaamheid, Inclusie, Toegankelijkheid) |
31 625,00 |
420 |
|
Dienst 100 |
1 000,00 |
|
649606 |
Toelage Instituut Medische Dringende Hulpverlening |
1 000,00 |
500 |
|
Handel en middenstand |
11 925,00 |
|
649606 |
Toelage Tuinhier : jeugdprijskamp Bloemenmarkt |
175,00 |
|
649606 |
Toelage vzw Wevelgem Centrum |
11 750,00 |
530 |
|
Land- en Bosbouw |
250,00 |
|
649606 |
Toelage Agrarische Bedrijfshulp vzw |
250,00 |
709 |
|
Overige culturele instellingen |
500,00 |
|
649606 |
Nationaal verbond van Oudkrijgsgevangenen Moorsele-Gullegem-Wevelgem |
250,00 |
|
649606 |
Vlaamse Oudstrijders Lode De Boninge Wevelgem |
250,00 |
710 |
|
Feesten en plechtigheden |
25 000,00 |
|
649606 |
Toelage vzw Gemeentelijke Carnavalsorde Gullegem, Orde van de Vlaskapelle |
21 000,00 |
|
649606 |
Toelage De Stekselorde |
1 000,00 |
|
649606 |
Toelage Wijkfeest Ter Walle |
3 000,00 |
712 |
|
Festivals |
30 000,00 |
|
649606 |
Toelage vzw Kokopelli |
20 000,00 |
|
649606 |
Toelage vzw Kokopelli - personeel |
10 000,00 |
719 |
|
Overige evenementen |
20 900,00 |
|
649606 |
Toelage Tuinhier Gullegem (voor keuring) |
300,00 |
|
649606 |
Toelage Tuinhier Wevelgem (voor keuring) |
300,00 |
|
649606 |
Toelage Tuinhier Moorsele (voor keuring) |
300,00 |
|
649606 |
Toelage Tuinhier Gullegem, Wevelgem, Moorsele (kadobon) |
4 000,00 |
|
649606 |
Zomerprogrammatie Jeugdclub Ten Goudberge |
4 000,00 |
|
649606 |
Toelage BOS – Wilde Westen vzw |
6 000,00 |
|
649606 |
Toelage vzw Flanders Aviaton Society |
3 000,00 |
|
649606 |
Toelage Vliegveld Moorsele vzw |
3 000,00 |
740 |
|
Sport |
2 400,00 |
|
649606 |
Gullegemse Duivenmaatschappij |
250,00 |
|
649606 |
De Vlaamse Zangers Moorsele |
250,00 |
|
649606 |
De Vlasvink Wevelgem |
250,00 |
|
649606 |
Vogelclub De Leeuwerik Gullegem |
250,00 |
|
649606 |
Toelage Mountainbikeclub Osantus (mountainbiketocht) |
125,00 |
|
649606 |
WTC De Bondtrappers (mountainbiketochten) |
250,00 |
|
649606 |
KWB Moorsele (mountainbiketocht) |
125,00 |
|
649606 |
Toelage TTC Jong Gullegem |
900,00 |
750-00 |
|
Jeugdsector- en verenigingsondersteuning |
3 000,00 |
|
649606 |
Toelage jeugdfeesten |
3 000,00 |
820-01 |
|
Deeltijds kunstonderwijs – muziekschool |
1 240,00 |
|
649606 |
Toelage Akoestiek vzw |
1 240,00 |
909 |
|
Andere sociale bijdragen |
350,00 |
|
649606 |
Toelage Teledienst vzw |
350,00 |
980 |
|
Sociale geneeskunde, gezondheidspromotie en ziektepreventie |
680,00 |
|
649606 |
Toelage Werkgroep Kom op tegen Kanker |
380,00 |
|
649606 |
Toelage Wiegewijs vzw |
150,00 |
|
649606 |
Toelage SVV-Viva |
150,00 |
De dotatie aan de politiezone Grensleie, ten laste van de gemeente Wevelgem, wordt vastgesteld op 4 090 741 euro.
De gemeente Wevelgem maakt deel uit van de politiezone Grensleie (Menen - Ledegem - Wevelgem).
De dotatie van de gemeente Wevelgem aan de politiezone Grensleie, voor het dienstjaar 2022, opgenomen in het ontwerp van politiebegroting 2022 dat geagendeerd wordt voor de politieraad van 16 december 2021, wordt begroot op 4 090 741 euro. In de documentatie bij de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 (2022) is een dotatie aan de politiezone van 4 090 741 euro opgenomen.
Met dit akkoord wordt uitvoering gegeven aan volgend actieplan uit het meerjarenplan 2020-2025: 'Het lokale veiligheidsbeleid wordt gerealiseerd, waarvoor sterk samengewerkt wordt met de partners in de politie- en de hulpverleningszone'.
De gemeentelijke dotatie voor de politiezone Grensleie wordt voor het dienstjaar 2022 vastgesteld op 4 090 741 euro.
De aanvullende belasting op de personenbelasting voor aanslagjaar 2022 wordt vastgesteld op 6,8%.
Het huidige reglement op de 'aanvullende personenbelasting' eindigt op 31 december 2021 en moet bijgevolg opnieuw vastgesteld worden. De financiële toestand van de gemeente vergt de invoering van alle rendabele belastingen. Het verder innen van deze belasting is noodzakelijk om het financiële evenwicht te verzekeren.
Voor 2022 is geen aanpassing van het tarief voorzien. Het tarief blijft behouden op 6,8%.
De ontvangsten worden geboekt op rekening 0020-00/730100 van het exploitatiekrediet.
Artikel 1
Voor het aanslagjaar 2022 wordt een aanvullende belasting op de personenbelasting gevestigd ten laste van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente op 1 januari van het aanslagjaar.
Artikel 2
De belasting wordt vastgesteld op 6,8% van de overeenkomstig artikel 466 van het wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 berekende grondslag voor hetzelfde aanslagjaar. Die belasting wordt gevestigd op basis van het inkomen dat de belastingplichtige heeft verworven in het aan het aanslagjaar voorafgaande jaar.
Artikel 3
De vestiging en de inning van de gemeentelijke belasting zullen door het toedoen van het bestuur der directe belastingen geschieden, zoals bepaald in artikel 469 van het wetboek van de inkomstenbelastingen 1992.
De opcentiemen op de onroerende voorheffing voor aanslagjaar 2022 worden vastgesteld op 1 133,50 opcentiemen.
Het huidige reglement op de 'opcentiemen op de onroerende voorheffing' eindigt op 31 december 2021 en moet bijgevolg opnieuw vastgesteld worden. De financiële toestand van de gemeente vergt de invoering van alle rendabele belastingen. Het verder innen van deze opcentiemen is noodzakelijk om het financiële evenwicht te verzekeren.
Voor 2022 is geen aanpassing van het tarief voorzien. Het huidige tarief van 1 133,50 opcentiemen op de onroerende voorheffing blijft behouden.
De ontvangsten worden geboekt op rekening 0020-00/730000 van het exploitatiekrediet.
Artikel 1
Er worden voor het aanslagjaar 2022 duizend honderddrieëndertig en vijftig honderdsten (1 133,50) opcentiemen op de onroerende voorheffing geheven.
Artikel 2
De vestiging en de inning van de gemeentelijke opcentiemen zullen door het toedoen van de Vlaamse Belastingdienst geschieden, zoals bepaald in
artikel 3.1.0.0.4 van het decreet houdende de Vlaamse codex fiscaliteit.
Een aantal retributietarieven uit het retributiereglement recyclagepark wordt gewijzigd.
De gemeenteraad keurde het retributiereglement recyclagepark goed op 8 november 2013, met wijzigingen op 12 december 2014, 12 februari 2016, 9 december 2016, 8 december 2017, 14 december 2018, 13 december 2019 en 13 november 2020.
De raad van bestuur van MIROM Menen (Mirom) heeft op 30 september 2021 de lijst met retributies/contantbelastingen voor 2022 vastgelegd. Een aantal retributietarieven werden aangepast. Er wordt gevraagd aan de respectievelijke gemeenten die lid zijn van Mirom om deze aangepaste retributies goed te keuren.
Artikel 1
Artikel 3 van het retributiereglement recyclagepark (zoals goedgekeurd door de gemeenteraad van 8 november 2013 en na wijziging door de gemeenteraad van 12 december 2014, 12 februari 2016, 9 december 2016, 8 december 2017, 14 december 2018, 13 december 2019 en 13 november 2020) wordt hervastgesteld als volgt:
§1. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen afvalstoffen die steeds gratis zijn, betalende afvalstoffen met vrijstelling en betalende afvalstoffen zonder vrijstelling.
§2. Volgende afvalstoffen zijn steeds gratis (groene groep):
Elektro (AEEA, afgedankte elektrische en elektronische apparaten) |
Elektriciteitskabels |
Frituurolie |
Glazen flessen en bokalen (glasbol) |
KGA (batterijen, motorolie, TL-lamp, …) |
Kurk |
Matras |
Metaal |
Papier en karton |
PMD (verplicht in PMD-zak) |
Textiel |
Restafval (verplicht in restafvalzak) |
§3. Volgende afvalstoffen zijn betalend maar met vrijstelling zoals bedoeld in artikel 4 (oranje groep):
|
Retributie |
Aarde |
40 euro/1 000 kg |
Asbestcement |
190 euro/1 000 kg |
Personenwagenbanden |
70 euro/1 000 kg |
Gips |
145 euro/1 000 kg |
Harde plastic |
275 euro/1 000 kg |
Hout |
85 euro/1 000 kg |
Niet recycleerbaar afval |
80 euro/1 000 kg |
Piepschuim |
135 euro/1 000 kg |
Piepschuim (1 500 l zak) |
1,35 euro per zak |
Steenpuin |
25 euro/1 000 kg |
Tuinafval |
50 euro/1 000 kg |
Vlak glas |
45 euro/1 000 kg |
§4. Volgende afvalstoffen zijn betalend zonder vrijstelling (rode groep):
|
Retributie |
Brandbaar grofvuil (particulieren) |
200 euro/1 000 kg |
Artikel 2
Handhaaft voor het overige zijn reglement.
Artikel 3
Deze wijziging is van toepassing vanaf 1 januari 2022.
Artikel 4
Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de coördinatie van het retributiereglement recyclagepark.
Het reglement houdende gemeentelijke maatregelen die de financiële gevolgen van de maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, milderen (ter) wordt goedgekeurd.
De Wereldgezondheidsorganisatie riep de noodtoestand uit inzake de openbare gezondheid op internationaal niveau op 30 januari 2020 n.a.v. het coronavirus.
De uitbraak en verspreiding van het coronavirus (COVID-19) is ondertussen een wereldwijd gegeven waarbij een structurele aanpak aangewezen is, niet alleen in functie van de ernst van de uitbraak, maar vooral met het oog op het beperken en indijken van de verspreiding ervan.
De federale fase van het rampenplan werd afgekondigd en vanuit de Nationale Veiligheidsraad werden een resem maatregelen afgekondigd die ingingen vanaf 13 maart 2020 24.00 uur, en ondertussen herhaaldelijk werden bijgestuurd naargelang de fase waarin de pandemie zich bevindt. Op 29 oktober 2021 werd ook de epidemische noodsituatie betreffende de coronavirus COVID-19 pandemie afgekondigd (koninklijk besluit van 28 oktober 2021).
Ook vanuit Vlaanderen en de provincie werden, naargelang de fase waarin de pandemie zich bevindt, maatregelen uitgevaardigd.
De gemeenteraad hechtte op 12 juni 2020 zijn goedkeuring aan een hele reeks maatregelen ter ondersteuning van lokale economie, verenigingen en evenementen, het maatschappelijk welzijn en andere belanghebbenden naar aanleiding van de coronacrisis. De raad voor maatschappelijk welzijn bevestigde deze maatregelen voor zover ze tot de bevoegdheidssfeer van het OCMW behoren.
De gemeenteraad keurde op 3 juli 2020 een eerste zgn. 'relance-/compensatiebeslissing' (reglement houdende gemeentelijke maatregelen die de financiële gevolgen van de federale maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, milderen) goed. Artikel 1 van dit reglement bepaalt dat 'behoudens andersluidende bepaling de gemeentelijke maatregelen van toepassing zijn van 13 maart 2020 tot en met 31 oktober 2020 en op alle activiteiten en gebeurtenissen die gepland waren in de periode vanaf 13 maart 2020 tot en met 31 oktober 2020.' Overeenkomstig het tweede lid van dit artikel kon het college van burgemeester en schepenen de einddatum van 31 oktober 2020 op een later tijdstip vaststellen. In afwachting van een nieuw voorstel van maatregelen (dat op 11 december 2020 werd voorgelegd aan de gemeenteraad) verlengde het college van burgemeester en schepenen op 29 oktober 2020 alvast de einddatum van 31 oktober 2020 tot en met 31 december 2020, behoudens eerdere opheffing door de gemeenteraad.
De gemeenteraad keurde op 11 december 2020 een tweede zgn. 'relance-/compensatiebeslissing' (reglement houdende gemeentelijke maatregelen die de financiële gevolgen van de maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, milderen (bis)) goed. De daarin beschreven maatregelen golden tot en met 30 juni 2021 (behoudens andersluidende bepaling).
Daar waar, door de volgehouden inspanningen en de lopende vaccinatiecampagne, eerder belangrijke versoepelingen waren doorgevoerd, hernam het vrijetijdsleven ook zijn normale(re) gang en werden de bijzondere maatregelen zoals eerder goedgekeurd door de gemeenteraad op 11 december 2020 niet verlengd na 30 juni 2021.
Helaas woedt de pandemie nog altijd en ondergaan we opnieuw een golf (de zgn. vierde golf), zo werden op 27 november 2021 opnieuw federale verstrengde maatregelen afgekondigd en voorspellen experts en politici dat 'we nog een tijd met het virus zullen moeten leven'. Het is duidelijk dat de coronapandemie en zijn gevolgen nog enige tijd de maatschappij zullen beheersen.
De onzekerheid voor organisatoren door deze pandemie is groot. Daar waar het zomerreces, mede door de vaccinatiecampagne, zeker perspectieven bood voor organisatoren, werd het 'rempedaal' nooit volledig gelost bij de heropstart van de vrijetijdsactiviteiten vanaf 1 september 2021. Ondertussen werden opnieuw activiteiten en evenementen geannuleerd. Heel wat activiteiten en evenementen op korte(re) termijn dreigen niet te kunnen doorgaan of zullen in de komende tijd niet doorgaan of enkel onder beperkende maatregelen, zeker nu gelet op de zgn. vierde golf. Ofwel zijn ze niet toegelaten, omwille van federale, Vlaamse, provinciale of gemeentelijke maatregelen ter beperking van de verspreiding van het coronavirus, ofwel komt de voorbereiding van de activiteit in het gedrang ofwel gelden er beperkende maatregelen. Er heerst heel wat onzekerheid omtrent de duurtijd en de impact van de maatregelen en de wijze waarop ze zullen versoepelen, desgevallend opnieuw verstrengen. Ook blijft het voor heel wat organisatoren onduidelijk hoe de maatschappelijke reactie zal zijn na (alweer) een (nieuwe) versoepeling.
De respectieve bestuursniveaus nemen, waar gepast, maatregelen om de financiële druk op particulieren en ondernemingen enigszins op te vangen. Ook als lokaal bestuur wordt erover gewaakt om de financiële druk op particulieren en ondernemingen op het grondgebied te reduceren.
Eerder werden in een werkgroep met vertegenwoordigers vanuit alle fracties (centrale stuurgroep corona) de gemeentelijke maatregelen (die de financiële gevolgen van de maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, milderen) voorbereid en besproken. Dergelijke voorbereiding was op heden niet mogelijk. Deze vierde golf heeft eerder onverwacht toegeslagen - op een ogenblik dat zelfs geopperd werd om de federale fase op korte termijn te beëindigen - en dit niettegenstaande de positieve vaccinatiegraad in Vlaanderen. Hoewel de gestrengheid van maatregelen (voorlopig) niet even strikt is als in eerdere golven, wordt toch voorgesteld om een aantal maatregelen te (her)nemen.
Aangezien deze zgn. vierde golf geen aanleiding geeft tot een volledige stillegging van het publieke, economische en vrijetijdsleven, wordt dus voorgesteld om het aantal maatregelen voorlopig te beperken. Desgevallend kan dan in een volgende gemeenteraad, na voorafgaand overleg in de centrale stuurgroep corona, een nieuwe 'relance-/compensatiebeslissing' genomen worden. De epidemische noodsituatie betreffende de coronavirus COVID-19 pandemie werd afgekondigd (tot nader orde) tot en met 28 januari 2022 en de maatregelen zoals vastgesteld in het koninklijk besluit van 28 oktober 2021 houdende de nodige maatregelen van bestuurlijke politie teneinde de gevolgen voor de volksgezondheid van de afgekondigde epidemische noodsituatie betreffende de coronavirus COVID-19 pandemie te voorkomen of te beperken (en zijn latere wijzigingen) zijn van kracht (tot nader orde) tot en met 28 januari 2022. Er wordt voorgesteld om de nieuwe maatregelen te laten gelden tot en met 28 januari 2022 (behoudens andersluidende bepaling), met mogelijkheid voor het college van burgemeester en schepenen om desgevallend te verlengen tot een nieuwe 'relance-/compensatiebeslissing' kan worden voorgelegd aan de gemeenteraad van februari of maart 2022, indien nodig.
Het reglement houdende gemeentelijke maatregelen die de financiële gevolgen van de maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, milderen (ter) wordt goedgekeurd als volgt:
Artikel 1
Behoudens andersluidende bepaling in onderstaande artikelen, zijn de gemeentelijke maatregelen van toepassing van 1 september 2021 tot en met 28 januari 2022 en op alle activiteiten en gebeurtenissen die gepland waren in de periode vanaf 1 september 2021 tot en met 28 januari 2022.
Voor zover het college van burgemeester en schepenen oordeelt dat, onverminderd de federale en/of Vlaamse en/of provinciale richtlijnen of aanbevelingen, bedoelde activiteiten niet kunnen georganiseerd worden zonder onredelijke en buitensporige organisatorische en/of hygiënische inspanningen en/of er redelijkerwijs kan verwacht worden dat er een substantieel lagere publieksopkomst zal zijn, kan het college van burgemeester en schepenen de einddatum op een later tijdstip vaststellen tot maximum 14 maart 2022.
Artikel 2
§1. In afwijking van artikel 11.1, §2 van het algemeen retributiereglement (retributie op het ontlenen van signalisatiemateriaal) is geen retributie verschuldigd voor signalisatiemateriaal gevraagd in functie van het naleven van de federale, Vlaamse, provinciale of gemeentelijke veiligheidsmaatregelen en aanbevelingen.
§2. In afwijking van artikel 10.1 van het algemeen retributiereglement (retributie op het ontlenen van feestmateriaal) is geen retributie respectievelijk waarborg verschuldigd voor feestmateriaal gevraagd in functie van het naleven van de federale, Vlaamse, provinciale of gemeentelijke veiligheidsmaatregelen en aanbevelingen.
§3. In geval van tijdige annulatie van een evenement of activiteit waarvoor signalisatiemateriaal of feestmateriaal werd ontleend, d.i. voor de geplande datum van het evenement of de activiteit, om reden dat bedoeld evenement of activiteit niet kan georganiseerd worden zonder onredelijke en buitensporige organisatorische en/of hygiënische inspanningen en/of er redelijkerwijs kan verwacht worden dat er een substantieel lagere publieksopkomst zal zijn omwille van de coronavirus COVID-19 pandemie, wordt geen retributie op het ontlenen van signalisatiemateriaal of feestmateriaal aangerekend.
Artikel 3
De gemeente staat in voor bijkomende capaciteit die noodzakelijk zou zijn voor een veilige organisatie van de vakantiewerking i.k.v. de coronacrisis van initiatieven zonder winstgevend doel en neemt eventuele huurgelden hiervoor ten laste.
Artikel 4
§1. De annuleringskosten, zoals bedoeld in artikel 56 van het gebruikersreglement socio-culturele infrastructuur van 13 december 2013 en artikel 58 van het gebruikersreglement socio-culturele infrastructuur van 3 juli 2020, zijn nihil als de annulering gebeurt binnen de periode zoals bedoeld in artikel 1.
§2. In afwijking van de gebruikersreglementen socio-culturele infrastructuur wordt voor gebruik van de socio-culturele infrastructuur in de periode van 29 oktober 2021 tot en met de duur van dit reglement de vergoedingen a rato van 50% aangerekend.
Artikel 5
De annuleringskosten, zoals bedoeld in artikel 6, van het gebruikersreglement De Schelp zijn nihil als de annulering gebeurt binnen de periode zoals bedoeld in artikel 1.
Artikel 6
De jubileumpremie uit artikel 5 van het reglement op premies bij huwelijk, geboorte en adoptie, jubilea voor een bezoek thuis of op eigen feest wordt integraal toegekend als het gepland feest wordt geannuleerd cfr. artikel 1.
Artikel 7
§1. Het college van burgemeester en schepenen kan voor het kalenderjaar 2022 afwijkingen toestaan op het gemeentelijk reglement op de plaatsing van terrassen op het openbaar domein van 4 mei 2018.
§2. De terrassen bij een publieke inrichting moeten in 2022, in afwijking van artikel 204 van de algemene politieverordening, worden opgeruimd, tegen ten laatste het sluitingsuur dat van toepassing is voor de publieke inrichting zelf, behoudens andersluidende hogere regelgeving.
Artikel 8
Er wordt een addendum aan de overeenkomst Cyclocross Gullegem goedgekeurd voor het kalenderjaar 2022 als volgt:
Onverminderd artikel 12 en voor zover de Cyclocross Gullegem wel gereden wordt, wordt voor zover bepaalde voorwaarden uit de overeenkomst niet kunnen worden nageleefd omwille van of ten gevolge van de maatregelen ter beperking van de verspreiding van het coronavirus, de subsidie toch integraal uitbetaald. Evenwel indien geen integrale uitvoering werd gegeven aan artikel 9 uit de overeenkomst, omwille van of ten gevolge van de maatregelen ter beperking van het coronavirus, zal ten belope van de tegenwaarde van het bedrag die niet werd verleend, door de organisator (deels) aanvullende VIP-pakketten worden verleend, hetzij financieel bijgedragen worden, in overleg met de gemeente, in gemeenschapsbevorderende initiatieven. Deze bijdrage kan, in overleg, gespreid worden over de duur van de overeenkomst. Desgevallend wordt in het laatste jaar van de overeenkomst, indien niet wordt voldaan aan deze voorwaarde, de nog openstaande tegenwaarde in mindering gebracht van de subsidie zoals bedoeld in artikel 5 van de overeenkomst.
Aan de algemene doelstellingen zoals bedoeld in artikel 11, §2 van voornoemde overeenkomst dient wel voldoende uitvoering gegeven, binnen de mogelijkheden van de stand van zaken van de coronapandemie, vooraleer een verhoging zoals bedoeld in artikel 5 wordt toegekend.
Artikel 9
In geval van fraude, valse verklaringen of, in geval van korting cfr. artikel 4, §2 er een bewuste onderbenutting is, kan de gemeente Wevelgem beslissen om hetzij de subsidie terug te vorderen, hetzij alsnog de regels zoals van toepassing vóór de afkondiging van de epidemische noodsituatie toe te passen.
Artikel 28
Deze beslissing treedt in werking op 13 december 2021.
Het betreft de definitieve aanvaarding van de straatnaam 'Marie Curiestraat' voor het verkavelingsproject in de Parkstraat.
De nieuwe straatnaam voor de nieuwe weg voor het verkavelingsproject in de Parkstraat werd door de gemeenteraad in zitting van 10 september 2021 voorlopig aanvaard: Marie Curiestraat.
De inspraakprocedure zoals voorzien bij artikel 4 en artikel 5 van het decreet tot bescherming van de namen van openbare wegen en pleinen werd georganiseerd:
De culturele raad stelde in zijn voorafgaandelijk advies voor om de nieuwe weg te benamen naar mevrouw Martha Masselis of mevrouw Coleta Deman, maar verwees ook naar de namen van mevrouw Edith Cavell en van mevrouw Marie Curie, indien de eerste voorstellen 'niet aanvaardbaar' zouden zijn. De culturele raad bevestigde op 10 november 2021 zijn eerder uitgebracht advies te handhaven.
Op 28 september 2021 werd bezwaar ingediend. In dit bezwaar wordt verwezen naar het decreet tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen, dat bepaalt dat bij voorkeur geput wordt uit gegevens van plaatselijke geschiedenis, het kunst- en cultuurleven, de toponymie en de volkskunde en waarbij voorkeur wordt gegeven aan figuren die voor de gemeente of voor de onmiddellijke omgeving van betekenis zijn geweest. De bezwaarindiener laat weten van oordeel te zijn dat het gebruik van de naam Marie Curie hier niet terecht is.
Op 10 november 2021 ging burgemeester Jan Seynhaeve over tot sluiting van het openbaar onderzoek en acteerde dit bezwaar.
Het decreet tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen bepaalt ook dat enkel namen in aanmerking komen van figuren die uit historisch, wetenschappelijk of algemeen-maatschappelijk oogpunt belangrijk zijn.
Hoewel mevrouw Marie Curie inderdaad geen lokale figuur was, valt moeilijk te ontkennen dat ze voor de maatschappij in het algemeen en dus ook voor onze gemeente van betekenis is geweest. Als vrouwelijke natuur- en scheikundige was ze een pionier op het gebied van radioactiviteit, ontving twee Nobelprijzen en ontdekte de elementen polonium en radium. Ze is op vandaag nog steeds een van de meest bekende vrouwelijke wetenschappers die ongetwijfeld ook een inspiratiebron is voor jonge Wevelgemse wetenschappers in spe.
Mevrouw Marie Curie is dan ook vanuit historisch, wetenschappelijk én algemeen-wetenschappelijk oogpunt een belangrijke figuur die voor de hele wereld en dus zeker ook voor onze gemeente van betekenis is geweest. Het tegendeel beweren zou haar nalatenschap oneer aandoen.
Beslist de nieuwe weg voor het verkavelingsproject in de Parkstraat 'Marie Curiestraat' te benamen. Geeft opdracht aan het college van burgemeester en schepenen alle maatregelen van uitvoering te nemen.
Er wordt goedkeuring verleend aan het gewijzigd meerjarenplan 2020-2025 (2021) van de kerkfabriek Sint-Hilarius.
De kerkraad van de kerkfabriek Sint-Hilarius keurde de wijziging van het meerjarenplan goed op 17 mei 2021. Het bisdom Brugge verleende gunstig advies aan deze wijziging van het meerjarenplan op 29 november 2021. De documenten werden ingediend door het centraal kerkbestuur waaronder de kerkfabriek ressorteert op 28 november 2021.
In deze wijziging van het meerjarenplan wordt het investeringskrediet voor 2021 geactualiseerd. Het betreft de betoelaging van de restauratiewerken aan de dakkapellen van de kerk. De totale investeringsuitgave voor dit dossier bedraagt 31 181,45 euro (incl. btw). De kerkfabriek vereffende in het boekjaar 2020 reeds een eerste deel van de facturen (5 267,80 euro), daarom wijken de investeringsuitgaven en -ontvangsten af in het boekjaar 2021.
De budgetcijfers van 2021 en 2022 voor wat betreft het exploitatiekrediet werden eveneens in deze meerjarenplanwijziging ingebracht. Deze actualisatie van de kredieten impliceert geen stijging van de exploitatietoelage in vergelijking met het oorspronkelijk meerjarenplan.
Artikel 1
Er wordt goedkeuring verleend aan het gewijzigd meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek Sint-Hilarius.
Er wordt akte genomen van de budgetwijziging 2021 van de kerkfabriek Sint-Hilarius.
De kerkraad van de kerkfabriek Sint-Hilarius besliste in zitting van 17 mei 2021 tot wijziging van het budget 2021. De budgetwijziging werd ingediend door het centraal kerkbestuur bij het gemeentebestuur op 30 november 2021. Op 29 november 2021 verleende het bisdom Brugge gunstig advies aan deze budgetwijziging.
Voor wijziging | Na wijziging | |
Exploitatie ontvangsten | 20 799,22 euro | 20 799,22 euro |
Exploitatie uitgaven | -131 593,08 euro | -131 593,08 euro |
Exploitatie eigen financieel boekjaar | -110 793,86 euro | -110 793,86 euro |
Overschot exploitatie 2019 | 15 504,01 euro | 15 504,01 euro |
Exploitatie voor toelage | -95 289,85 euro | -95 289,85 euro |
Exploitatietoelage | 95 289,85 euro | 95 289,85 euro |
Investeringsontvangsten | 0,00 euro | 31 181,45 euro |
Investeringsuitgaven | -0,00 euro | -25 913,65 euro |
Investeringstoelage | 0,00 euro | 31 181,45 euro |
De gemeentelijke bijdrage ten laste van de gemeente Wevelgem in het exploitatietekort blijft ongewijzigd en bedraagt 95 289,85 euro. De investeringstoelage ten laste van de gemeente Wevelgem bedraagt, na wijziging, 31 181,45 euro. Deze budgetwijziging blijft binnen de grenzen van het goedgekeurde (gewijzigd) meerjarenplan van de kerkfabriek (dat werd voorgelegd aan de gemeenteraad van heden).
Artikel 1
Er wordt akte genomen van de budgetwijziging 2021 van de kerkfabriek Sint-Hilarius die past in het goedgekeurde (gewijzigd) meerjarenplan. De gemeentelijke bijdrage ten laste van de gemeente Wevelgem in het exploitatietekort bedraagt 95 289,85 euro. De investeringstoelage ten laste van de gemeente Wevelgem bedraagt, na wijziging, 31 181,45 euro.
Er wordt akte genomen van het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Hilarius.
De kerkraad van de kerkfabriek Sint-Hilarius keurde het budget 2022 goed op 9 juni 2021. Dit budget werd ingediend door het centraal kerkbestuur waaronder de kerkfabriek ressorteert op 28 november 2021. Het bisdom Brugge verleende gunstig advies aan dit budget op 29 november 2021.
Exploitatie ontvangsten | 21 410,00 euro |
Exploitatie uitgaven | -141 280,00 euro |
Exploitatie eigen financieel boekjaar | -119 870,00 euro |
Overschot exploitatie 2020 | 32 595,69 euro |
Exploitatie voor toelage | -87 274,31 euro |
Exploitatietoelage | 87 274,31 euro |
Investeringsontvangsten | 0,00 euro |
Investeringsuitgaven | -0,00 euro |
Investeringstoelage | 0,00 euro |
De gemeentelijke bijdrage in het exploitatietekort bedraagt 87 274,31 euro. Dit blijft binnen de grenzen van het goedgekeurde (gewijzigd) meerjarenplan van de kerkfabriek (dat werd voorgelegd aan de gemeenteraad van heden).
Er wordt akte genomen van het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Hilarius dat past in het goedgekeurde (gewijzigd) meerjarenplan, waarbij de exploitatietoelage 87 274,31 euro bedraagt.
Er wordt goedkeuring verleend aan het gewijzigd meerjarenplan 2020-2025 (2022) van de kerkfabriek Onbevlekt Hart van Maria.
De kerkraad van de kerkfabriek Onbevlekt Hart van Maria keurde de wijziging van het meerjarenplan goed op 29 juni 2021. Het bisdom Brugge verleende gunstig advies aan deze wijziging van het meerjarenplan op 23 november 2021. De documenten werden ingediend door het centraal kerkbestuur waaronder de kerkfabriek ressorteert op 17 november 2021.
In deze wijziging van het meerjarenplan worden de exploitatiekredieten voor 2022 in geringe mate aangepast. De belangrijkste wijziging betreft de voorziening van een investeringskrediet voor de renovatie van de keuken van de pastorie.
Artikel 1
Er wordt goedkeuring verleend aan het gewijzigd meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek Onbevlekt Hart van Maria.
Er wordt akte genomen van het budget 2022 van de kerkfabriek Onbevlekt Hart van Maria.
De kerkraad van de kerkfabriek Onbevlekt Hart van Maria keurde het budget 2022 goed op 29 juni 2021. Dit budget werd ingediend door het centraal kerkbestuur waaronder de kerkfabriek ressorteert op 17 november 2021. Het bisdom Brugge verleende gunstig advies aan dit budget op 5 november 2021.
Exploitatie ontvangsten | 2 780,00 euro |
Exploitatie uitgaven | -37 440,87 euro |
Exploitatie eigen financieel boekjaar | -34 660,87 euro |
Overschot exploitatie 2020 | 12 340,29 euro |
Exploitatie voor toelage | -22 320,58 euro |
Exploitatietoelage | 22 320,58 euro |
Investeringsontvangsten | 18 000,00 euro |
Investeringsuitgaven | -18 000,00 euro |
Investeringstoelage | 18 000,00 euro |
De gemeentelijke bijdrage in het exploitatietekort bedraagt 22 320,58 euro, de investeringstoelage bedraagt 18 000 euro. Dit blijft binnen de grenzen van het goedgekeurde (gewijzigd) meerjarenplan van de kerkfabriek (dat werd voorgelegd aan de gemeenteraad van heden).
Er wordt akte genomen van het budget 2022 van de kerkfabriek Onbevlekt Hart van Maria dat past in het goedgekeurde (gewijzigd) meerjarenplan, waarbij de exploitatietoelage 22 320,58 euro bedraagt en de investeringstoelage 18 000 euro bedraagt.
Er wordt goedkeuring verleend aan het gewijzigd meerjarenplan 2020-2025 (2021) van de kerkfabriek Sint-Theresia van het Kind Jezus.
De gemeenteraad keurde de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 (2021) van de kerkfabriek Sint-Theresia van het Kind Jezus goed op 2 april 2021. De kerkraad van de kerkfabriek Sint-Theresia van het Kind Jezus keurde de tweede wijziging van het meerjarenplan 2020-2025 (2021) goed op 5 oktober 2021. De tweede wijziging van het meerjarenplan werd ingediend door het centraal kerkbestuur waaronder de kerkfabriek ressorteert op 30 oktober 2021. Het bisdom Brugge verleende gunstig advies aan deze tweede wijziging van het meerjarenplan op 5 november 2021.
Een eerste meerjarenplanwijziging werd doorgevoerd naar aanleiding van drie lopende investeringsdossiers (gezamenlijk geraamd op 70 000 euro):
Bij het installeren van een bliksembeveiligingsinstallatie bleek dat de oude nokpannen los lagen. Deze moesten eerst worden vervangen door nieuwe koperen nokken vooraleer de installatie van de bliksembeveiliging verder kon. Door deze meerwerken wordt het totaal van de investeringsuitgaven geraamd op 81 000 euro. Een bijkomende investeringsuitgave en een investeringstoelage van 11 000 euro wordt middels een tweede aanpassing van het meerjarenplan voorzien.
Artikel 1
Er wordt goedkeuring verleend aan het tweede gewijzigd meerjarenplan 2020-2025 (2021) van de kerkfabriek Sint-Theresia van het Kind Jezus.
Er wordt akte genomen van de budgetwijziging nr. 2 van 2021 van de kerkfabriek Sint-Theresia van het Kind Jezus.
De kerkraad van de kerkfabriek Sint-Theresia van het Kind Jezus besliste in zitting van 5 oktober 2021 tot wijziging van het budget 2021. De budgetwijziging werd ingediend door het centraal kerkbestuur bij het gemeentebestuur op 30 oktober 2021. Op 5 november 2021 verleende het bisdom Brugge gunstig advies aan deze tweede budgetwijziging.
Voor wijziging | Na wijziging | |
Exploitatie ontvangsten | 1 900,00 euro | 1 900,00 euro |
Exploitatie uitgaven | -38 385,00 euro | -38 385,00 euro |
Exploitatie eigen financieel boekjaar | -36 485,00 euro | -36 485,00 euro |
Overschot exploitatie 2019 | 8 654,14 euro | 8 654,14 euro |
Exploitatie voor toelage | -27 830,86 euro | -27 830,86 euro |
Exploitatietoelage | 27 830,86 euro | 27 830,86 euro |
> Wevelgem | 24 352,00 euro | 24 352,00 euro |
> Menen | 3 478,86 euro | 3 478,86 euro |
Investeringsontvangsten | 71 692,56 euro | 82 692,56 euro |
Investeringsuitgaven | -70 000,00 euro | -81 000,00 euro |
Investeringstoelage | 71 692,56 euro | 82 692,56 euro |
> Wevelgem | 61 250,00 euro | 70 875,00 euro |
> Menen | 10 442,56 euro | 11 817,56 euro |
De gemeentelijke bijdrage ten laste van de gemeente Wevelgem in het exploitatietekort blijft ongewijzigd en bedraagt 24 352 euro. De investeringstoelage ten laste van de gemeente Wevelgem bedraagt, na wijziging, 70 875 euro. Deze budgetwijziging blijft binnen de grenzen van het goedgekeurde (gewijzigd) meerjarenplan van de kerkfabriek (dat werd voorgelegd aan de gemeenteraad van heden).
Artikel 1
Er wordt akte genomen van de budgetwijziging nr. 2 van 2021 van de kerkfabriek Sint-Theresia van het Kind Jezus die past in het goedgekeurde (gewijzigd) meerjarenplan. De gemeentelijke bijdrage ten laste van de gemeente Wevelgem in het exploitatietekort bedraagt 24 352 euro. De investeringstoelage ten laste van de gemeente Wevelgem bedraagt, na wijziging, 70 875 euro.
Er wordt akte genomen van het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Theresia van het Kind Jezus.
De kerkraad van de kerkfabriek Sint-Theresia van het Kind Jezus keurde het budget 2022 goed op 5 oktober 2021. Dit budget werd ingediend door het centraal kerkbestuur waaronder de kerkfabriek ressorteert op 17 november 2021. Het bisdom Brugge verleende gunstig advies aan dit budget op 5 november 2021.
Exploitatie ontvangsten | 1 900,00 euro |
Exploitatie uitgaven | -37 729,00 euro |
Exploitatie eigen financieel boekjaar | -35 829,00 euro |
Overschot exploitatie 2020 | 18 570,56 euro |
Exploitatie voor toelage | -17 258,44 euro |
Exploitatietoelage | 17 258,44 euro |
Aandeel Wevelgem | 15 101,14 euro |
Investeringsontvangsten | 5 000,00 euro |
Investeringsuitgaven | -5 000,00 euro |
Investeringstoelage | 5 000,00 euro |
Aandeel Wevelgem | 4 375,00 euro |
De gemeentelijke bijdrage in het exploitatietekort bedraagt 17 258,44 euro, waarvan 15 101,14 euro ten laste van de gemeente Wevelgem. De investeringstoelage bedraagt 5 000 euro, waarvan 4 375 euro ten laste van de gemeente Wevelgem. Dit blijft binnen de grenzen van het goedgekeurde (gewijzigd) meerjarenplan van de kerkfabriek (dat werd voorgelegd aan de gemeenteraad van heden).
Er wordt akte genomen van het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Theresia van het Kind Jezus dat past in het goedgekeurde (gewijzigd) meerjarenplan, waarbij de exploitatietoelage ten laste van de gemeente Wevelgem 15 101,14 euro bedraagt en de investeringstoelage ten laste van de gemeente Wevelgem 4 375 euro bedraagt.
Er wordt akte genomen van het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Amandus.
De kerkraad van de kerkfabriek Sint-Amandus keurde het budget 2022 goed op 30 juni 2021. Dit budget werd ingediend door het centraal kerkbestuur waaronder de kerkfabriek ressorteert op 17 november 2021. Het bisdom Brugge verleende gunstig advies aan dit budget op 5 november 2021.
Exploitatie ontvangsten |
29 587,00 euro |
Exploitatie uitgaven |
-95 120,23 euro |
|
|
Exploitatie eigen financieel boekjaar |
-65 533,23 euro |
Overschot exploitatie 2020 |
20 860,49 euro |
Exploitatie voor toelage |
-44 672,74 euro |
|
|
Exploitatietoelage |
44 672,74 euro |
|
|
Investeringsontvangsten |
15 000,00 euro |
Investeringsuitgaven |
-15 000,00 euro |
|
|
Investeringstoelage |
15 000,00 euro |
De gemeentelijke bijdrage in het exploitatietekort bedraagt 44 672,74 euro. De investeringstoelage bedraagt 15 000 euro. Dit blijft binnen de grenzen van het goedgekeurde meerjarenplan van de kerkfabriek.
Er wordt akte genomen van het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Amandus dat past in het goedgekeurde meerjarenplan, waarbij de exploitatietoelage 44 672,74 euro bedraagt en de investeringstoelage 15 000 euro bedraagt.
Er wordt akte genomen van het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Martinus en Sint-Christoffel.
De kerkraad van de kerkfabriek Sint-Martinus en Sint-Christoffel keurde het budget 2022 goed op 14 juni 2021. Dit budget werd ingediend door het centraal kerkbestuur waaronder de kerkfabriek ressorteert op 17 november 2021. Het bisdom Brugge verleende gunstig advies aan dit budget op 5 november 2021.
Exploitatie ontvangsten | 6 916,25 euro |
Exploitatie uitgaven | -114 514,66 euro |
Exploitatie eigen financieel boekjaar | -107 598,41 euro |
Overschot exploitatie 2020 | 16 256,34 euro |
Exploitatie voor toelage | -91 342,07 euro |
Exploitatietoelage | 91 342,07 euro |
Investeringsontvangsten | 0,00 euro |
Investeringsuitgaven | 0,00 euro |
Investeringstoelage | 0,00 euro |
De gemeentelijke bijdrage in het exploitatietekort bedraagt 91 342,07 euro. Dit blijft binnen de grenzen van het goedgekeurde (gewijzigd) meerjarenplan van de kerkfabriek.
Er wordt akte genomen van het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Martinus en Sint-Christoffel dat past in het goedgekeurde (gewijzigd) meerjarenplan, waarbij de exploitatietoelage 91 342,07 euro bedraagt.
Het gemeentelijk rooilijnplan met een wijziging van de gemeenteweg Oostlaan ter hoogte van huisnummers 10-14 wordt definitief vastgesteld.
De gemeenten leggen de ligging en de breedte van de gemeentewegen op hun grondgebied vast in gemeentelijke rooilijnplannen. De wijziging van de gemeenteweg Oostlaan 10-14 wordt aldus vastgelegd in een rooilijnplan. Landmeetkantoor Koen Roelandt bv maakte een (ontwerp van) rooilijnplan op.
In zitting van 8 oktober 2021 heeft de gemeenteraad goedkeuring verleend aan de voorlopige vaststelling van het ontwerp van rooilijnplan met een wijziging van de gemeenteweg Oostlaan 10-14.
Het voorlopig vastgestelde rooilijnplan met een wijziging van de gemeenteweg Oostlaan 10-14 werd onderworpen aan een openbaar onderzoek georganiseerd van 25 oktober 2021 tot en met 23 november 2021, in uitvoering van artikel 17, §2 van het decreet houdende de gemeentewegen.
Er werden tijdens het openbaar onderzoek geen bezwaarschriften ontvangen en noch het departement Mobiliteit en Openbare Werken, noch De Lijn, noch de deputatie hebben een advies uitgebracht binnen de periode van het openbaar onderzoek.
Het besluit van de gemeenteraad tot definitieve vaststelling van het gemeentelijk rooilijnplan en het rooilijnplan dienen bekend gemaakt te worden overeenkomstig artikel 18 en 19 van het decreet houdende de gemeentewegen.
Artikel 1
Het rooilijnplan met een wijziging van de gemeenteweg Oostlaan 10-14 opgemaakt op 16 juni 2021 door Landmeetkantoor Koen Roelandt bv wordt definitief vastgesteld.
Artikel 2
Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de bekendmaking van deze beslissing.
De capaciteit voor de gemeentelijke basisschool voor het schooljaar 2022-2023 wordt vastgelegd.
De gemeenteraad legde de capaciteit voor de gemeentelijke basisschool voor het schooljaar 2021-2022 vast in haar zitting van 11 december 2020.
De capaciteit voor het volgende schooljaar dient bepaald vóór de start van de nieuwe inschrijvingsperiode voor schooljaar 2022-2023. Er wordt hierbij rekening gehouden met het huidig aantal zittende leerlingen.
Binnen de scholengemeenschap De Leiebrug werd de afspraak gemaakt om de capaciteit vast te leggen tussen de 24 en 26 leerlingen per klas.
De schoolraad gaf op 5 oktober 2021 positief advies voor het vastleggen van de capaciteit voor volgend schooljaar.
De capaciteit wordt verder per geboortejaar vastgelegd voor het kleuter voor de drie afdelingen.
Daarnaast wordt de capaciteit voor het lager onderwijs in de drie afdelingen verder per leerjaar vastgelegd.
Volgende capaciteitsbepaling wordt voorgesteld:
kleuter: maximaal 24 kleuters per geboortejaar per afdeling
lager, afdeling Hoogstraat:
- 1ste leerjaar: maximaal 24 leerlingen
- 2de leerjaar: maximaal 24 leerlingen
- 3de leerjaar: maximaal 24 leerlingen
- 4de leerjaar: maximaal 24 leerlingen
- 5de leerjaar: maximaal 72 leerlingen
- 6de leerjaar: maximaal 72 leerlingen
lager, afdelingen Kweekstraat en Goudenregenstraat: maximaal 24 leerlingen per leerjaar
anderstalige nieuwkomers: maximaal 8 per afdeling.
Artikel 1
De capaciteit voor de gemeentelijke basisschool voor het schooljaar 2022-2023 wordt bepaald als volgt:
- Maximaal 24 kleuters per geboortejaar per afdeling (zijnde 72 kleuters in totaal per geboortejaar).
- Lagere jaren, afdelingen Kweekstraat en Goudenregenstraat: maximaal 24 leerlingen per leerjaar.
- Lagere jaren, afdeling Hoogstraat:
* 1ste leerjaar: maximaal 24 leerlingen
* 2de leerjaar: maximaal 24 leerlingen
* 3de leerjaar: maximaal 24 leerlingen
* 4de leerjaar: maximaal 24 leerlingen
* 5de leerjaar: maximaal 72 leerlingen
* 6de leerjaar: maximaal 72 leerlingen.
Artikel 2
De capaciteit voor de gemeentelijke basisschool voor het schooljaar 2022-2023 voor anderstalige nieuwkomers wordt bepaald op maximaal 8 anderstalige nieuwkomers per afdeling.
Vraag ingediend door raadslid Henk Louf, namens de fractie N-VA.
Vraag ingediend door raadslid Jessica Corty, namens de CD&V-fractie.
Vraag ingediend door raadslid Jessica Corty, namens de CD&V-fractie.
Vraag ingediend door raadslid Filip Daem, namens de N-VA-fractie.
Vraag ingediend door raadslid Filip Daem, namens de N-VA-fractie.
Vraag ingediend door de raadsleden van de fractie Groen.
Vraag ingediend door de raadsleden van de fractie Groen.
Vraag ingediend door raadslid Carine Quidousse, onafhankelijk.
Vraag ingediend door raadslid Carine Quidousse, onafhankelijk.
De heer Dimitri Wildemeersch wordt aangewezen als sanctionerend ambtenaar in het kader van de gemeentelijke administratieve sancties.
Voor de handhaving van de algemene politieverordening dienen er sanctionerende ambtenaren aangewezen in het kader van de administratieve geldboetes.
Er wordt hiervoor een beroep gedaan op de sanctionerende ambtena(a)r(en) van de stad Kortrijk (cfr. beslissing van de gemeenteraad van 13 december 2019 houdende de samenwerkingsovereenkomst betreffende de gemeentelijke administratieve sancties met de stad Kortrijk).
Stad Kortrijk stelt voor om bijkomend de heer Dimitri Wildemeersch aan te stellen als sanctionerend ambtenaar.
De heer Dimitri Wildemeersch voldoet aan de nodige kwalificatie- en onafhankelijkheidsvoorwaarden. Er is gunstig advies van de bevoegde procureur des Konings.
De heer Dimitri Wildemeersch, in dienst van de stad Kortrijk, wordt door de gemeente Wevelgem aangewezen als sanctionerend ambtenaar in het kader van de gemeentelijke administratieve sancties. Deze aanstelling gebeurt tot herroeping.
Namens gemeenteraad,
Kurt Parmentier
algemeen directeur
Jo Libeer
voorzitter