Het algemeen retributiereglement wordt gewijzigd.
Het algemeen retributiereglement wordt aangepast naar aanleiding van een aantal tarieven die worden geïndexeerd.
De tarieven worden geactualiseerd gelet op de stijgende inflatie, de stijgende uitgaven voor personeel en gelet op een vergelijkingstoets die gebeurde bij andere lokale besturen voor dezelfde prestaties.
Volgende aanpassingen worden doorgevoerd:
Het voorstel tot aanpassing van de tarieven werd besproken op de gemeenteraadscommissie Algemeen Beleid en Ondersteuning van 25 oktober 2022, dit in voorbereiding van de opmaak van de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 (2023).
De wijziging van hoofdstuk 6 (diensten geleverd door de Biblitheek) werd afgestemd op de culturele raad en er werd positief advies verleend op 29 november 2022.
Artikel 1
Het algemeen retributiereglement van 13 december 2019, zoals gewijzigd door de gemeenteraad op 14 februari 2020, 13 maart 2020, 11 december 2020, 2 april 2021 en 8 oktober 2021, wordt gewijzigd als volgt:
Artikel 1
'Hoofdstuk 5. Retributie op het afleveren van omgevingsdossiers, documenten en inlichtingen inzake stedenbouw, milieu en omgevingsvergunningen' wordt integraal vervangen als volgt:
Hoofdstuk 5. Retributie op het afleveren van omgevingsdossiers, documenten en inlichtingen inzake stedenbouw, milieu en omgevingsvergunningen
Artikel 5.1.
Er wordt een retributie gevestigd op het behandelen van omgevingsdossiers, het opmaken van documenten en het opmaken en versturen van inlichtingen inzake stedenbouw, milieu, omgeving en wonen voor notarissen, vastgoedmakelaars en andere.
Artikel 5.2. Retributie voor het afleveren van stedenbouwkundige en planologische attesten
Voor het afleveren van stedenbouwkundige attesten in de zin van artikel 5.3.1 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening of planologische attesten in de zin van artikel 4.4.24 e.v. van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening is een retributie verschuldigd van
respectievelijk 50 euro (stedenbouwkundig attest) en 250 euro (planologisch attest).
Artikel 5.3. Retributie voor dossier- en administratiekosten bij een omgevingsvergunning Voor dossier- en administratiekosten wordt een vast recht gevraagd van:
Voor dossiers met een openbaar onderzoek worden eveneens de effectieve portkosten en de kosten voor publicatie in de pers teruggevorderd.
Het verschuldigd zijn van de retributie is niet gekoppeld aan het al dan niet verkrijgen van de vergunning.
Artikel 5.4. Retributie voor dossierkosten voor het afleveren van een conformiteitsattest na een woningonderzoek
De vergoeding voor de behandeling van een aanvraag van een conformiteitsattest, bedraagt:
Deze bedragen worden jaarlijks aangepast aan de gezondheidsindex conform de volgende formule: nieuw bedrag = basisbedrag x aangepaste gezondheidsindex/gezondheidsindex november 2022.
Artikel 5.5. Overdracht onroerend goed
Er wordt een retributie van 60 euro aangerekend per aanvraag naar alle vereiste vastgoedinformatie betreffende één volledig dossier door notarissen, vastgoedmakelaars en andere naar aanleiding van de overdracht van een onroerend goed.
Als volledig dossier wordt begrepen alle noodzakelijke informatie betreffende één kadastraal perceel of verschillende kadastrale percelen (met een maximum van vijf), aan elkaar grenzend en in handen van dezelfde eigenaar.
Voor de vastgoeddossiers die via het Vastgoedinformatieplatform aan notarissen en vastgoedmakelaars worden ter beschikking gesteld, geldt onderhavig artikel niet, maar is de beslissing van de gemeenteraad van 8 december 2022 (retributiereglement vastgoedinformatie n.a.v. aansluiting Vastgoedinformatieplatform) van toepassing.
Artikel 5.6. Inlichtingen omgevings-, milieu- en stedenbouwkundige gegevens
Voor het opzoekingswerk en het afleveren van inlichtingen inzake omgevings-, milieu- en stedenbouwkundige vergunningen en gegevens op vraag van notarissen, vastgoedmakelaars, studiebureaus, bodemsaneringsdeskundigen en andere wordt volgende retributie aangerekend:
Onder afschrift wordt hier begrepen elke opzoeking die resulteert in een afzonderlijk document dat wordt bezorgd, digitaal of in kopie.
Deze bedragen worden verhoogd met de retributie voor afleveren van fotokopies, zoals bepaald in hoofdstuk 2 van dit reglement.
Artikel 5.7. Aanpassingen aan het grondeninformatieregister voor een deel van een perceel of bij het splitsen van percelen
Voor een aanpassing aan het grondeninformatieregister voor een deel van een perceel of bij het splitsen van percelen wordt een retributie van 50 euro aangerekend per perceel waarvoor een aanpassing moet gebeuren.
Artikel 5.8.
Deze retributie is verschuldigd door de persoon die de vergunning, de inlichtingen of de aanpassing aanvraagt.
De retributie is niet verschuldigd voor overheidsinstellingen of instellingen die opgericht zijn door overheden.
Artikel 2
Artikel 6.2. van het algemeen retributiereglement wordt integraal vervangen als volgt:
§1. Inschrijvingsgeld
Het inschrijvingsgeld bedraagt:
tot 18 jaar |
gratis |
voltijdse studenten |
gratis |
vanaf 18 jaar (lidgeld is 1 jaar geldig) |
5,00 euro |
houders van een UiTPAS met kortingstarief |
1,00 euro |
eerste lenerspas |
gratis |
verlies lenerspas |
2,50 euro |
vervanging door eID-kaart |
gratis |
De lenerspas wordt automatisch geblokkeerd als de geldigheid ervan 31 dagen verstreken is, de openstaande retributie meer dan 20 euro bedraagt of langer dan 8 weken open staat.
Het inschrijvingsgeld is geldig in alle bibliotheken uit de regio zuidwest.
§2. Uitleenmodaliteiten
Uitleenvoorwaarden |
Leengeld |
Uitleentermijn |
Maningsgeld per dag |
Alle materialen |
gratis |
28 dagen |
0,15 euro |
De uitleentermijn van de materialen kan 1 keer verlengd worden. Voor speciale passen (klassen, instellingen, bib-aan-huis, …) gelden andere uitleenvoorwaarden.
§3. Dienstverlening
Reservering van eigen bibliotheekmateriaal |
1,00 euro
|
Reservering van bibliotheekmateriaal uit andere bibliotheken (IBL) |
5,00 euro, eventueel vermeerderd met de kosten aangerekend door de wetenschappelijke bibliotheek |
Gebruik internetpc’s |
gratis mits geldige lenerspas |
Gebruik hotspot |
gratis |
Gebruik kopieermachine / prints
|
Tarieven mits geldige lenerspas 0,10 euro |
Aankoop bibliotheektas |
1,00 euro |
Aankoop UiTPAS |
3,00 euro |
Vervanging UiTPAS |
1,00 euro |
§4. Verlies of beschadiging
Bij verlies of totale beschadiging moet de gebruiker de kostprijs betalen die noodzakelijk is voor de vervanging van het verloren of vernietigd materiaal. Voor materialen, die niet meer verkrijgbaar zijn, wordt bovendien een door het diensthoofd Cultuur-Bibliotheek of zijn vervanger te bepalen toeslag aangerekend die moet volstaan om in de vervanging van gelijkwaardig materiaal te voorzien.
Bij gedeeltelijke beschadiging en wanneer de kostprijs van een verloren materiaal niet meer kan achterhaald worden, bepaalt het diensthoofd Cultuur-Bibliotheek of zijn vervanger het bedrag van de schadevergoeding.
§5. Overige
De retributie is verschuldigd door de persoon die gebruik maakt van de betrokken dienst of, ingeval van verlies of beschadiging, de persoon op wiens naam het betrokken materiaal werd uitgeleend.
Artikel 3
Artikel 7.2. van het algemeen retributiereglement wordt integraal vervangen als volgt:
Het bedrag van de gemeentelijke retributie wordt vastgesteld als volgt:
> nieuwe reispas/reisdocument: 10,01 euro
> spoedprocedure 11,12 euro
De bedragen, vermeld in dit artikel, worden verhoogd met de rechten en kosten van aanmaak, aangerekend door en ten gunste van de hogere overheid, op basis van de wetten, normen of onderrichtingen bepaald door deze overheid.
De totale verschuldigde retributie wordt steeds afgerond op de hogere gehele euro.
Artikel 4
§1. Artikel 12.1. van het algemeen retributiereglement wordt integraal vervangen als volgt:
Grondslag van de belasting
Er wordt een retributie, hierna standgeld genoemd, geheven op het gebruik van het openbaar domein ter gelegenheid van de openbare markt die door de gemeente op haar grondgebied wordt georganiseerd alsook voor de inname van het openbaar domein voor een ambulante handel, en op het elektriciteitsgebruik.
§2. Artikel 12.2. van het algemeen retributiereglement wordt integraal vervangen als volgt:
Bedrag van het standgeld
§1. Standplaats naar aanleiding van een openbare markt
Het standgeld bedraagt 1 euro per lopende meter tentoongestelde waren en per dag. Voor de berekening van het verschuldigd recht wordt de ruimte in aanmerking genomen die effectief wordt ingenomen voor de uitstalling van te koop aangeboden waren of goederen. Elk gedeelte van een meter wordt als een volle meter beschouwd.
Voor de inname van een standplaats op de openbare markt door standhouders zonder abonnement, bedraagt het standgeld minimum 5 euro per daggedeelte van 6 uur.
§2. Standplaats op het openbaar domein
Het standgeld voor de inname van het openbaar domein bedraagt 1 euro per lopende meter en per daggedeelte van 6 uur, waarbij elke begonnen periode van 6 uur als een volle periode wordt beschouwd.
Voor de berekening van het verschuldigd recht wordt de ruimte in aanmerking genomen die effectief wordt ingenomen voor de uitstalling van te koop aangeboden waren of goederen.
Elk gedeelte van een meter wordt als een volle meter beschouwd.
§3. Gebruik elektriciteit
De tarieven die worden aangerekend voor het elektriciteitsverbruik worden bepaald bij wijze van beslissing door het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 5
Artikel 13.1. van het algemeen retributiereglement wordt integraal vervangen als volgt:
§1. Plaatsrecht
Er wordt voor het gebruik van het openbaar domein door een foorinrichting naar aanleiding van een kermis of foor een plaatsrecht geheven. Dit plaatsrecht wordt berekend in verhouding tot de oppervlakte van de foorinrichting. Als basis voor de berekening van het verschuldigd standgeld wordt de oppervlakte van de attractie zelf in aanmerking genomen, met inbegrip van alle elementen die erbij horen (stroomgroep, woonwagen en andere bijhorigheden) wanneer die onmiddellijk aan de attractie worden opgesteld.
§2. Gebruik elektriciteit
Bij het gebruik van het openbaar domein door een foorinrichting naar aanleiding van een kermis of foor wordt ook het elektriciteitsverbruik aangerekend. De tarieven die worden aangerekend voor het elektriciteitsverbruik worden bepaald bij wijze van beslissing door het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 6
Artikel 14.2. van het algemeen retributiereglement wordt integraal vervangen als volgt:
Deze retributie valt ten laste van de natuurlijke of de rechtspersoon die in de loop van het jaar een frituur uitbaat, die gelegen is op het openbaar domein van de gemeente. Deze retributie wordt vastgesteld als volgt:
Oppervlakte frituur Bedrag retributie
Tot 25 m² 1 000 euro
Tussen 25 en 50 m² 2 000 euro
Groter dan 50 m² 3 000 euro
Onder oppervlakte wordt begrepen de oppervlakte die wordt ingenomen door de frituur zelf, vermeerderd met rondom 1 m voor de stalling van alle noodzakelijke toebehoren en met de oppervlakte van de eventuele terrassen die erbij horen.
Artikel 7
Artikel 20.2. van het algemeen retributiereglement wordt integraal vervangen als volgt:
Het college van burgemeester en schepenen wordt gemachtigd om tarieven voor onderstaande prestaties van de gemeentelijke diensten vast te stellen, dit zowel naar aard als naar het bedrag en aan zijn reglement alle wijzigingen aan te brengen die het noodzakelijk acht.
De lijst van tarieven die door het college van burgemeester en schepenen bepaald kunnen worden:
- De toegangsprijzen voor optredens in het cultuurcentrum (eigen programmatie)
- De tarieven voor verkoop van dranken e.a.
- Het tarief voor vormingsactiviteiten, lezingen en uitstappen
- De prijs van een schoolmaaltijd (exclusief het remgeld)
- De prijs voor allerlei uitstappen
- De prijs voor schoolactiviteiten
- Het tarief voor sportkampen en sportlessen
- Het tarief voor de vakantiewerking
- Het tarief voor het ontlenen van verkleedkledij
- Het tarief van plannen horende bij bestekken
- Tarief voor inschrijvingsgeld niet-gesubsidieerd onderwijs
- Tarief voor occasionele prestaties van gemeentepersoneel
- Tarief voor toeristische prestaties en activiteiten
- Tarief voor soortgelijke prestaties of administratieve kosten verbonden aan gemeentelijke dienstverlening waarvoor geen retributiereglement door de gemeenteraad is vastgesteld.
Het college van burgemeester en schepenen houdt bij de bepaling van het tarief rekening met de kostprijs van de verstrekte dienst. Een differentiatie van het tarief kan gemotiveerd worden binnen een doelgroepenbeleid, zeker indien dit kadert binnen de beleidsdoelstellingen door de gemeenteraad vastgelegd. De tariefbepaling kan ook rekening houden met promotionele acties die de burger meer met de dienstverlening vertrouwd kunnen maken. De vastlegging van tarieven binnen specifieke beleidsdomeinen wordt voor advies voorgelegd aan de beheersorganen of aan de betrokken adviesraden.
Artikel 2
§1. Deze beslissing treedt in werking vanaf 1 januari 2023.
§2. Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de coördinatie van het algemeen retributiereglement.