Terug
Gepubliceerd op 03/05/2024

Besluit  Vast bureau

wo 24/04/2024 - 17:00

Wijziging rechtspositieregelingen OCMW-personeel: dienstvrijstelling

Aanwezig: Jan Seynhaeve, voorzitter
Mathieu Desmet, Kevin Defieuw, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Bas Surmont, Marie De Clerck, schepenen
Kurt Parmentier, algemeen directeur
  • De rechtspositieregeling van het OCMW-personeel (administratie en sociale dienst) wordt als volgt gewijzigd:
  • Invoeging van artikel 322bis: het personeelslid geniet een dienstvrijstelling voor de aanwezigheid als burgerlijke partij op zittingen van het Hof van Assisen.
  • De rechtspositieregeling van het OCMW-personeel (woonzorgcentra, dienstencentra, groep van assistentiewoningen en dienst Thuiszorg) wordt als volgt gewijzigd:
  • Invoeging van artikel 323: Het personeelslid geniet een dienstvrijstelling voor de aanwezigheid als burgerlijke partij op zittingen van het Hof van Assisen.
Feiten, context en argumentatie

Het college van burgemeester en schepenen en het vast bureau legden een voorstel inzake invoering van volgende bijkomende dienstvrijstelling voor aan het syndicaal overleg- en onderhandelingscomité:

  • een dienstvrijstelling voor de aanwezigheid van een personeelslid als burgerlijke partij op zittingen van het Hof van Assisen.

 

Dit houdt een wijziging van de rechtspositieregelingen van het gemeente- en OCMW-personeel in.

Er werd een protocol van akkoord afgesloten met ACV Openbare Diensten en ACOD Lokale en Regionale Besturen op 24 april 2024.

Beslissing

Artikel 1

De rechtspositieregeling van het OCMW-personeel (administratie en sociale dienst) wordt als volgt gewijzigd:

  • Invoeging van artikel 322bis: Het personeelslid geniet een dienstvrijstelling voor de aanwezigheid als burgerlijke partij op zittingen van het Hof van Assisen.

Artikel 2

De rechtspositieregeling van het OCMW-personeel (woonzorgcentra, dienstencentra, groep van assistentiewoningen en dienst Thuiszorg) wordt als volgt gewijzigd:

  • Invoeging van artikel 323: Het personeelslid geniet een dienstvrijstelling voor de aanwezigheid als burgerlijke partij op zittingen van het Hof van Assisen.