Terug
Gepubliceerd op 18/12/2020

Besluit  gemeenteraad

vr 11/12/2020 - 18:30

Wijziging algemeen retributiereglement

Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Henk Louf, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Tommy Vansteenkiste, Sander Deflo, Jessica Corty, gemeenteraadsleden
Stefaan Oosthuyse, adjunct-algemeendirecteur
Kurt Parmentier, algemeen directeur
Verontschuldigd: Frank Acke, Joke De Smet, Charlotte Bonte, gemeenteraadsleden

De wijziging van het algemeen retributiereglement wordt goedgekeurd. 

Feiten, context en argumentatie

Het besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 2019 betreffende de woningkwaliteitsbewaking treedt in werking per 1 januari 2021. De maximale vergoeding voor de behandeling van een aanvraag van een conformiteitsattest wordt door dit besluit vastgelegd. De mogelijke vergoeding betreft niet langer de loutere afgifte van een conformiteitsattest door de burgemeester, maar slaat op de behandeling van een aanvraag van een conformiteitsattest door de burgemeester. Het betekent enerzijds dat er ook een vergoeding kan gevraagd worden als na een woningkwaliteitsonderzoek een conformiteitsattest geweigerd wordt en anderzijds dat er enkel een vergoeding kan gevraagd worden als het conformiteitsattest expliciet wordt aangevraagd.
Er wordt voorgesteld om deze maximale vergoeding over te nemen in het algemeen retributiereglement (artikel 5.4). In hoofdstuk 5 worden verder een aantal verfijningen aangebracht, in het bijzonder wat betreft het verstrekken van vastgoedinformatie en stedenbouwkundige en milieu-inlichtingen. Een tegemoetkoming voor de personeelskosten voor opzoeking, rekening houdend met de omvang hiervan, lijkt gepast.

Op 6 mei 2020 werd de opdracht 'levering en implementatie van een softwarepakket voor het coördineren en afhandelen van innames openbaar domein en evenementen met koppeling met GIPOD' aan de firma Merkator nv gegund. Een efficiënte implementatie van deze software, met onder meer een automatische aanrekening van de verschuldigde retributie, vergt bijsturing van de interne werking maar ook van het algemeen retributiereglement (hoofdstuk 15 en hoofdstuk 11). Hierbij werd rekening gehouden met een klantvriendelijke benadering, de automatiseringsmogelijkheden die de software biedt en een vlotte verwerking voor de behandelaars.

Wijziging hoofdstuk 15
De vrijstelling van retributie voor innames t.e.m. 4 kalenderdagen blijft behouden, dit stimuleert om de innames zo kort mogelijk te houden en derhalve de hinder te beperken in de tijd. De verschuldigde retributie (vanaf de 5de dag) wordt vastgelegd als een dagtarief, afhankelijk van de ingenomen oppervlakte. Voor innames t.h.v. een blauwe zone of een stop & shop-zone of een zone voor bewonersparkeren wordt niet langer een bijkomende 'parkeervergoeding' aangerekend. Een betaalde retributie is niet terugvorderbaar.

Wijziging hoofdstuk 11
Er wordt niet langer een afzonderlijke retributie aangerekend voor het ontlenen van signalisatiemateriaal. Wel moet de aanvrager nog steeds zelf instaan voor het ophalen en het terugbrengen van borden. Enkel indien het signalisatiemateriaal op uitdrukkelijke vraag van de aanvrager dient uitgezet en weggenomen blijft een retributie verschuldigd. Ook wordt bij beschadiging en verlies van het signalisatiemateriaal de kostprijs voor herstel of vervanging verder doorgerekend.

 

Het college van burgemeester en schepenen gunde op 27 mei 2020 de opdracht 'leveren en plaatsen fietskluis' aan Koppen bv. Deze fietskluis wordt ingeplant t.h.v. het station. De gebruikers van deze fietskluis moeten een retributie betalen voor het gebruik van de fietskluis. Hiertoe wordt een hoofdstuk 19ter ingevoerd.

 

Tenslotte wordt artikel 20.2 aangevuld waarbij uitdrukkelijk bevestigd wordt dat het college van burgemeester en schepenen ook het tarief voor administratieve kosten verbonden aan gemeentelijke dienstverlening kan vaststellen wanneer deze nog niet door de gemeenteraad werden vastgesteld.

 

Het algemeen retributiereglement van 13 december 2019 (en latere wijzigingen) moet in die zin aangepast worden.

Meerjarenplan en budget

De inkomsten van deze retributies worden aangerekend op het exploitatiekrediet, op rekening

  • 0600-00/700120 voor de retributie op het afleveren van omgevingsdossiers, documenten en inlichtingen inzake stedenbouw, milieu en omgevingsvergunningen
  • 0200-00/720220 voor de retributie op het ontlenen van signalisatiemateriaal
  • 0400-00/702113 voor de retributie op de ingebruikname van het openbaar domein voor werken
  • 0200-00/702116 voor de retributie voor gebruik fietskluis.


Vorige beslissingen
  • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen gunde van 27 mei 2020: 'leveren en plaatsen fietskluis' - gunning aan Koppen bv.
  • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 6 mei 2020: 'levering en implementatie van een softwarepakket voor het coördineren en afhandelen van innames openbaar domein en evenementen met koppeling met GIPOD' - gunning aan Merkator nv.
  • Beslissing van de gemeenteraad van 13 december 2019 en latere wijzigingen: algemeen retributiereglement.
  • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 20 januari 2016: reglement ontlenen signalisatiemateriaal.
  • Beslissing van de gemeenteraad van 13 december 2013 en latere wijzigingen: algemene politieverordening, in het bijzonder artikel 206bis.
Hogere regelgeving
  • Besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 2019 betreffende de woningkwaliteitsbewaking, in het bijzonder artikel 8.
  • Decreet lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40, §3 en artikel 41, 2de lid, 14°.
Publieke stemming
Aanwezig: Jo Libeer, Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Henk Louf, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Tommy Vansteenkiste, Sander Deflo, Jessica Corty, Stefaan Oosthuyse, Kurt Parmentier
Voorstanders: Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Jo Libeer, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Bas Surmont, Elyn Stragier, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty
Tegenstanders: Hendrik Vanhaverbeke, Filip Daem, Joachim Naert, Henk Louf, Heidi Craeynest
Onthouders: Tommy Vansteenkiste
Resultaat: Met 22 stemmen voor, 5 stemmen tegen, 1 onthouding
Beslissing

Het algemeen retributiereglement van 13 december 2019, zoals gewijzigd door de gemeenteraad op 14 februari 2020 en 13 maart 2020, wordt gewijzigd als volgt:


Artikel
1
'Hoofdstuk 5. Retributie op het afleveren van omgevingsdossiers, documenten en inlichtingen inzake stedenbouw, milieu en omgevingsvergunningen' wordt integraal vervangen als volgt:

Hoofdstuk 5. Retributie op het afleveren van omgevingsdossiers, documenten en inlichtingen inzake stedenbouw, milieu en omgevingsvergunningen

Artikel 5.1.

Er wordt een retributie gevestigd op het behandelen van omgevingsdossiers, het opmaken van documenten en het opmaken en versturen van inlichtingen inzake stedenbouw, milieu, omgeving en wonen voor notarissen, vastgoedmakelaars en andere.

Artikel 5.2. Retributie voor het afleveren van stedenbouwkundige en planologische attesten

Voor het afleveren van stedenbouwkundige attesten in de zin van artikel 5.3.1 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening of planologische attesten in de zin van artikel 4.4.24 e.v. van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening is een retributie verschuldigd van 10 euro.

Artikel 5.3. Retributie voor dossier- en administratiekosten bij een omgevingsvergunning

Voor dossier- en administratiekosten wordt een vast recht gevraagd van:

  • 10 euro voor het behandelen van aanvragen met betrekking tot meldingen en dossiers met een eenvoudige dossiersamenstelling
  • 40 euro voor het behandelen van een omgevingsvergunningsaanvraag, verhoogd met:
    • een bijkomend vast recht van 10 euro per bijkomende woongelegenheid, indien de aanvraag betrekking heeft op een gebouw dat meerdere woongelegenheden omvat
    • een bijkomend vast recht van 10 euro per bijkomende schijf van 500 m² indien het gebouw groter is dan 500 m²
  • 20 euro per lot voor het behandelen van een aanvraag voor omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden
  • 20 euro forfaitair voor het behandelen van een aanvraag tot bijstelling van een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden.

Voor dossiers met een openbaar onderzoek worden eveneens de effectieve portkosten en de kosten voor publicatie in de pers teruggevorderd.

Het verschuldigd zijn van de retributie is niet gekoppeld aan het al dan niet verkrijgen van de vergunning.

Artikel 5.4. Retributie voor dossierkosten voor het afleveren van een conformiteitsattest na een woningonderzoek  

De vergoeding voor de behandeling van een aanvraag van een conformiteitsattest, bedraagt:

  • 90 euro voor een zelfstandige woning,
  • 90 euro voor een kamerwoning, verhoogd met 15 euro per kamer, met een maximum van 1 775 euro per gebouw.

Deze bedragen worden jaarlijks aangepast aan de gezondheidsindex conform de volgende formule: nieuw bedrag = basisbedrag x aangepaste gezondheidsindex/gezondheidsindex november 2019.

Artikel 5.5. Overdracht onroerend goed

Er wordt een retributie van 50 euro aangerekend per aanvraag naar alle vereiste vastgoedinformatie betreffende één volledig dossier door notarissen, vastgoedmakelaars en andere naar aanleiding van de overdracht van een onroerend goed.

Als volledig dossier wordt begrepen alle noodzakelijke informatie betreffende één kadastraal perceel of verschillende kadastrale percelen (met een maximum van vijf), aan elkaar grenzend en in handen van dezelfde eigenaar.

Artikel 5.6. Inlichtingen omgevings-, milieu- en stedenbouwkundige gegevens

Voor het opzoekingswerk en het afleveren van inlichtingen inzake omgevings-, milieu- en stedenbouwkundige vergunningen en gegevens op vraag van notarissen, vastgoedmakelaars, studiebureaus, bodemsaneringsdeskundigen en andere wordt volgende retributie aangerekend:

  • 50 euro voor maximaal 5 afschriften van exploitatie-/milieu-/stedenbouwkundige/omgevingsvergunnings- of andere dossiers per locatie
  • 100 euro wanneer 6 tot maximaal 10 afschriften worden gevraagd van exploitatie-/milieu-/stedenbouwkundige/omgevingsvergunnings- of andere dossiers per locatie
  • Indien meer dan 10 afschriften worden gevraagd van exploitatie-/milieu-/stedenbouwkundige/omgevingsvergunnings- of andere dossiers per locatie, wordt het bedrag van 100 euro verhoogd met 50 euro per schijf van 10 afschriften.

Onder afschrift wordt hier begrepen elke opzoeking die resulteert in een afzonderlijk document dat wordt bezorgd, digitaal of in kopie.
Deze bedragen worden verhoogd met de retributie voor afleveren van fotokopies, zoals bepaald in hoofdstuk 2 van dit reglement.

Artikel 5.7. Aanpassingen aan het grondeninformatieregister voor een deel van een perceel of bij het splitsen van percelen

Voor een aanpassing aan het grondeninformatieregister voor een deel van een perceel of bij het splitsen van percelen wordt een retributie van 40 euro aangerekend per perceel waarvoor een aanpassing moet gebeuren.

Artikel 5.8.

Deze retributie is verschuldigd door de persoon die de vergunning, de inlichtingen of de aanpassing aanvraagt.
De retributie is niet verschuldigd voor overheidsinstellingen of instellingen die opgericht zijn door overheden.


Artikel 2
'Hoofdstuk 11. Retributie op het ontlenen van signalisatiemateriaal' wordt integraal vervangen als volgt:

Hoofdstuk 11. Retributie op het ontlenen van signalisatiemateriaal

Artikel 11.1.

§1. Het signalisatiemateriaal dat ontleent wordt, zoals bedoeld in het reglement ontlenen signalisatiemateriaal, moet in goede staat worden teruggebracht. Bij vaststelling van beschadiging of verlies, wordt de kostprijs voor het herstel van de schade of de kostprijs voor het vervangen van het niet-teruggebrachte materiaal volledig doorgerekend aan de ontlener (de natuurlijke of rechtspersoon of vereniging die de aanvraag tot ontlening van signalisatiemateriaal heeft ingediend). Het ontleende materiaal dat binnen de maand na het einde van de ontleenperiode niet wordt teruggebracht, wordt geacht verloren te zijn. 

§2. Als het signalisatiemateriaal uitzonderlijk en op uitdrukkelijke vraag van de ontlener dient uitgezet en weggenomen door de gemeentelijke diensten, dan wordt hiervoor een retributie van 25 euro aangerekend.


Artikel 3
'Hoofdstuk 15. Retributie op de ingebruikname van het openbaar domein voor bouwwerken' wordt integraal vervangen als volgt:

Hoofdstuk 15. Retributie op de ingebruikname van het openbaar domein voor werken

Artikel 15.1.
Er wordt een gemeentelijke retributie geheven op de privatieve ingebruikname van het openbaar domein ten gevolge of ten behoeve van werken.

Dit hoofdstuk handelt louter over het vestigen van een retributie voor de ingebruikname van het openbaar domein. Het betalen van de retributie houdt geen vergunning tot privatieve ingebruikname van het openbaar domein in dewelke steeds door de bevoegde overheid dient verleend.

Artikel 15.2.
Voor de toepassing van dit reglement worden volgende begrippen gebruikt:

- Werken: het uitvoeren van bepaalde werken zoals het bouwen, verbouwen, slopen, herstellen, herinrichten, schilderen en zandstralen, verhuis en tuinaanleg (dit is een niet-limitatieve opsomming).

- Ingebruikname: het (laten) plaatsen van materialen, stellingen, containers, werfafsluitingen, werfketen, torenkranen, toestellen die al dan niet zelfstandig in het verkeer mogen gebracht worden (zoals hoogtewerkers, bouwliften, constructies voor steenvang, afbraakmaterialen, een dienstvoertuig van een aannemer), al of niet afgebakend door een afsluiting of schutting (dit is een niet-limitatieve opsomming). Het voorbehouden van (al dan niet gemarkeerde) parkeerplaatsen voor het plaatsen van (een) dienstvoertuig(en) van een aannemer tijdens de werken, een verhuiswagen e.a. wordt beschouwd als een ingebruikname van het openbaar domein voor werken.

- Openbaar domein: hiertoe behoren wegen, voetpaden, parkeerruimten, groenzones (dit is een niet-limitatieve opsomming) in eigendom van of beheer van de gemeente.

Artikel 15.3.

De retributie wordt als volgt vastgesteld:

§1. Voor de privatieve ingebruikname van openbaar domein, ten gevolge of ten behoeve van werken, wordt een forfaitaire retributie aangerekend per ingebruikname en per kalenderdag. De retributie is verschuldigd vanaf de aanvang van de ingebruikname en wordt berekend volgens de vergunde oppervlakte van het openbaar domein (tenzij de effectief ingenomen oppervlakte groter zou zijn).

  • Oppervlakte tot en met 20 m²:                              7,50 euro/kalenderdag
  • Oppervlakte groter dan 20 m²:                             15 euro/kalenderdag.

§2. Voor de privatieve ingebruikname waar geen of geen correcte vergunning kan voorgelegd worden en derhalve een regularisatiedossier wordt ingediend of opgemaakt zoals bedoeld in artikel 15.8 worden de in §1. bedoelde retributies verdubbeld.

§3. Betaalde retributies zijn niet terugvorderbaar, ook wanneer geen of maar deels gebruik wordt gemaakt van de verleende vergunning.

Artikel 15.4.
De retributie is verschuldigd door de aanvrager van de vergunning. Indien geen aanvraag werd ingediend zal de retributie ambtshalve gevestigd worden cfr. artikel 15.8, §1. lastens de rechtspersoon of natuurlijke persoon die het openbaar domein privatief inneemt en als deze niet gekend is lastens de eigenaar(s) van het perceel waar de werken worden uitgevoerd. Allen zijn hoofdelijk gehouden tot het betalen van de retributie.

Artikel 15.5.
Zijn vrijgesteld:

- Van de retributie zoals bedoeld in artikel 15.3, §1.: de ingebruikname van het openbaar domein ten gevolge of ten behoeve van werken tot en met 4 opeenvolgende kalenderdagen. Als de vrijstellingsperiode van 4 kalenderdagen overschreden wordt, dan wordt voor de berekening van de verschuldigde retributie de ingebruikname berekend vanaf de vijfde kalenderdag van de ingebruikname. Deze vrijstellingsgrond kan niet worden toegepast in een regularisatiedossier.

- Van de retributie zoals bedoeld in artikel 15.3, §1: de ingebruikname van het openbaar domein ten gevolge of ten behoeve van werken door, in opdracht van, of voor rekening van het gemeentebestuur Wevelgem, het OCMW Wevelgem, de sociale huisvestingsmaatschappijen en andere bij wet vrijgestelde publieke rechtspersonen.

Artikel 15.6.
Voor elke ingebruikname van het openbaar domein, zoals omschreven in artikel 15.1, dient vooraf een vergunning bekomen te worden van het college van burgemeester en schepenen. De aanvraag dient digitaal ingediend te worden via het daartoe voorziene portaal. Deze aanvraag dient tijdig te gebeuren, overeenkomstig artikel 206bis van de algemene politieverordening.

Deze digitale aanvraag omvat minstens volgende gegevens:

-        Ingetekende oppervlakte op de locatie van de privatieve ingebruikname van het openbaar domein,

-        Omschrijving van het type ingebruikname en omschrijving van de werken waaraan deze privatieve ingebruikname van het openbaar domein is gekoppeld,

-        De gegevens (naam, adres en telefoonnummer) van de aanvrager en, indien iemand anders dan eerstgenoemde, van de uitvoerder van de werken,

-        De datum van aanvang en duur van de werken, uitgedrukt in dagen of weken.

Artikel 15.7.
De controle van de privatieve ingebruikname van het openbaar domein ten gevolge of ten behoeve van werken, kan worden uitgevoerd door de politie, een bevoegde gemeentelijke ambtenaar, een gemeenschapswacht-vaststeller of een door het gemeentebestuur hiertoe aangestelde firma.

Artikel 15.8.

§1. Indien men geen of geen correcte vergunning kan voorleggen, dient onmiddellijk een aanvraag met regularisatiedossier te worden ingediend.
Het innemen van het openbaar domein zonder voorafgaandelijke vergunning of op basis van een vergunning afgeleverd op grond van onjuiste of onvolledige gegevens, kan worden gesanctioneerd met een gemeentelijke administratieve sanctie, nl. een administratieve geldboete ten bedrage van maximaal 350 euro (wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties). Onverminderd de eventuele administratieve geldboete wordt in voorkomend geval ook steeds ambtshalve een regularisatiedossier voor de nog verschuldigde retributie uitgewerkt, waarbij de retributie aangerekend wordt vanaf de vermoedelijke aanvang der werken (geen vrijstelling van 4 kalenderdagen omdat het een regularisatie betreft), vastgesteld op basis van alle mogelijke bewijsmiddelen en bij gebreke daaraan forfaitair vastgesteld op 14 kalenderdagen vóór de vaststelling van de ingebruikname van het openbaar domein zonder passende vergunning.

§2. Indien de privatieve ingebruikname van het openbaar domein verder blijft duren dan de termijn bepaald in de vergunning, wordt dit beschouwd als een ingebruikname zonder voorafgaande vergunning en wordt toepassing gemaakt van §1. hierboven vermeld.


Artikel 4

'Hoofdstuk 19ter. Retributie voor gebruik fietskluis' wordt ingevoegd na hoofdstuk 19bis als volgt

Hoofdstuk 19ter. Retributie voor gebruik fietskluis

Artikel 19ter.1.
Er wordt een retributie ingevoerd op het gebruik van een door de gemeente aangeboden fietskluis voor de beschikbare plaatsen. Er wordt toegang genomen tot de fietskluis via een toegangsbadge (eenmalige vergoeding van 5 euro per toegangsbadge).

Artikel 19ter.2.
§1. De retributie is verschuldigd door de aanvrager en bedraagt 6 euro per maand.
§2. De betaling van de retributie gebeurt op jaarbasis en voorafgaandelijk. Bij de start van de dienstverlening wordt de eerste retributie pro rata berekend in functie van het nog aantal resterende maanden van het lopende jaar, waarbij elke begonnen maand volledig wordt aangerekend. De eerste retributie dient betaald te worden voor ontvangst van de toegangsbadge.
§3. De betaalde retributie is niet terugvorderbaar.
§4. Indien er stalplaatsen beschikbaar zijn, is een kortere gebruikstermijn mogelijk a rato van de in §1. bedoelde retributie voor de afgesproken gebruikstermijn, waarbij elke begonnen maand volledig wordt aangerekend. Ook deze retributie wordt voorafgaandelijk aangerekend.

Artikel 19ter.3.
De gemeente kan op geen enkele manier aansprakelijk gesteld worden voor schade aan of diefstal van de fiets naar aanleiding van of ten gevolge het gebruik van de fietskluis.


Artikel 5

Artikel 20.2. wordt integraal vervangen als volgt:

Artikel 20.2.
Het college van burgemeester en schepenen wordt gemachtigd om tarieven voor onderstaande prestaties van de gemeentelijke diensten vast te stellen, dit zowel naar aard als naar het bedrag en aan zijn reglement alle wijzigingen aan te brengen die het noodzakelijk acht.
De lijst van tarieven die door het college van burgemeester en schepenen bepaald kunnen worden:
- De toegangsprijzen voor optredens in het cultuurcentrum (eigen programmatie)
- De tarieven voor verkoop van dranken e.a.
- Het tarief voor vormingsactiviteiten, lezingen en uitstappen
- De prijs van een schoolmaaltijd (exclusief het remgeld)
- De prijs voor allerlei uitstappen
- De prijs voor schoolactiviteiten
- Het tarief voor sportkampen en sportlessen
- Het tarief voor de vakantiewerking
- Het tarief van plannen horende bij bestekken
- Tarief voor inschrijvingsgeld niet-gesubsidieerd onderwijs
- Tarief voor occasionele prestaties van gemeentepersoneel
- Tarief voor toeristische prestaties en activiteiten
- Tarief voor soortgelijke prestaties of administratieve kosten verbonden aan gemeentelijke dienstverlening waarvoor geen retributiereglement door de gemeenteraad is vastgesteld.
Het college van burgemeester en schepenen houdt bij de bepaling van het tarief rekening met de kostprijs van de verstrekte dienst. Een differentiatie van het tarief kan gemotiveerd worden binnen een doelgroepenbeleid, zeker indien dit kadert binnen de beleidsdoelstellingen door de gemeenteraad vastgelegd. De tariefbepaling kan ook rekening houden met promotionele acties die de burger meer met de dienstverlening vertrouwd kunnen maken. De vastlegging van tarieven binnen specifieke beleidsdomeinen wordt voor advies voorgelegd aan de beheersorganen of aan de betrokken adviesraden.


Artikel 6

Deze beslissing treedt in werking vanaf 1 januari 2021.


Artikel 7

Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de coördinatie van het algemeen retributiereglement.