Terug
Gepubliceerd op 18/05/2022

Notulen  gemeenteraad

vr 01/04/2022 - 18:30 Kleine Porsies
Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
Kurt Parmentier, algemeen directeur
Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid
  • Openbaar

    • Personeelsaangelegenheden

      • Personeelsbeleid

        • Tweede pensioenpijler contractueel tewerkgesteld personeel - toetreding tot OFP Prolocus

          Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
          Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
          Kurt Parmentier, algemeen directeur
          Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

          Betreft de toetreding tot OFP PROLOCUS voor de aanleg van een tweede pensioenpijler voor het contractueel tewerkgesteld gemeentepersoneel met ingang van 1 januari 2022 en de oprichting van een MIPS-groep samen met OCMW Wevelgem in dit verband.

          Feiten, context en argumentatie

          Het bestuur wil de pensioenkloof tussen haar statutair personeel en contractueel personeel verkleinen. Daartoe wordt voorzien in een tweede pensioenpijler voor de totaliteit van haar contractueel personeel. 

          Gemeente en OCMW Wevelgem zijn hiervoor, net zoals de meeste lokale besturen, aangesloten bij DIB-ETHIAS LOKALE CONTRACTANTEN, een tijdelijke handelsvennootschap opgericht door Belfius Insurance en Ethias. Deze groepsverzekering kwam in 2010 tot stand na een overheidsopdracht door de toenmalige RSZPPO, mede op initiatief van VVSG. De beide verzekeraars hebben de lopende groepsverzekeringsovereenkomst in juni 2021 opgezegd, met ingang van 1 januari 2022. Bijgevolg moet er gekeken worden voor een alternatief. VVSG en OFP PROLOCUS hebben intussen samen voor een nieuw aanbod gezorgd.

          Het bestuur heeft voor het voorzien in een tweede pensioenpijler de keuze tussen enerzijds een overheidsopdracht voor een groepsverzekering bij een verzekeraar en anderzijds het aansluiten bij een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening (IBP, pensioenfonds).

          Na onderhandelingen met VVSG werd OFP PROVANT (een organisme voor de financiering van pensioenen van de contractuele medewerkers van de publieke werkgevers in de provincie Antwerpen) omgevormd tot OFP PROLOCUS, een pensioenfonds waarbij alle lokale besturen van het Vlaamse gewest kunnen toetreden (IBP met ondernemingsnummer 0809.537.155).

          Door de toetreding bij een IBP is men meer betrokken bij het beheer van zijn pensioenfinanciering, waarbij, in tegenstelling tot een groepsverzekering, het bestuur een vertegenwoordiger in de algemene vergadering van OFP PROLOCUS afvaardigt. Naast controlebevoegdheid heeft het bestuur zo ook de mogelijkheid om, indien nodig, punten op de agenda van de algemene vergadering te zetten. Bovendien streeft de IBP, in tegenstelling tot een groepsverzekering, geen winsten na ten voordele van de organisatie zelf. Een IBP heeft daarbij ruime beleggingsmogelijkheden, zodat een ruimer rendement mogelijk is dan in een tak 21-verzekering, zonder dat dit evenwel enige garantie inhoudt.

          Het bestuur kan toetreden tot OFP PROLOCUS zonder overheidsopdracht vermits aan de voorwaarden van een inhouse-opdracht voldaan is gezien:

          • het bestuur via de algemene vergadering waar ze lid van wordt, toezicht uitoefent op OFP PROLOCUS zoals op haar eigen diensten,
          • meer dan 80% van de activiteiten van OFP PROLOCUS de uitvoering van taken behelst die hem zijn toegewezen door de controlerende overheden, namelijk het voorzien in aanvullende pensioenen voor lokale en provinciale besturen,
          • er is geen rechtstreekse participatie van privékapitaal in OFP PROLOCUS en
          • OFP PROLOCUS is zelf onderworpen aan de wetgeving op de overheidsopdrachten.

          OFP Prolocus zal, in het verlengde van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen, sterk inzetten op het duurzaam karakter van zijn beleggingen.

          Het aanbod van OFP PROLOCUS vereist, net zoals de groepsverzekering die tot eind 2021 werd aangehouden bij Ethias en Belfius Insurance, geen werknemersbijdragen, en voorziet in een overlijdensdekking en een kapitaalsuitkering.

          Daarbij bestaat de mogelijkheid van een zogeheten 'steprate'-bijdrage. Dat is de mogelijkheid om op het gedeelte van het loon dat boven het maximumplafond voor de berekening van het wettelijk pensioen uitkomt, een hogere toezegging te doen om zo het verschil tussen een statutair pensioen en een wettelijk pensioen verder te verkleinen.

          Er bestaan 3 soorten pensioenplannen: defined benefit of vaste prestaties, cash balance en defined contribution of vaste bijdragen. De voorgestelde formule is een vastebijdragenplan. In dit plan belooft de werkgever een bepaalde bijdrage (een bijdrage uitgedrukt als een percentage van het aan de RSZ onderworpen brutoloon) te betalen zonder vastgesteld rendement. De behaalde rendementen worden toegekend conform het kaderreglement.

          Het bestuur moet minimum de vastgestelde bijdrage betalen. Wanneer het wettelijk minimumrendement niet behaald wordt, zal het bestuur bijkomende bijdragen moeten betalen, zodat in elk geval voor de aangeslotenen het wettelijk minimumrendement behaald wordt. Dit is momenteel 1,75% voor actieve aangeslotenen (een aangeslotene in dienst van het bestuur) en 0% voor passieve aangeslotenen (een aangeslotene die het bestuur verlaten heeft en die zijn pensioenreserves in OFP PROLOCUS heeft laten staan.

          Als bijkomende veiligheid wordt verwacht dat het bestuur de eerste vijf jaar, bovenop de middelen nodig voor de eigenlijke pensioentoezegging, voorziet in een extra prefinanciering van 5% om zo de kans op het betalen van bijkomende bijdragen te verkleinen. Deze prefinanciering blijft ter beschikking van het bestuur ter financiering van latere bijdragen (als reserve).

          Daarnaast kan het bestuur met andere rechtspersonen waarmee ze nauwe banden heeft (AGB’s, OCMW) een MIPS-groep (Multi Inrichters Pensioenstelsel) vormen. Door toe te treden tot een zogenaamde MIPS-groep kunnen besturen enkele door de wet bepaalde gevolgen van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst opvangen. Binnen een MIPS-groep is er mogelijkheid tot interne mobiliteit voor het personeel zonder dat dit gevolgen heeft voor de pensioentoezegging van het personeelslid. Ook speelt er binnen een MIPS-groep een onderlinge solidariteit. De besturen binnen een MIPS-groep kunnen voor de verplichtingen in dit kader een beroep doen op elkaars vrije reserves, wat de kans op een extra tussenkomst kleiner maakt.

          De kosten voor de werking van OFP PROLOCUS worden voor 2022 forfaitair vastgelegd op 1 000 euro per jaar per werkgever en 10 euro per jaar per aangeslotene. Deze bedragen worden jaarlijks geïndexeerd tot en met 2024. Nadien zal een meer stabiel systeem van kostenvergoeding worden uitgebouwd, gebaseerd op de werkelijke kosten enerzijds en het werkelijke aantal aangesloten besturen en medewerkers anderzijds.

          Met het oog op de toetreding worden de statuten, de beheersovereenkomst, het financieringsplan (algemeen luik en specifiek luik VVSG), de Verklaring inzake Beleggingsbeginselen (algemeen luik en specifiek luik VVSG), de toetredingsakte overgemaakt. Met het oog op de pensioentoezegging worden het kaderreglement en het bijzonder pensioenreglement overgemaakt. Voor dit kaderreglement werd binnen het Comité C1 een protocol van akkoord bekomen.

           

          Het college van burgemeester en schepenen en het vast bureau stelden in zitting van 9 maart 2022 voor om met ingang van 1 januari 2022 toe te treden tot OFP PROLOCUS en de er aan gekoppelde modaliteiten qua pensioentoezegging.

          Daarbij wordt de intentie geuit om met OCMW Wevelgem een MIPS-groep te vormen om de interne mobiliteit van het personeel tussen beide entiteiten te bevorderen en de onderlinge solidariteit te laten spelen.

          De op basis van het financieringsplan verschuldigde bijdragen en de kosten voor het functioneren van OFP PROLOCUS zullen ingehouden worden door de RSZ en daarna doorgestort worden aan OFP PROLOCUS. De nodige kredieten zijn en worden voorzien in de meerjarenplanning.

           

          Voormelde intentieverklaring van het college van burgemeester en schepenen en het vast bureau werden in het bijzonder onderhandelingscomité van 23 maart 2022 besproken. Deze bespreking leidde tot volgend niet-bindend advies van ACV Openbare Diensten: akkoord. 

           

          Bij toetreding tot OFP PROLOCUS kan een vertegenwoordiger aangeduid worden om het bestuur te vertegenwoordigen in de algemene vergadering van OFP PROLOCUS. Na de beslissing tot toetreding moet dit aan OFP PROLOCUS meegedeeld worden en moet de algemene vergadering van OFP PROLOCUS de kandidatuur goedkeuren.

          Vorige beslissingen
          • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 9 maart 2022: tweede pensioenpijler contractueel tewerkgesteld personeel - voorstel toetreding tot OFP PROLOCUS.
          • Beslissing van het vast bureau van 9 maart 2022: tweede pensioenpijler contractueel tewerkgesteld personeel - voorstel toetreding tot OFP PROLOCUS.
          • Beslissing van de gemeenteraad van 8 maart 2019: delegatie vastlegging/wijziging personeelsreglementering.
          Hogere regelgeving
          • Decreet lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 41, 2de lid, 4°.
          Beslissing

          Artikel 1

          Er wordt kennis genomen van en ingestemd met:

          • de beheersovereenkomst en het financieringsplan (algemeen luik en luik VVSG) via de toetredingsakte van OFP PROLOCUS
          • het bijzonder pensioenreglement (met een basisbijdrage van 3% en binnen een MIPS (gemeente Wevelgem - OCMW Wevelgem), zonder step rate en zonder aanvullende toezegging of inhaaltoezegging).

          Er wordt kennis genomen van het kaderreglement.

          Er wordt kennis genomen van de Verklaring inzake Beleggingsbeginselen (SIP, statement of investment principles) (algemeen luik en luik VVSG) en de statuten.

           

          Artikel 2

          Aanpassingen van het bijzonder pensioenreglement kunnen worden vastgesteld door het college van burgemeester en schepenen (cfr. beslissing van de gemeenteraad van 8 maart 2019 houdende delegatie vastlegging/wijziging personeelsreglementering), en, in toepassing van onderstaand artikel 6, door het vast bureau.


          Artikel 3

          Met ingang van 1 januari 2022 wordt toegetreden tot OFP PROLOCUS (afzonderlijk vermogen VVSG) en hiertoe wordt onverwijld een verzoek tot aanvaarding als lid van de algemene vergadering gericht tot OFP PROLOCUS.

           

          Artikel 4

          Er wordt ingestemd met het feit dat de door het financieringsplan verschuldigde bijdragen en de kosten voor het functioneren van OFP PROLOCUS geïnd zullen worden door de RSZ in naam en voor rekening van OFP PROLOCUS.

           

          Artikel 5

          De pensioentoezegging bedraagt 3% van het pensioengevend loon.

           

          Artikel 6

          Gemeente Wevelgem vormt samen met, en onder voorbehoud van akkoord van OCMW Wevelgem, een zogenaamde MIPS-groep.

           

          Artikel 7
          Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de verdere uitvoering van deze beslissing.

        • OFP PROLOCUS: aanduiden vertegenwoordiger

          Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
          Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
          Kurt Parmentier, algemeen directeur
          Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

          Er wordt een vertegenwoordiger en plaatsvervangend vast vertegenwoordiger aangeduid om gemeente Wevelgem te vertegenwoordigen in de algemene vergadering van OFP PROLOCUS.

          Feiten, context en argumentatie

          De gemeente zal toetreden tot OFP PROLOCUS voor de aanleg van de tweede pensioenpijler voor het contractueel gemeentepersoneel met ingang van 1 januari 2022.

          Hierbij is er de intentie om samen met het OCMW een MIPS-groep te vormen.

          Er moet per lid dat deel uitmaakt van de MIPS (gemeente en OCMW) een vaste vertegenwoordiger aangeduid worden in de algemene vergadering van OFP PROLOCUS. De vaste vertegenwoordiger is een mandataris of werknemer van de gemeente.

          Volgende persoon wordt voorgedragen als kandidaat-vaste vertegenwoordiger:

          • de heer Kevin Defieuw.

          Er werden geen personen voorgedragen als kandidaat-plaatsvervanger.

          Vorige beslissingen
          • Beslissing van de gemeenteraad van 1 april 2022: tweede pensioenpijler contractueel tewerkgesteld gemeentepersoneel - toetreding tot OFP PROLOCUS.
          Hogere regelgeving
          • Decreet lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 41, 2de lid, 4°.
          Beslissing

          Artikel 1

          De heer Kevin Defieuw wordt aangeduid als vaste vertegenwoordiger van de gemeente om deel te nemen aan alle zittingen van de algemene vergadering van OFP PROLOCUS tot de vervanging naar aanleiding van de vernieuwing van de gemeenteraad in 2025 en dit onder voorbehoud van aanvaarding van de kandidatuur tot toetreding van de gemeente door de algemene vergadering van OFP PROLOCUS.

           

    • Overheidsopdrachten

      • Wijze van gunnen

        • Fietspaden Overheulestraat

          Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
          Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
          Kurt Parmentier, algemeen directeur
          Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

          Raming: 928 574,12 euro (excl. btw), hetzij 1 100 223,93 euro (incl. btw).

          Openbare procedure.

          Feiten, context en argumentatie

          Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 13 mei 2020 tot de gunning van de opdracht 'heraanleg fietspaden Overheulestraat, aanstellen ontwerper en veiligheidscoördinator' aan Studiebureau Jonckheere bv.

          In het kader van de opdracht 'fietspaden Overheulestraat' werd een bestek met nr. 20062 opgesteld door de ontwerper, Studiebureau Jonckheere bv.

          De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 928 386,60 euro (excl. btw), hetzij 1 100 223,93 euro (incl. btw).

          Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.

          Meerjarenplan en budget

          De uitgave voor deze opdracht wordt aangerekend op rekening PB5-ACT3/0200-00/224007/I-PB5-AP1 van het investeringskrediet.

          Vorige beslissingen
          • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 13 mei 2020: heraanleg fietspaden Overheulestraat, aanstellen ontwerper en veiligheidscoördinator - goedkeuring gunning.
          Hogere regelgeving
          • Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
          • Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
          • Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36.
          • Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
          • Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
          Beslissing

          Artikel 1

          Het bestek met nr. 20062 en de raming voor de opdracht 'fietspaden Overheulestraat', opgesteld door de ontwerper, Studiebureau Jonckheere bv, worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 928 386,60 euro (excl. btw), hetzij 1 100 223,93 euro (incl. btw).

           

          Artikel 2

          Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de openbare procedure.

           

          Artikel 3

          De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal niveau.

        • Sneeuw- en ijzelbestrijding – vervangen zoutstrooier

          Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
          Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
          Kurt Parmentier, algemeen directeur
          Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

          Raming: 46 694,21 euro (excl. btw), hetzij 56 499,99 euro (incl. btw).

          Onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

          Feiten, context en argumentatie

          In het kader van de opdracht 'sneeuw- en ijzelbestrijding – vervangen zoutstrooier' werd een bestek met nr. 2702/01222 opgesteld door de heer Karl Verscheure, dienst Openbare Infrastructuur en Mobiliteit.

          De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 46 694,21 euro (excl. btw), hetzij 56 499,99 euro (incl. btw).

          Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

          Meerjarenplan en budget

          De uitgave voor deze opdracht wordt aangerekend op rekening 0200-00/240500/IP-OVERIG van het investeringskrediet.

          Hogere regelgeving
          • Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
          • Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
          • Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, §1, 1° a) (de goed te keuren uitgave (excl. btw) bereikt de drempel van 140 000 euro niet).
          • Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
          • Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.
          Beslissing

          Artikel 1

          Het bestek met nr. 2702/01222 en de raming voor de opdracht 'sneeuw- en ijzelbestrijding – vervangen zoutstrooier', opgesteld door de heer Karl Verscheure, dienst Openbare Infrastructuur en Mobiliteit, worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 46 694,21 euro (excl. btw), hetzij 56 499,99 euro (incl. btw).

           

          Artikel 2

          Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

        • Aankoop lichte vrachtwagen cel Feestelijkheden

          Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
          Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
          Kurt Parmentier, algemeen directeur
          Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

          Raming: 45 454,55 euro (excl. btw), hetzij 55 000,01 euro (incl. btw).

          Onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

          Feiten, context en argumentatie

          In het kader van de opdracht 'aankoop lichte vrachtwagen cel Feestelijkheden' werd een bestek met nr. 2699/00922 opgesteld door de heer Peter Vangeersdaele, dienst Openbare Infrastructuur en Mobiliteit.

          De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 45 454,55 euro (excl. btw), hetzij 55 000,01 euro (incl. btw).

          Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

          Meerjarenplan en budget

          De uitgave voor deze opdracht wordt aangerekend op rekening 0710-00/240500/IP-OVERIG van het investeringskrediet.


          Hogere regelgeving
          • Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
          • Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
          • Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, §1, 1° a) (de goed te keuren uitgave (excl. btw) bereikt de drempel van 140 000 euro niet).
          • Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
          • Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.
          Beslissing

          Artikel 1

          Het bestek met nr. 2699/00922 en de raming voor de opdracht 'aankoop lichte vrachtwagen cel Feestelijkheden', opgesteld door de heer Peter Vangeersdaele, dienst Openbare Infrastructuur en Mobiliteit, worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 45 454,55 euro (excl. btw), hetzij 55 000,01 euro (incl. btw).

           

          Artikel 2

          Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

        • Sportcentrum Wevelgem, bouwen nieuwe kleedkamers

          Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
          Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
          Kurt Parmentier, algemeen directeur
          Verontschuldigd: Filip Daem, Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadsleden

          Raming: 254 037,39 euro (excl. btw), hetzij 307 385,24 euro (incl. btw).

          Openbare procedure.

          Feiten, context en argumentatie

          Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 29 september 2021 de ontwerpopdracht voor de opdracht 'sportcentrum Wevelgem, bouwen nieuwe kleedkamers' toe te wijzen aan Pyramid-Formanova Architecten- & Ingenieursbureau bv, Driemasten 1 te 8560 Wevelgem.

          In het kader van deze opdracht werd een bestek opgesteld door de ontwerper, de heer Stefaan Vanpoucke van Pyramid-Formanova Architecten- & Ingenieursbureau bv.

          De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 254 037,39 euro (excl. btw), hetzij 307 385,24 euro (incl. btw).

          Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.

          Meerjarenplan en budget

          De uitgave voor deze opdracht wordt aangerekend op rekening PB2-ACT18/0742-00/221007/I-PB2-AP6 van het investeringskrediet.

          Vorige beslissingen
          • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 29 september 2021: aanstellen ontwerper(s) voor bouwen kleedkamers diverse sportcentra (perceel 1 - sportcentrum Wevelgem) - goedkeuring gunning.
          Hogere regelgeving
          • Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
          • Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36.
          • Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
          • Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
          • Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
          Beslissing

          Artikel 1

          Het bestek en de raming voor de opdracht 'sportcentrum Wevelgem, bouwen nieuwe kleedkamers', opgesteld door de ontwerper, de heer Stefaan Vanpoucke van Pyramid-Formanova Architecten- & Ingenieursbureau bv, worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 254 037,39 euro (excl. btw), hetzij 307 385,24 euro (incl. btw).

           

          Artikel 2

          Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de openbare procedure.

           

          Artikel 3

          De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal niveau.

        • Sportcentrum Moorsele, bouwen nieuwe kleedkamers

          Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
          Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
          Kurt Parmentier, algemeen directeur
          Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

          Raming: 358 127,77 euro (excl. btw), hetzij 433 334,60 euro (incl. btw).

          Openbare procedure.

          Feiten, context en argumentatie

          Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 29 september 2021 de ontwerpopdracht voor de opdracht 'sportcentrum Moorsele, bouwen nieuwe kleedkamers' toe te wijzen aan Pyramid-Formanova Architecten- & Ingenieursbureau bv, Driemasten 1 te 8560 Wevelgem.

          In het kader van deze opdracht werd een bestek opgesteld door de ontwerper, de heer Stefaan Vanpoucke van Pyramid-Formanova Architecten- & Ingenieursbureau bv.

          De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 358 127,77 euro (excl. btw), hetzij 433 334,60 euro (incl. btw).

          Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.

          Meerjarenplan en budget

          De uitgave voor deze opdracht wordt aangerekend op rekening PB2-ACT18/0742-00/221007/I-PB2-AP6 van het investeringskrediet.

          Vorige beslissingen
          • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 29 september 2021: aanstellen ontwerper(s) voor bouwen kleedkamers diverse sportcentra (perceel 3 - sportcentrum Moorsele) - goedkeuring gunning.
          Hogere regelgeving
          • Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
          • Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36.
          • Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
          • Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
          • Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
          Beslissing

          Artikel 1

          Het bestek en de raming voor de opdracht 'sportcentrum Moorsele, bouwen nieuwe kleedkamers', opgesteld door de ontwerper, de heer Stefaan Vanpoucke van Pyramid-Formanova Architecten- & Ingenieursbureau bv, worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 358 127,77 euro (excl. btw), hetzij 433 334,60 euro (incl. btw).

           

          Artikel 2

          Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de openbare procedure.

           

          Artikel 3

          De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal niveau.

        • Bereiding en levering van schoolmaaltijden voor de gemeentelijke basisschool voor schooljaar 2022-2023

          Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
          Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
          Kurt Parmentier, algemeen directeur
          Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

          Raming: 236 000 euro (excl. btw), hetzij 250 160 euro (incl. btw) voor 2 schooljaren.

          Openbare procedure.

          Feiten, context en argumentatie

          In het kader van de opdracht 'bereiding en levering van schoolmaaltijden voor de gemeentelijke basisschool voor schooljaar 2022-2023' werd een bestek met nr. 2700/01022 opgesteld door mevrouw Lynsey Nuttin, GBS Wevelgem.

          Deze opdracht is als volgt opgedeeld:

          • Basisopdracht (bereiding en levering van schoolmaaltijden voor de gemeentelijke basisschool voor schooljaar 2022-2023), raming: 118 000 euro (excl. btw), hetzij 125 080 euro (incl. btw);
          • Verlenging 1 (bereiding en levering van schoolmaaltijden voor de gemeentelijke basisschool voor schooljaar 2023-2024), raming: 118 000 euro (excl. btw), hetzij 125 080 euro (incl. btw).

          De totale uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 236 000 euro (excl. btw), hetzij 250 160 euro (incl. btw).


          Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.

          Meerjarenplan en budget

          De uitgave voor deze opdracht wordt aangerekend op rekening 0800-00/600020 van het exploitatiekrediet.

          Hogere regelgeving
          • Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
          • Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
          • Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36 en artikel 57.
          • Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
          • Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
          Beslissing

          Artikel 1

          Het bestek met nr. 2700/01022 en de raming voor de opdracht 'bereiding en levering van schoolmaaltijden voor de gemeentelijke basisschool voor schooljaar 2022-2023', opgesteld door mevrouw Lynsey Nuttin, GBS Wevelgem, worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De totale raming (basisopdracht en verlenging) bedraagt 236 000 euro (excl. btw), hetzij 250 160 euro (incl. btw).

           

          Artikel 2

          Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de openbare procedure.

           

          Artikel 3

          De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal niveau.

    • Algemeen bestuur

      • Verslag fractietoelage 2021

        Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
        Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
        Kurt Parmentier, algemeen directeur
        Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

        Het betreft de kennisgeving van het verslag van de besteding van de fractietoelage 2021.

        Feiten, context en argumentatie

        Artikel 38, §5 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad bepaalt dat de fracties in de gemeenteraad een toelage kunnen krijgen ter ondersteuning van hun werking. Deze toelage wordt berekend a rato van 125 euro per raadslid per jaar dat deel uitmaakt van de fractie (met uitzondering van de leden van het college van burgemeester en schepenen), tenzij het raadslid kiest voor een elektronisch hulpmiddel dat ter beschikking wordt gesteld (ten belope van de reële tegenwaarde) of wordt aangekocht door het raadslid (waarvan de tegenwaarde de fractietoelage bedraagt).

        Jaarlijks wordt een overzicht gemaakt van de aanwending van deze middelen, dat wordt voorgelegd aan de gemeenteraad.

        Meerjarenplan en budget

        De uitgave wordt aangerekend op rekening 0100-00/649604 van het exploitatiekrediet.

        Vorige beslissingen
        • Beslissing van de gemeenteraad van 8 februari 2019 en latere wijzigingen: huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, in het bijzonder artikel 38, §5.
        Beslissing

        Neemt kennis van het verslag van de fractietoelage 2021.

      • Kennisgeving beslissing gouverneur

        Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
        Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
        Kurt Parmentier, algemeen directeur
        Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

        Er wordt kennis genomen van het antwoord van de provinciegouverneur van 23 maart 2022 n.a.v. een klacht.

        Feiten, context en argumentatie

        De provinciegouverneur heeft, in het kader van het bestuurlijk toezicht, kennis genomen van een klacht van 20 januari 2022 omtrent een collegebesluit van 22 december 2021 inzake het 'herinrichten bedrijventerrein Wevelgem-Zuid'. De provinciegouverneur besliste, na onderzoek van deze klacht, dat er geen redenen zijn voor zijn ambt om op te treden tegen het bedoelde collegebesluit.

        Vorige beslissingen
        • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 16 februari 2022: herinrichten bedrijventerrein Wevelgem-Zuid.
        • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 22 december 2021: herinrichten bedrijventerrein Wevelgem-Zuid.
        Hogere regelgeving
        • Decreet lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 333.
        Beslissing

        Neemt kennis van het antwoord van de heer provinciegouverneur van West-Vlaanderen van 23 maart 2022 betreffende de klacht tegen de gemeente Wevelgem omtrent een collegebesluit van 22 december 2021 inzake het 'herinrichten bedrijventerrein Wevelgem-Zuid'.

      • Financiën

        • Nominatieve subsidies -aanvulling lijst

          Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
          Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
          Kurt Parmentier, algemeen directeur
          Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

          De bijkomende lijst van nominatieve subsidies voor 2022 wordt goedgekeurd.

          Feiten, context en argumentatie

          Volgens de BBC-regels behoort het overzicht van de toegestane werkings- en investeringssubsidies tot de documentatie bij het meerjarenplan. Deze lijst is raadpleegbaar via www.wevelgem.be/meerjarenplan2020-2025.

          Overeenkomstig artikel 41, 2de lid, 23° van het decreet lokaal bestuur is het vaststellen van subsidiereglementen en het toekennen van nominatieve subsidies een (niet-delegeerbare) bevoegdheid van de gemeenteraad.

          In de gemeenteraad van 10 december 2021 werd een lijst goedgekeurd van nominatieve subsidies.

          Er wordt voorgesteld om deze lijst aan te vullen met:

          • een subsidie van 1 500 euro voor de organisatie van het provinciaal kampioenschap elite zonder contract 2/U23 op zaterdag 9 april 2022 te Moorsele door Moorsele Koerse
          • een subsidie van 5 000 euro voor de organisatie van Run for Fun op zaterdag 27 augustus 2022 te Moorsele door Moorsele Onderneemt vzw.
          Vorige beslissingen
          • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 16 maart 2022: nominatieve subsidie Run For Fun.
          • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 19 januari 2022: nominatieve subsidie PK wielrennen elite zonder contract te Moorsele.
          • Beslissing van de gemeenteraad van 10 december 2021: nominatieve subsidies.
          Hogere regelgeving
          • Decreet lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 41, 2de lid, 23°.
          Beslissing

          Artikel 1

          Keurt volgende bijkomende nominatieve subsidies voor 2022 goed:

          BI

          AR

           Omschrijving

          Bedrag 2022

          740

           

           Sportsector- en verenigingsondersteuning

          1 500,00

           

          649606

           Moorsele Koerse - Provinciaal kampioenschap

          1 500,00

          710  

           Feesten en plechtigheden

          5 000,00

           

          649606

           Moorsele onderneemt - Run for Fun

          5 000,00

    • Grondgebiedszaken

      • Samenwerkingsovereenkomst Riopact

        Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
        Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
        Kurt Parmentier, algemeen directeur
        Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

        De samenwerkingsovereenkomst 'Riopact' met De Watergroep wordt goedgekeurd.

        Feiten, context en argumentatie

        De gemeente heeft op heden het gemeentelijk rioleringsnetwerk in eigen beheer. Het investeren in een gemeentelijk rioleringsbestand alsook de instandhouding, het beheer en de concrete opvolgingen zijn op vandaag geen eenvoudige zaak voor veel gemeentebesturen.

        De gemeente is lid van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening cv (De Watergroep). De Watergroep biedt de mogelijkheid, binnen Riopact, om de gemeente te ondersteunen in het streven naar een efficiënt afvalwater- en rioolbeheer. 

        De Watergroep is het grootste drinkwaterbedrijf in Vlaanderen, met een sterke lokale verankering. Aquafin nv (Aquafin) heeft als Vlaams waterzuiveringsbedrijf een jarenlange ervaring met de planning, de aanleg, het beheer en onderhoud van het rioleringsstelsel. Binnen Riopact bundelen De Watergroep en Aquafin de krachten voor een efficiënt en integraal beheer van afval- en regenwater.

        Dit past binnen de eigen (decretale) verplichting van De Watergroep om het aan haar abonnees geleverde water te saneren met het oog op het behoud van de kwaliteit van het geleverde water (artikel 2.3.5, §1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (decreet integraal waterbeleid)). Artikel 2.1.2, 23° van het decreet integraal waterbeleid definieert sanering als volgt: 'het ondernemen van alle acties nodig voor de organisatie en de uitvoering van het opvangen, transporteren, collecteren en zuiveren van het afvalwater'.
        Het 'opvangen, transporteren, collecteren en zuiveren van afvalwater' vereist een verdere uitbouw, onderhoud en beheer van de rioolwaterzuiveringsinfrastructuur. Dit is een opdracht die financiële, administratieve en technische inspanningen vergt, die best kunnen worden uitgevoerd in samenwerking met een ervaren en gespecialiseerd bedrijf.
        De Watergroep, die reeds de waterdistributie verzorgt op het grondgebied van de gemeente, kan - zoals gesteld - binnen Riopact een specifiek takenpakket aanbieden dat ontwikkeld is voor de uitbouw en het beheer van het gemeentelijk rioleringsstelsel, dat bestaat uit DWA-leidingen, RWA-leidingen, grachten, infiltratie- en bufferbekkens, hemelwatervoorzieningen, rioolwaterkolken, ... De Watergroep heeft voor de invulling en uitvoering van dit takenpakket een overeenkomst afgesloten met Aquafin, dewelke gebaseerd is op wederzijdse en complementaire knowhow en ervaring, en een specifieke taakverdeling tussen De Watergroep en Aquafin bevat. Binnen Riopact bundelen De Watergroep en Aquafin de krachten om de gemeenten en steden te ondersteunen in hun streven naar een efficiënt afvalwater- en rioolbeheer.
        Dit takenpakket kan op vraag en op maat van de gemeente (die zich bij haar rioolbeheer wil laten bijstaan door een betrouwbare partner met kennis en expertise) samengesteld worden.

        Naar aanleiding van een toelichting aan het college van burgemeester en schepenen over Riopact op 9 maart 2022 werd een takenpakket voor het lopende jaar 2022 voorgesteld:

        • beheren van een riooldatabank
        • KLIP (kabel- en leidinginformatieportaal) digitale planafhandeling
        • gegevenspartner voor AWIS (afvalwaterinformatiesysteem dat VMM ontwikkelt in samenspraak met rioolbeheerders en gemeenten)
        • opmaken van hydraulisch model (hydronautstudie)
        • inspectieplan voor de riolering (Rosi, een platform dat steden en gemeenten inzicht biedt in de status van hun rioleringsstelsel en alle diensten bij elkaar brengt voor het optimale beheer ervan).

        Behalve het inspectieplan voor de riolering maken alle voormelde taken reeds voorwerp uit van losse dienstverleningsovereenkomsten met Aquafin, nl.:

        • dienstverleningsovereenkomst inzake de uitbouw van gemeentelijke afvalwaterzuiveringsinfrastructuur ‘nazorg databank’ -  WEV03RH voor het beheren van een riooldatabank, KLIP en gegevenspartner voor AWIS
        • dienstverleningsovereenkomst inzake de uitbouw van gemeentelijke afvalwaterzuiveringsinfrastructuur 'RioHerrekening Kwaliteitsborging WEV08RH' voor het opmaken van een hydraulisch model.

        Binnen Riopact worden deze diensten voordeliger aangeboden, daar deze gekoppeld zijn aan één en dezelfde overeenkomst. Het opmaken en uitrollen van een inspectieplan voor de riolering vloeit voort uit de verplichtingen die opgelijst staan in de conceptnota 'optimale afstemming van het gemeentelijke en bovengemeentelijke asset management' van de Vlaamse regering, om een efficiëntere aanpak binnen het rioolbeheer tot stand te brengen.

        Dit takenpakket kan volgens de noden of wensen van de gemeente op jaarlijkse basis worden aangepast door het college van burgemeester en schepenen. Bedoeld takenpakket kadert in de samenwerkingsovereenkomst Riopact die wordt voorgelegd aan de gemeenteraad. Riopact betreft een unieke samenwerking tussen De Watergroep en Aquafin dat een uniek concept van dienstverlening op maat aanbiedt voor een efficiënt en integraal beheer van afval- en regenwater.

         

        Samenvatting voorliggende RioPact-overeenkomst

        • Binnen RioPact blijft de gemeente beheerder van het gemeentelijk rioleringsnetwerk en legt zij het takenpakket en timing vast. De beslissing omtrent de saneringsbijdrage die de burgers moeten betalen, blijft bij de gemeente, alsook het beheer van deze budgetten.
        • De gemeente kan het takenpakket jaarlijks aanpassen en indien er voor een jaar geen werken of taken moeten uitgevoerd worden, kan dit ook zo meegegeven worden, zonder dat de samenwerkingsovereenkomst ophoudt te bestaan.
        • Er zijn geen kosten verbonden aan het aangaan van de samenwerkingsovereenkomst Riopact. Enkel de effectief gepresteerde taken worden aan de gemeente aangerekend volgens vooraf afgesproken prijzen. 
        • Binnen Riopact leeft De Watergroep de regelgeving overheidsopdrachten na.
        • De overeenkomst treedt in werking op 1 mei 2022 en geldt voor onbepaalde duur (met opzegmogelijkheid).
        Meerjarenplan en budget

        Het totaal van de geraamde uitgaven voor het 'Riopact-takenpakket 2022' bedraagt 118 278 euro (excl. btw) voor het lopende werkjaar, waarvan:

        • de uitgave voor het 'beheren van een riooldatabank' incl. 'KLIP digitale planafhandeling' & 'gegevenspartner voor AWIS' & ‘opmaken van een riooldatabank (geschikt maken voor het assetmanagement) 18 478 euro bedraagt, aan te rekenen op rekening van 0310-00/613000 van het exploitatiekrediet;
        • de uitgave voor de 'hydronautstudie' 84 000 euro bedraagt, aan te rekenen op rekening PB3-ACT14/0630-00/214007/PB3-AP5 van het investeringskrediet;
        • de uitgave voor de taken binnen het inspectieplan riolering 14 600 euro bedraagt, aan te rekenen op rekening 0310-00/613000 van het exploitatiekrediet;
        • de uitgave voor de flankerende services – beleidsondersteuning (opmaak/beheer financieel plan) 1 200 euro bedraagt, aan te rekenen op rekening 0310-00/613000 van het exploitatiekrediet.
        Vorige beslissingen
        • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 9 maart 2022: uitwerken van een samenwerkingsovereenkomst Riopact tussen de gemeente en Aquafin/De Watergroep.
        • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 2 februari 2022: uitrol inspectieplan riolering - samenwerking RioPact - hemelwater- en droogteplan.
        • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 19 januari 2022: hydronautstudie Aquafin - gunning.
        • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 2 juni 2021: kwaliteitsborging hydronautstudie Aquafin - gunning.
        • Beslissing van de gemeenteraad van 13 november 2020: goedkeuring dienstverleningsovereenkomst met Aquafin inzake de actualisatie van de hydronautstudie.
        • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 1 april 2020: goedkeuring dienstverleningsovereenkomst met Aquafin inzake de nazorg riooldatabank.
        Hogere regelgeving
        • Decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018.
        • Decreet lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40.
        Beslissing

        Artikel 1

        De samenwerkingsovereenkomst 'Riopact' met De Watergroep wordt goedgekeurd.

        Artikel 2

        Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van deze overeenkomst, in het bijzonder het vaststellen en goedkeuren van de in het takenpakket opgelijste taken van het lopende dienstjaar 2022 en de jaarlijkse bijsturing daarvan.

        Artikel 3

        Deze samenwerkingsovereenkomst vervangt integraal de lopende dienstverleningsovereenkomsten met Aquafin.

      • Ruimtelijke ordening, stedenbouw en wonen

        • Onroerende verrichtingen

          • Aankoop groenzone en kosteloze verwerving wegenis verkavelingen Reynsakkerstraat en aankoop deel Reynsakkerstraat ter hoogte van huisnummers 12-16

            Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
            Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
            Kurt Parmentier, algemeen directeur
            Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

            De grond voor de groenzone in de verkaveling Reynsakkerstraat wordt aangekocht en de gronden van de wegenis en het buffergroen in de verkavelingen Reynsakkerstraat worden kosteloos verworven. Een deel van de Reynsakkerstraat ter hoogte van huisnummers 12-16 wordt aangekocht.

            Feiten, context en argumentatie

            De verkavelingen in de Reynsakkerstraat, zoals vergund door het college van burgemeester en schepenen op 23 december 2014 (voor 10 bouwloten) en op 8 juli 2015 (voor 2 bouwloten - na beroep door de deputatie op 12 november 2015), werden gerealiseerd. De aangelegde wegenis van deze verkavelingen werd definitief opgeleverd. De gemeente kan conform het verkavelingscontract, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 12 december 2014, de groenzone aankopen en de wegenis en buffergroen kosteloos verwerven. 

            De waarde van de groenzone wordt geschat op 20,4 euro/m² zijnde een totaal van 11 118 euro voor 545 m² groenzone. Het buffergroen en de wegenis worden kosteloos verworven.

            Aanvullend op voornoemde verwervingen zoals geregeld in bedoeld verkavelingscontract, wordt een deel van de Reynsakkestraat ter hoogte van huisnummers 12-16, aangekocht. Deze gronden zijn gelegen juist voor de toegang tot deze verkaveling (voor 10 bouwloten) en werden toendertijd aangekocht door de verkavelaar om deze verkaveling te kunnen realiseren. 

            In eerste instantie was het de bedoeling dat de gemeente deze weg zou aankopen tegen schattingsprijs maar de toenmalige eigenaar vond de geschatte prijs (= zijnde de maximale aankoopprijs voor de gemeente) te laag. Dat is de reden waarom de verkavelaar deze grond heeft aangekocht tegen een hogere prijs met de intentie om deze over te dragen aan de gemeente tegen de schattingsprijs. Deze gronden werden geschat door het (toenmalige) comité tot aankoop (ondertekend door de inspecteur op 25 maart 2013) op 9 925 euro (397 m² aan 25 euro/m²). Het college van burgemeester en schepenen heeft op 16 juli 2013 beslist in te stemmen met deze werkwijze voor verwerving.

            Notaris Strobbe uit Wevelgem bereidde de akte voor. De gemeenteraad kan nu de aankoop en kosteloze verwerving goedkeuren.

            Meerjarenplan en budget

            De uitgave wordt aangerekend op rekening PB3-ACT11/0680-00/220007/I-PB3-AP4 van het investeringskrediet.

            Vorige beslissingen
            • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 9 maart 2022: aankoop groenzone en kosteloze verwerving wegenis verkavelingen Reynsakkestraat.
            • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 12 december 2018: definitieve oplevering weg- en rioleringswerken verkaveling Reynsakkerstraat.
            • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 8 juli 2015: verkavelingsvergunning Reynsakkerstraat (2 bouwloten).
            • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 23 december 2014: verkavelingsvergunning Reynsakkerstraat (10 bouwloten).
            • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 16 juli 2013: verwerving strook grond Reynsakkerstraat.
            • Beslissing van de gemeenteraad van 12 december 2014: goedkeuring wegenistracé verkaveling Reynsakkerstraat.
            • Beslissing van de gemeenteraad van 12 december 2014: goedkeuring verkavelingscontract verkaveling Reynsakkerstraat.
            Hogere regelgeving
            • Decreet lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 41, 2de lid, 11°.
            Beslissing

            Artikel 1

            De gemeente Wevelgem koopt de grond voor de groenzone in de verkaveling Reynsakkerstraat aan tegen de schattingsprijs, zijnde 11 118 euro. Het gaat om een perceel grond, gekadastreerd sectie A, nummer 147N, met een oppervlakte van 5 a 45 ca volgens kadastraal uittreksel (lot G1 op het metingsplan van landmeter ing. Ann Cnockaert van 30 september 2019).

            Artikel 2

            De gemeente Wevelgem koopt de wegenis (toegangsweg naar de verkaveling) Reynsakkerstraat aan tegen de schattingsprijs, zijnde 9 925 euro. Het gaat om een perceel grond, gekadastreerd sectie A, nummer 142E (deel van nummer 142C), met een oppervlakte van 3 a 97 ca volgens kadastraal uittreksel (aangeduid in gele kleur op het metingsplan van landmeter ing. Ann Cnockaert van 9 juni 2011).

            Artikel 3

            De gemeente Wevelgem verwerft kosteloos de gronden van de wegenis en de grond voor buffergroen in de verkaveling Reynsakkerstraat. Het gaat om drie percelen grond, gekadastreerd sectie A, nummers 141T, 147A2 (wegenis) en 147P (buffergroen), met een respectievelijke oppervlakte van 1 a 90 ca, 11 a 6 ca en 8 a 18 ca volgens kadastraal uittreksel (lot W1 (wegenis) en lot G2 (buffergroen) op het metingsplan van landmeter ing. Ann Cnockaert van 30 september 2019).

            Artikel 4

            De gemeente Wevelgem verwerft kosteloos de gronden van de wegenis in de verkaveling ReynsakkerstraatHet gaat om een perceel grond, gekadastreerd sectie A, nummer 187K (deel van nummer 187G), met een oppervlakte van 54 ca volgens kadastraal uittreksel (aangeduid in gele kleur op het metingsplan van landmeter ing. Ann Cnockaert van 6 oktober 2014).

            Artikel 5

            De gemeenteraad keurt de voorliggende akte voor aankoop en kosteloze verwerving wegenis en buffergroen goed. Voornoemde akte blijft aan deze beslissing gehecht om er 1 geheel mee uit te maken. 

            Artikel 6

            Affecteert deze gronden, deze maken voortaan deel uit van het openbaar domein van de gemeente. 

            Artikel 7

            De gemeenteraad belast het college van burgemeester en schepenen met de verdere uitvoering van deze beslissing.

        • Overige punten stedenbouw

          • Verkavelen van een perceel voor 5 kavels voor halfopen en gesloten bebouwing, na het slopen van de woning en het vellen van bomen - Roeselarestraat 376 - goedkeuring tracé der wegen

            Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
            Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
            Kurt Parmentier, algemeen directeur
            Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

            Goedkeuring wordt gegeven aan het wegenistracé, de aanleg ervan en de rooilijn naar aanleiding van de omgevingsvergunningsaanvraag voor het verkavelen van een perceel voor 5 kavels voor halfopen en gesloten bebouwing, na het slopen van de woning en het vellen van bomen in de Roeselarestraat 376.

            Feiten, context en argumentatie

            Het wegenistracé, de aanleg ervan en de vaststelling van de rooilijn n.a.v. de omgevingsvergunningsaanvraag voor het verkavelen van een perceel voor 5 kavels voor halfopen en gesloten bebouwing, na het slopen van de woning en het vellen van bomen, in de Roeselarestraat 376, worden ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.

            Het te verkavelen perceel ligt aan de noordelijke rand van de deelgemeente Wevelgem, op de hoek van de Roeselarestraat en de Marremstraat. Rechts van de verkaveling is er bebouwing. Momenteel is het perceel bebouwd met een alleenstaande woning en een ruim tuinhuis. Alle bestaande bebouwing en verharding worden weggenomen en de bestaande bomen worden gerooid. Het gerooide bos wordt gecompenseerd.

            De verkaveling voorziet in 5 kavels, 4 voor halfopen bebouwing en 1 voor gesloten bebouwing. Op de percelen voor halfopen bebouwing wordt een vrije zijstrook langs de woningen voorzien van minimaal 3 m.
            De voorbouwlijn van de woningen is vastgelegd op 6 m van de nieuwe rooilijn. De maximale bouwdiepte van het hoofdvolume is 12 m, een nevenvolume is toegelaten tot op minimaal 8 m van de achterkavelgrens van de percelen.
            Het hoofdvolume mag 2 bouwlagen hebben met de kroonlijst op maximaal 6,5 m en een dakvolume met een maximale nokhoogte van 12,5 m. De dakvorm is vrij te kiezen. Indien gekozen wordt voor een hellend dak, is de maximale helling 45°. De maximale hoogte van de nevenvolumes op de perceelsgrens mag 3 m bedragen.
            Losstaande bijgebouwen kunnen worden geplaatst volgens het vrijstellingenbesluit.
            Carports in de vrije zijstrook zijn toegestaan in functie van parkeervoorzieningen. De carport mag de voor- en achtergevel niet overschrijden. De maximale hoogte van de carport is bepaald op 3 m, de maximale diepte op 6 m.


            De voortuinstrook kan worden afgesloten in volle of opengewerkte afsluiting in hetzelfde metselwerk als de woning en in harmonie met het straatgeheel, tot een maximale hoogte van 0,8 m hoog. Voor de afsluitingen op de andere perceelsgrenzen kunnen levende hagen, houten afsluitingen en, om de privacy te verhogen, tuinmuren in metselwerk tot een maximale hoogte van 2 m.
            Alle verhardingen dienen te gebeuren met waterdoorlatende materialen of materialen toegepast met een brede voeg. Terrassen kunnen in waterdichte vlakken die afwateren naar de tuin en mits een onmiddellijke bezinking mogelijk is.

            Langs de Marremstraat wordt, gelet op de geringe breedte ervan, een strook van 1,50 m grond afgestaan aan de gemeente. De verkavelaar verzorgt ook kosteloos de aanleg van een strook van 3 m op het openbaar domein. De werken die worden uitgevoerd in het kader van de verkaveling omvatten de aanleg van een DWA riolering en een RWA infiltratieleiding met DWA en RWA huisaansluitingen en drie opritten voor de loten 1, 2 en 3.
            De riolering wordt aangelegd in PP-buizen. De RWA riolering is een infiltratiebuis voorzien van waterdoorlatende geotextiel.
            De opritten worden voorzien van betonstraatstenen formaat 220/110/100 die geplaatst worden op een fundering van schraal beton 20 cm en een legbed van zandcement 3 cm. Rond de opritten wordt een stutboorsteen (type ID1) voorzien. De betonstraatstenen voor de opritten hebben een grijze kleur.
            Langs de Roeselarestraat zal de verkavelaar een voetpad aanleggen, dit in overeenstemming met de uitvoering van de heraanleg van de Roeselarestraat.

            Tijdens het openbaar onderzoek werd 1 bezwaarschrift ingediend.

            Het pré-advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar zit in bijlage.

            Vorige beslissingen
            • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 19 januari 2022: verkavelen van een perceel voor 5 kavels voor halfopen en gesloten  bebouwing, na het slopen van de woning en het vellen van bomen - Roeselarestraat 376 - goedkeuring tracé der wegen.
            Hogere regelgeving
            • Decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, in het bijzonder artikel 8 en artikel 12, §2.
            • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, in het bijzonder artikel 31.
            • Besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, in het bijzonder artikel 47.
            • Decreet lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 41, 2de lid, 9°.
            Beslissing

            Goedkeuring wordt gegeven aan het wegenistracé, de aanleg ervan en de rooilijn naar aanleiding van de omgevingsvergunningsaanvraag voor het verkavelen van een perceel voor 5 kavels voor halfopen en gesloten bebouwing, na het slopen van de woning en het vellen van bomen in de Roeselarestraat 376.

          • Heraanleg Hondschotestraat - voorlopige vaststelling rooilijnplan en voorlopig onteigeningsbesluit

            Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
            Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
            Kurt Parmentier, algemeen directeur
            Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

            Het gemeentelijk rooilijnplan voor de heraanleg van de Hondschotestraat wordt voorlopig vastgesteld en het voorlopig onteigeningsbesluit in functie van de heraanleg van de Hondschotestraat wordt goedgekeurd.

            Feiten, context en argumentatie

            In de gemeente Wevelgem is er een sterke economische bedrijvigheid. Daarbij is het bedrijventerrein ‘Gullegem-Moorsele’, dat reeds werd aangelegd in de jaren ’60, één van de oudste, met infrastructuur voorziene bedrijventerreinen in de provincie West-Vlaanderen.

             

            Met (i) een ligging langsheen de E403, (ii) een oppervlakte van 160 hectare en (iii) een 120-tal bedrijven uit de verwerkende industriële sector en groothandel, beschikt het bedrijventerrein niet enkel over (strategische) troeven, maar is het eveneens van groot belang voor de lokale (en bovenlokale) economie en tewerkstelling. Teneinde dit strategisch en economisch belang te bestendigen (en desgevallend te verstevigen) werkt de gemeente Wevelgem aan een revitalisering van (o.a.) dit bedrijventerrein.

             

            Een revitaliseringsstudie werd opgemaakt, met daarin een globaal plan voor de herinrichting van het openbaar domein in dit gebied met een verhoging van de ruimtelijke, omgevings- en belevingskwaliteit. Er werd gezocht naar een oplossing voor problemen inzake verkeersinfrastructuur en –veiligheid, ontsluiting, afwatering, beeldkwaliteit,... waarbij de concrete uitvoering van deze revitalisering werd opgesplitst in 3 (eerder: 2) fases:

             

            • Fase 1: heraanleg van de Muizelstraat en Noordstraat, een vrachtwagenparking in de Westlaan en de heraanleg van een deel van de Nijverheidslaan tussen de Oostlaan en het containerpark;
            • Fase 2: heraanleg van (de rest van) de Drieslaan, de Nijverheidslaan, een gedeelte van de Ambachtenlaan evenals de Oostlaan;
            • Fase 3: heraanleg van de Hondschotestraat.

             

            Waar deze eerste fase al werd opgeleverd in 2018 en deze tweede fase is voorzien om opgeleverd te worden in de loop van 2022, bestaat de laatste fase van de revitalisering van het bedrijventerrein ‘Gullegem-Moorsele’ uit een heraanleg van de Hondschotestraat, die een belangrijke ontsluitingsweg is voor het bedrijventerrein ‘Gullegem-Moorsele’. In het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS) wordt dienaangaande het volgende gesteld:

             

            ‘De regionale bedrijventerreinen van Wevelgem zijn telkens gelegen langs de E403/A17. De ontsluiting van deze bedrijventerreinen gebeurt echter niet noodzakelijk op de E403. (…) Het bedrijventerrein Gullegem-Moorsele wordt in eerste instantie ontsloten via de Rijksweg N343, parallel met de E403, om aan te sluiten op de A19. Sommige vrachtwagens nemen een sluiproute vanuit de R8, dwars door Gullegem (Schuttershoflaan) om het bedrijventerrein te bereiken. De interne ontsluiting van het bedrijventerrein Gullegem-Moorsele is gebaseerd op een rasterpatroon. Er zijn drie aansluitingen op de Hondschotestraat, één op de Driemasten en één aansluiting via de Muizelstraat naar de Rijksweg N343'. (eigen onderlijning)

             

            In lijn hiermee wordt de Hondschotestraat in het GRS ook aangeduid als een ‘lokale weg categorie 2’ (i.e. een zgn. lokale gebiedsontsluitingsweg). De hoofdfunctie van dergelijke wegen is het ontsluiten op lokaal of interlokaal niveau. De weg ontsluit een lokaal gebied (vb. dorpskern, wijk, industrie- of dienstenzone) naar een weg van een hogere categorie en heeft pas in tweede instantie een verbindende functie.

             

            Thans omvat de heraanleg van de Hondschotestraat de vervanging van de bestaande riolering door een gescheiden rioleringsstelsel alsook een vernieuwing en verbreding van het wegdek respectievelijk profiel, zodat de noodzakelijke ruimte kan gecreëerd worden voor de aanleg van een vrijliggend fietspad.

             

            Dergelijke scheiding van regenwater (RWA) en het overige afvalwater (DWA) staat in het huidige beleid en bij actuele ontwerpen van rioleringsinfrastructuur centraal. Conform de richtlijnen van de ‘Code van Goede Praktijk voor het ontwerp en gebruik van DWA-systemen in Vlaanderen’ werd voor de Hondschotestraat dan ook voorzien in de aanleg van een 2DWA-stelsel, waarbij een volledige scheiding van afvalwater en regenwater wordt vooropgesteld.

             

            Verder is de Hondschotestraat tevens een fietsas die een rol vervult binnen het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk, zijnde een netwerk van gemeentegrensoverschrijdende fietsinfrastructuur dat woonkernen en attractiepolen verbindt. Alzo vormt de Hondschotestraat niet enkel een (belangrijke) ontsluiting van het bedrijventerrein ‘Gullegem-Moorsele’, maar wordt deze eveneens veel gebruikt als functionele fietsroute (vb. woon-werkverkeer per fiets) evenals recreatieve fietsroute.

             

            In het verleden is er langsheen de Hondschotestraat een fietspad aangelegd, aansluitend aan de rijweg met een maximum breedte van 1 m. Het aantal verkeersongevallen dat zich in de voorbije jaren hebben voorgedaan langsheen deze verbindingsweg maken echter duidelijk dat de bestaande inrichting een gevaarlijke situatie creëert - en blijft creëren - voor de zwakke weggebruiker.

             

            De heraanleg van de Hondschotestraat met aanleg van een gescheiden rioleringsstelsel én een verbreding van het wegprofiel teneinde de vereiste ruimte te creëren voor aanleg van een vrijliggend fietspad, maakt daarom het voorwerp uit van deze voorlopige vaststelling van het rooilijnplan, het onteigeningsplan en de projectnota ‘Hondschotestraat’.

             

            Geen van vereiste grondinnames voor de realisatie van dit herinrichtingsproject konden tot op heden minnelijk verworven worden. Voor deze werken wordt met onderhavig besluit het gemeentelijk rooilijnplan voorlopig vastgesteld én de administratieve onteigeningsprocedure opgestart. Dit overeenkomstig het decreet gemeentewegen respectievelijk het Vlaamse onteigeningsdecreet.

             

            I. Betreffende het gemeentelijk rooilijnplan ‘Hondschotestraat’


            De Hondschotestraat kwalificeert als een gemeenteweg in de zin van het decreet gemeentewegen. Artikel 8 van het decreet gemeentewegen bepaalt dat niemand een gemeenteweg kan aanleggen, wijzigen, verplaatsen of opheffen zonder voorafgaande goedkeuring van de gemeenteraad. Artikel 11 van het decreet gemeentewegen bepaalt verder dat de ligging en de breedte van een gemeenteweg wordt vastgelegd in een gemeentelijk rooilijnplan.

             

            Overeenkomstig artikel 16, §2 en §3 van het decreet gemeentewegen moet dit gemeentelijk rooilijnplan volgende elementen omvatten:

             

            -       de actuele en toekomstige rooilijn van de gemeenteweg;

            -       de kadastrale vermelding van de sectie, de nummers en de oppervlakte van de getroffen kadastrale percelen en onroerende goederen;

            -       de naam van de eigenaars van de getroffen percelen en onroerende goederen volgens kadastrale gegevens of andere gegevens die voor het gemeentebestuur beschikbaar zijn;

            -       in voorkomend geval een berekening van de eventuele waardevermindering of waardevermeerdering van de gronden ten gevolge van de aanleg, wijziging of verplaatsing van een gemeenteweg;

            -       in voorkomend geval de nutsleidingen die door de wijziging of verplaatsing van de gemeenteweg op private eigendom zullen liggen.

             

            Het ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan ‘Hondschotestraat’ omvat al deze elementen.

             

            Artikel 4 van het decreet gemeentewegen bepaalt verder dat er bij wijzigingen aan een gemeentelijk wegennet rekening moet gehouden worden met volgende principes:

             

            1° wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;

            2° een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd;

            3° de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;

            4° wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief;

            5° bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.

             

            In toepassing van artikel 4 van het decreet gemeentewegen kan de wijziging aan het gemeentelijk wegennet als volgt worden gemotiveerd:

             

            • Algemeen belang

             

            Overeenkomstig artikel 4, 1° van het decreet gemeentewegen dienen wijzigingen van het gemeentelijk wegennet steeds ten dienste te staan van het algemeen belang.

             

            Voorliggend ontwerp van rooilijnplan strekt er toe (i) een gescheiden rioleringsstelsel en (ii) een vrijliggend fietspad, dat gescheiden is van de rijweg, te kunnen aanleggen langsheen de Hondschotestraat.

             

            De aanleg van (i) een gescheiden rioleringsstelsel en (ii) een vrijliggend fietspad langsheen de Hondschotestraat, strekt evident tot het algemeen belang van de gemeenschap, daar men op die manier de milieu- en waterhuishouding bevordert en een veilige ontsluiting kan creëren voor het (zwakke) wegverkeer langs een weg met een belangrijke ontsluitingsfase, die bovendien is opgenomen in het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk. Dit terwijl er momenteel aan weerszijden van de weg een smal aanliggend fietspad aanwezig is waar een snelheidsregime van 70 km/uur geldt.

             

            De Hondschotestraat is een openbare weg, waarvan het gebruik is bestemd voor allen. Hoofddoel van de ontworpen rooilijn en onteigening bestaat aldus in de aanleg van een gescheiden rioleringsstelsel en vrijliggend fietspad, waardoor milieu- en waterhuishouding worden bevorderd én de verkeersveiligheid - langs een belangrijke ontsluitingsweg en fietsas - aanzienlijk wordt verhoogd, zijnde dus bij uitstek een wijziging die ten dienste staat van het algemeen belang.

             

            Waarbij volledigheidshalve ook wordt verwezen naar hetgeen navolgend uiteengezet wordt betreffende het algemeen nut van de onteigening, motivering die hiervoor integraal hernomen moet geacht worden.

             

            • Uitzonderingskarakter wijziging, verplaatsing of afschaffing

             

            Overeenkomstig artikel 4, 2° van het decreet gemeentewegen is elke wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg een uitzondering, die gemotiveerd dient te worden.

             

            Blijkens de memorie van toelichting bij het decreet gemeentewegen werd deze motiveringsverplichting in het leven geroepen, met het oog op de bescherming van de trage wegen, d.w.z. de wegen niet hoofdzakelijk bestemd voor gemotoriseerd verkeer, in het bijzonder de oude voetwegen opgenomen in de atlas der buurtwegen.

             

            Hierbij wenste de decreetgever de ondoordachte opheffing van zulke trage wegen tegen te gaan, gezien hun belangrijke maatschappelijke en mobiliteitsfunctie.

             

            In voorliggend geval moet echter worden vastgesteld dat de Hondschotestraat bezwaarlijk als trage weg kan worden beschouwd, bovendien wordt deze wegenis niet verplaatst, noch opgeheven. Integendeel, voorliggend ontwerp van rooilijnplan strekt ertoe een gescheiden rioleringsstelsel en vrijliggend fietspad, dat gescheiden is van de rijweg, te kunnen aanleggen langsheen de Hondschotestraat.

             

            Gelet op voorgaande is de voorgenomen wijziging verantwoord.

             

            • Verkeersveiligheid

             

            Overeenkomstig artikel 4, 3° van het decreet gemeentewegen dienen bij de beslissingen omtrent de wijzigingen aan het gemeentelijk wegennet steeds de verkeersveiligheid en de ontsluiting van de aangelande percelen in aanmerking te worden genomen.

             

            Betreffende de verkeersveiligheid wordt vooreerst verwezen naar hetgeen dienaangaande reeds uiteen werd gezet onder de titel ‘algemeen belang’.

             

            Voorliggend ontwerp van rooilijnplan strekt ertoe een gescheiden rioleringsstelsel en een vrijliggend fietspad, dat gescheiden is van de rijweg te kunnen aanleggen langsheen de Hondschotestraat. Zulke infrastructurele ingrepen strekken evident tot het algemeen belang van de gemeenschap, daar men op die manier de milieu- en waterhuishouding bevordert en in het bijzonder een veilige ontsluiting kan creëren voor het (zwakke) wegverkeer langs een weg met een belangrijke ontsluitingsfase, die bovendien is opgenomen in het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk. Dit terwijl er momenteel aan weerszijden van de weg een smal aanliggend fietspad aanwezig is waar een snelheidsregime van 70 km/uur geldt.

             

            De Hondschotestraat is een openbare weg, waarvan het gebruik is bestemd voor allen. Hoofddoel van de ontworpen rooilijn en onteigening bestaat aldus in de aanleg van een gescheiden rioleringsstelsel en een vrijliggend fietspad, waardoor milieu- en waterhuishouding worden bevorderd én de verkeersveiligheid - langs een belangrijke ontsluitingsweg en fietsas - aanzienlijk wordt verhoogd, zijnde dus bij uitstek een wijziging die ten dienste staat van het algemeen belang.

             

            Gezien voorliggend ontwerp van rooilijnplan overigens louter de aanleg van (een gescheiden rioleringsstelsel en) een vrijliggend fietspad inhoudt (ten opzichte van de bestaande rooilijn), blijven alle aangelande percelen zich bevinden langs een voldoende uitgeruste gemeenteweg. De ontsluiting van de aangrenzende percelen komt met andere woorden niet in het gedrang door voorliggend ontwerp van rooilijnplan.

             

            • Gemeentegrensoverschrijdend perspectief

             

            Overeenkomstig artikel 4, 4° van het decreet gemeentewegen dient zo nodig de wijziging aan het gemeentelijk wegennet te worden beoordeeld in grensoverschrijdend perspectief.

             

            In voorkomend geval paalt de betrokken wegenis evenwel niet aan een van de aanpalende gemeenten, noch kan door voorliggende wijziging van de rooilijn en het wegprofiel redelijkerwijze enige hinder voor de buurgemeenten verwacht worden.

             

            Dit (o.a.) nu het tracé van de rijweg door voorliggend ontwerp van rooilijnplan niet gewijzigd wordt.

             

            • Actuele functie – toekomstige generaties

             

            Overeenkomstig artikel 4, 5° van het decreet gemeentewegen dient rekening gehouden te worden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder hierbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij dienen tevens de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen te worden.

             

            Voorliggend ontwerp van rooilijnplan beoogt tegemoet te komen aan enerzijds de actuele noden van een modern en milieubewuste waterhuishouding en anderzijds de noodzaak aan een veilige fietsinfrastructuur. 

             

            Meermaals werd reeds benadrukt dat de Hondschotestraat een belangrijke ontsluitingsfunctie vervult, evenals is opgenomen als fietas in het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk. Het algemeen belang en de verkeersveiligheid vereisen voor zo’n weg een conflictvrij wegprofiel, waarbij de interactie tussen gemotoriseerd en niet-gemotoriseerd verkeer waar mogelijk vermeden moet worden.

             

            De behoeften van de toekomstige generaties komen door voorliggende wijziging van de rooilijn niet in het gedrang, integendeel, in het licht van de stijgende vraag naar alternatieve en milieu-ontlastende, duurzame mobiliteitsalternatieven strekt voorliggende wijziging tot het aanleggen van een vrijliggend fietspad tot de gevoelige verbetering van de verkeersveiligheid voor de zwakke weggebruiker.

             

            II. Betreffende het onteigeningsplan ‘Hondschotestraat’

             

            Onderhavige vaststellingsprocedure volgt de bepalingen van titel 3 van het Vlaams onteigeningsdecreet juncto de bepalingen van hoofdstuk 3 van het decreet gemeentewegen.

             

            Artikel 10, §1 van het Vlaams onteigeningsdecreet bepaalt dat het voorlopig onteigeningsbesluit volgende elementen moet bevatten:

            1° de omschrijving van de te onteigenen onroerende goederen of de te onteigenen zakelijke rechten;
            2° de vermelding van de onteigenende instantie;
            3° de rechtsgrond voor de onteigening;
            4° de omschrijving van het onteigeningsdoel van algemeen nut;
            5° de omschrijving en de motivering van de onteigeningsnoodzaak;
            6° de minnelijke onderhandelingstermijn.

            • Omschrijving van de te onteigenen onroerende goederen of de te onteigenen zakelijke rechten


            Overeenkomstig artikel 10, §1, 1° van het Vlaams onteigeningsdecreet, moet het voorlopig onteigeningsbesluit een omschrijving geven van de te onteigenen onroerende goederen of de te onteigenen zakelijke rechten.


            De te onteigenen gronden, waarvan de inname noodzakelijk is ter verwezenlijking van de ontworpen rooilijn, beslaan negen (9) percelen langsheen de Hondschotestraat, planologisch bestemd conform het Gewestplan ‘Kortrijk’ en het Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan (GRUP) ‘Afbakening regionaalstedelijk gebied Kortrijk’, en zijn kadastraal gekend als volgt:

             

            -       Lot nr. 1: 3de afdeling, sectie D, nr. 5C met in te nemen oppervlakte van 225 m²

            -       Lot nr. 2: 3de afdeling, sectie D, nr. 7D met in te nemen oppervlakte van 67 m²

            -       Lot nr. 3: 3de afdeling, sectie D, nrs. 7C en 15G met in te nemen oppervlakte van 967 m²

            -       Lot nr. 4: 3de afdeling, sectie D, nr. 15H met in te nemen oppervlakte van 27 m²

            -       Lot nr. 5: 3de afdeling, sectie D, nr. 16G met in te nemen oppervlakte van 677 m²

            -       Lot nr. 6: 3de afdeling, sectie D, nr. 17D met in te nemen oppervlakte van 93 m²

            -       Lot nr. 7: 3de afdeling, sectie D, nrs. 17C en 19B met in te nemen oppervlakte van 280 m²

            -       Lot nr. 8: 3de afdeling, sectie D, nrs. 23F en 24A met in te nemen oppervlakte van 443 m²

            -       Lot nr. 9: 3de afdeling, sectie D, nrs. 25D en 26B met in te nemen oppervlakte van 747 m².

             

            Meer specifiek bestrijken deze percelen de zuidelijke zijde van de Hondschotestraat, gelegen tussen de Muizelstraat/Rijksweg enerzijds en de Ballingstraat anderzijds. Overeenkomstig de projectnota ‘Hondschotestraat’ zal deze grondstrook aangewend worden voor de aanleg van (i) een gescheiden rioleringsstelsel en (ii) een fietspad dat gescheiden is van de rijweg.

             

            Er is getracht om deze noodzakelijke grondstroken te verwerven op minnelijke wijze, maar tot op heden zonder gunstige afloop. De verwerving van desbetreffende grondstrook is evenwel onontbeerlijk voor de realisatie van de ontworpen rooilijn, en daarmee aldus voor de aanleg van het gescheiden rioleringsstelsel en afgescheiden fietspad langsheen de Hondschotestraat.

             

            Dit zodat er moet worden overgegaan tot onteigening om deze grondverwerving te kunnen verzekeren.

             

            • Onteigenende instantie

             

            Overeenkomstig artikel 10, §1, 2° van het Vlaams onteigeningsdecreet, moet het voorlopig onteigeningsbesluit de onteigenende instantie vermelden.

             

            In voorliggend geval zal de gemeente Wevelgem, met bestuurszetel te 8560 Wevelgem, Vanackerestraat 16 en ingeschreven in de Kruispuntbank der Ondernemingen onder het nummer 0207.488.641, zelf als onteigenende instantie optreden.

             

            Zij beschikt daartoe over de vereiste onteigeningsbevoegdheid conform artikel 6, 1° van het Vlaams onteigeningsdecreet, waarin expliciet is bepaald dat de gemeenten bevoegd zijn tot onteigening over te gaan, zonder daartoe een onteigeningsmachtiging van een hogere overheid te moeten bekomen.

             

            • Rechtsgrond voor onteigening

             

            Op grond van artikel 3, §2 van het Vlaams onteigeningsdecreet en overeenkomstig artikel 16 van de grondwet is de onteigening slechts mogelijk indien daartoe een uitdrukkelijke wettelijke of decretale rechtsgrond is voorzien. Overeenkomstig artikel 10, §1, 3° van het Vlaamse onteigeningsdecreet dient deze rechtsgrond opgenomen te zijn in het voorlopig onteigeningsbesluit.

             

            Voorliggend onteigeningsplan vindt haar wettelijke grondslag in artikel 27 van het decreet gemeentewegen, dat bepaalt dat elke verwerving van onroerende goederen vereist voor de aanleg, wijziging of verplaatsing van een gemeenteweg middels onteigening kan plaatsvinden.

             

            Meer algemeen en slechts ondergeschikt voorziet artikel 7 van het Vlaams onteigeningsdecreet, dat gemeenten kunnen overgaan tot onteigening in de gevallen waarin ze oordelen dat de onteigening noodzakelijk is voor de uitwerking van de infrastructuur of het beleid inzake de gemeentelijke aangelegenheden.

             

            Voorliggende onteigening heeft tot doel om de aanleg van (i) een gescheiden rioleringsstelsel en (ii) een vrijliggend fietspad langs een belangrijke ontsluitingsweg, mogelijk te maken. Het betreft dan ook een materie die de gemeentelijke infrastructuur, mobiliteit en verkeersveiligheid aanbelangt.

             

            • Onteigeningsdoel van algemeen nut

             

            Artikel 16 van de grondwet bepaalt: ‘Niemand kan van zijn eigendom worden ontzet dan ten algemenen nutte, in de gevallen en op de wijze bij de wet bepaald en tegen billijke en voorafgaande schadeloosstelling'.  Waarbij ook artikel 3 van het Vlaams onteigeningsdecreet bevestigt dat een onteigening slechts mogelijk is ten algemenen nutte.

             

            Overeenkomstig artikel 10, §1, 4° van het Vlaams onteigeningsdecreet, dient het voorlopig onteigeningsbesluit een omschrijving te geven van dit onteigeningsdoel van algemeen nut.

             

            In de memorie van toelichting bij het Vlaams onteigeningsdecreet is, inzake de verplichting tot omschrijving van het doel van algemeen nut, bepaald dat ervan kan worden uitgegaan dat een ‘vermoeden van algemeen nut’ bestaat wanneer het te onteigenen goed een bestemming van openbaar gebruik zal krijgen, meer bepaald een rechtstreeks of onrechtstreeks gebruik door een onbepaalbaar en variabel aantal mensen en dit op een niet exclusieve wijze.

             

            Zoals eerder verduidelijkt, gaat het in casu om een riolerings- en wegenisproject waarbij een gescheiden rioleringsstelsel en vrijliggend fietspad worden aangelegd met voor gevolg (i) een bevordering van de milieu- en waterhuishouding en (ii) een aanzienlijke verhoging van de verkeersveiligheid. Dergelijke werken strekken tot het nut van eenieder - of met andere woorden tot nut van een onbepaalbaar en variabel aantal mensen en dit op een niet exclusieve wijze - en dus tot het algemeen belang.

             

            Daarnaast blijkt het onteigeningsdoel van algemeen nut ook uit het feit dat de heraanleg van de Hondschotestraat een project is waarbij het algemeen belang van de gemeenschap wordt gediend. De Hondschotestraat vormt niet enkel een (belangrijke) ontsluiting van het bedrijventerrein ‘Gullegem-Moorsele’, maar wordt eveneens veel gebruikt als functionele fietsroute (vb. woon-werkverkeer per fiets) en recreatieve fietsroute.

             

            Op grond van het voorgaande dient vastgesteld te worden dat de Hondschotestraat een belangrijke verkeersfunctie heeft en dit zowel op lokaal als bovenlokaal niveau.

             

            De aanleg van (een gescheiden rioleringsstelsel en) een vrijliggend fietspad langsheen deze weg, is dan ook in het algemeen belang van de gemeenschap, daar men op die manier een veilige ontsluiting kan creëren voor het (zwakke) wegverkeer. Dit terwijl er momenteel aan weerszijden van de Hondschotestraat een smal aanliggend fietspad aanwezig is, waar een snelheidsregime van 70 km/uur geldt.

             

            Deze (aanzienlijke) verhoging van de verkeersveiligheid is bij uitstek een onteigeningsdoel van algemeen nut. Dit zoals ook bevestigd door de Vlaamse overheid in het besluit van de Vlaamse regering tot aanwijzing van de handelingen in de zin van artikel 4.1.1, 5°, artikel 4.4.7, §2, en artikel 4.7.1, §2, tweede lid, van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 5 mei 2000, alwaar de aanleg van wegenisinfrastructuur en fietspaden expliciet worden aangemerkt als zijnde van algemeen belang:

             

            Artikel 2
            ‘Als handelingen van algemeen belang, zoals bedoeld in artikel 4.1.1, 5°, van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening worden de werken, handelingen en wijzigingen beschouwd die betrekking hebben op:

            1° de openbare wegen, met inbegrip van de bijbehorende infrastructuur, zoals tunnels, viaducten, bruggen, duikers, langsgrachten, tolinfrastructuur en parkings;
            (…)’.

             

            Artikel 3
            ‘§1. De volgende handelingen zijn handelingen van algemeen belang die een ruimtelijk beperkte impact hebben als vermeld in artikel 4.4.7, §2, van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening. De handelingen hebben betrekking op:

            1° de aanleg, wijziging of uitbreiding van openbare fiets-, ruiter- en wandelpaden, en andere paden voor de zwakke weggebruiker;
            (…)’.

             

            Verder dient vastgesteld dat ook de aanleg van een gescheiden rioleringsstelsel van belang is voor de gemeenschap, in die zin dat een onbepaalbaar en variabel aantal personen op niet-exclusieve wijze van de gerealiseerde voordelen zal kunnen genieten. Realisaties op vlak van mobiliteit (vernieuwde wegenis) en volksgezondheid (verbeterde riolering leidt tot een gezondere omgeving) worden bereikt, hetgeen evenzeer bij uitstek redenen van algemeen belang betreffen, die de inname van de percelen, zoals voorzien op het onteigeningsplan, verantwoordt.

             

            Waarbij tot slot moet worden aangestipt dat het wegenis- en rioleringsproject ‘Hondschotestraat’ eveneens kadert binnen de algemene (bredere) doelstelling van algemeen nut van een revitalisering van het bedrijventerrein ‘Gullegem-Moorsele’. Gelet dat dit bedrijventerrein een oppervlakte beslaat van (ongeveer) 160 ha en (ongeveer) 120 bedrijven huisvest, strekt de voorgenomen bestendiging en optimalisering van de ontsluiting en waterhuishouding op dit bedrijventerrein (mede) tot een versterking van het economisch weefsel van de gemeente en de omliggende omgeving.

             

            Wars van de vaststelling dat het zelfs de decretale taak is van de gemeente om (i) te voorzien in voldoende geschikte bedrijfshuisvestingsmogelijkheden en zorgvuldig ruimtegebruik te bewerkstelligen en (ii) de duurzaamheid te verhogen en de levensduur van bedrijventerreinen en andere economische locaties voor bedrijfshuisvestiging te verlengen (cfr. artikel 3 van het decreet ruimtelijke economie), staat de bestendiging en optimalisering van het bedrijventerrein ‘Gullegem-Moorsele’ overduidelijk ten dienste – minstens - van de lokale en bovenlokale bevolking, gelet dat hiermee een aanbod van arbeidsplaatsen wordt gegarandeerd, met vlotte toegang voor werknemers (en bezoekers) tot de faciliteiten van de gemeente.

             

            De onteigening is noodzakelijk om deze doelstellingen van algemeen nut te kunnen realiseren.

             

            • De onteigeningsnoodzaak

             

            Overeenkomstig artikel 10, §1, 5° van het Vlaams onteigeningsdecreet, dient het voorlopig onteigeningsbesluit een omschrijving en motivering te geven van de onteigeningsnoodzaak. Daarbij dient op grond van artikel 3, §3 van het Vlaams onteigeningsdecreet meer specifiek te worden ingegaan op (I) de noodzakelijkheid van het doel van de onteigening, (II) de noodzakelijkheid van het betrokken goed en (III) de noodzakelijkheid van de inname voor het bereiken van de gewenste doelstelling van algemeen nut.

             

            1. A.    Noodzakelijkheid van het doel

            Het wegenis- en rioleringsproject ‘Hondschotestraat’ strekt ertoe de milieu- en waterhuishouding van de gemeente te bevorderen evenals - en vooral - de verkeersveiligheid voor zwakke weggebruikers (vnl. fietsers) te verbeteren in de Hondschotestraat.

             

            Waar de realisatie van een gescheiden rioleringsstelsel noodzakelijk is teneinde de richtlijnen van de ‘Code van Goede Praktijk voor het ontwerp en gebruik van DWA-systemen in Vlaanderen’ te respecteren, vormt het huidige, smalle en direct aan de rijweg grenzende fietspad langs weerszijden van de Hondschotestraat een onaangename en onveilige verkeerssituatie, in het bijzonder voor de zwakke weggebruiker. De Hondschotestraat wordt - als ontsluiting van het bedrijventerrein ‘Gullegem-Moorsele’ - bovendien gebruikt door (zwaar) autoverkeer, hetgeen de laatste jaren alleen maar is toegenomen.

             

            Deze onveilige verkeerssituatie en toenemende verkeersdrukte, vertaalde zich de afgelopen jaren in verschillende verkeersongevallen met zowel materiële als lichamelijke schade.

             

            Om de veiligheid van (vooral zwakke) weggebruikers beter te kunnen waarborgen, is het daarom noodzakelijk om het bestaande fietspad aan weerszijden van de Hondschotestraat aan te passen en te voorzien in een afscheiding van de rijweg. Ook het Vademecum Fietsvoorzieningen van MWO Vlaanderen schrijft een vrijliggend een- of tweerichtingsfietspad voor, voor de openbare wegen waar er een snelheidsregime van 70 km/uur geldt. 

             

            De noodzakelijke heraanleg en afscheiding van het fietspad is (zoals verder zal blijken) enkel mogelijk mits de inname van enkele aanpalende gronden langsheen de Hondschotestraat.

             

            Door het verhogen van de verkeersveiligheid mag redelijkerwijze worden verwacht dat het aantal ongevallen op de kwestieuze weg (drastisch) zal dalen, minstens en bovendien dat ook het subjectieve veiligheidsgevoel van de fietser zal vergroten, zodat de verhoging van de verkeersveiligheid en het veiligheidsgevoel tegemoetkomt aan een behoefte die bijdraagt tot een verbetering van de samenleving en de leefomstandigheden van de gemeenschap.

             

            Het doel van de onteigening is derhalve noodzakelijk.

             

            1. B.    Noodzakelijkheid van het betrokken goed

            De te onteigenen gronden (nl. lot 1 tot en met 9 op het onteigeningsplan) zijn van essentieel belang voor het bereiken van de vooropgestelde doelstellingen van algemeen nut.

             

            Feit is dat deze grondstrook rechtstreeks paalt aan de Hondschotestraat als ontsluiting van het bedrijventerrein ‘Gullegem-Moorsele’, voor het overgrote gedeelte reeds bezwaard is met een erfdienstbaarheid van ondergrondse leidingen, evenals ingevolge zijn planologische bestemming(en) ook slechts zeer beperkte ontwikkelingsmogelijkheden kent. Waarbij er voor de aanleg van het gescheiden rioleringsstelsel uiteraard ook rekening moet gehouden worden met de aansluitingen op/ligging van de bestaande riolering, en de natuurlijke hellingen en reliëf van het terrein.

             

            Evenmin is er enig alternatief (dan de onteigening) voorhanden om aan de gesignaleerde veiligheids- en verkeersproblematiek te kunnen tegemoetkomen. Ook alternatieven, zoals een (her)aanleg van de bestaande fietspaden aan weerszijden van de Hondschotestraat, een loutere verlaging van het snelheidsregime, … werden onderzocht, waarbij het huidige inrichtingsprincipe met onteigening echter steeds als meest geschikte (en enige reële) oplossing naar voren kwam in functie van de gesignaleerde verkeers- en veiligheidsproblematiek én de aanwezige bebouwing aan de andere zijde van de Hondschotestraat.

             

            Zodat de aanleg van (i) een gescheiden rioleringsstelsel en (ii) een vrijliggend en afscheiden fietspad, langsheen de zuidzijde van Hondschotestraat, als enige (reële) mogelijkheid resteert.

             

            Eén en ander geldt overigens des te meer nu de huidige inrichting slechts de inneming vereist van een beperkte grondstrook waarop geen constructies staan opgesteld, hetgeen ook doet conformeren met het evenredigheidsbeginsel.

             

            Bij uitblijven van enige minnelijke regeling, is de onteigening van de te onteigenen gronden dan ook noodzakelijk om de vooropgestelde doelstelling van algemeen nut te kunnen bereiken.

             

            1. C.    Noodzakelijkheid van de inname

            De huidige rooilijnbreedte ter hoogte van de Hondschotestraat is te smal om (een gescheiden rioleringsstelsel en) een vrijliggend en afgescheiden fietspad binnen het openbaar domein te kunnen voorzien. Aangezien de Hondschotestraat een snelheidsregime van 70 km/uur kent, dienen er overeenkomstig het Vademecum Fietsvoorzieningen vrijliggende fietspaden voorzien te worden.

             

            Er is getracht om deze noodzakelijke grondstroken te verwerven op minnelijke wijze, maar tot op heden zonder gunstige afloop. Het onteigeningsplan bevat dan ook slechts die percelen die noodzakelijk zijn voor de realisatie van de ontworpen rooilijn, en daarmee aldus voor de aanleg van het gescheiden rioleringsstelsel en afgescheiden fietspad langsheen de Hondschotestraat.

             

            Aangezien geen minnelijke verwerving van de grondstrook bereikt kon worden en geen enkel ander alternatief beschikbaar is dan het gebruik van het onteigeningsinstrument, is een inname van de betrokken goederen noodzakelijk.

             

            • De minnelijke onderhandelingstermijn

             

            Overeenkomstig artikel 10, §1, 6° van het Vlaams onteigeningsdecreet, dient het voorlopig onteigeningsbesluit een minnelijke onderhandelingstermijn te bevatten. Dit betreft de geraamde termijn van maximaal één jaar waarbinnen de onderhandelingsplicht van toepassing is.

             

            Concreet wordt voor voorliggend onteigeningsinitiatief de minnelijke onderhandelingstermijn vastgesteld op 6 maanden. Dit om reden dat het aantal noodzakelijke innames beperkt is, en er met alle eigenaren van de te onteigenen gronden reeds contacten zijn gelegd, met uitnodiging tot overleg in functie van een minnelijke eigendomsverwerving.

             

            Een langere onderhandelingstermijn wordt om deze redenen niet noodzakelijk en weinig opportuun geacht.

             

            De eigenaars zullen in kennis gesteld worden van deze onderhandelingstermijn, waarna deze een aanvang neemt.

            Meerjarenplan en budget

            Voor het gemeentebestuur zijn er in eerste instantie enkele operationele kosten te verwachten, zoals publicatie van een bericht in het Belgisch Staatsblad, ect... evenals de kosten voor de uiteindelijke verwerving/onteigening van de in te nemen gronden. Hiervoor dient verwezen te worden naar de gedetailleerde schattingsverslagen opgesteld door landmeter-expert K. Roelandt (lan 040 700).

             

            De totale vergoeding/waarde voor alle innemingen gezamenlijk werd door de landmeter-expert geraamd op 30 455 euro en wordt aangerekend op rekening PB2-ACT32/0310-00/220007/I-PB2-AP12 van het investeringskrediet.

            Hogere regelgeving
            • Gecoördineerde Grondwet, in het bijzonder artikel 16.
            • Decreet lokaal bestuur, in het bijzonder de artikelen 2, 40 en 41, 2de lid, 9°.
            • Decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, in het bijzonder de artikelen 8, 10, 16, 17 en 27.
            • Decreet van 24 februari 2017 betreffende de onteigening voor het algemeen nut.
            • Besluit van de Vlaamse regering van 27 oktober 2017 tot uitvoering van het Vlaams onteigeningsdecreet van 24 februari 2017.
            • Besluit van de Vlaamse regering van 5 mei 2000 tot aanwijzing van de handelingen in de zin van artikel 4.1.1, 5°, artikel 4.4.7, §2, en artikel 4.7.1, §2, tweede lid, van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening.
            Beslissing

            Artikel 1

            Het ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan ‘Hondschotestraat’, opgemaakt door landmeter-expert K. Roelandt, wordt voorlopig vastgesteld.


            Artikel 2

            De gemeenteraad stelt bij deze het voorlopig onteigeningsbesluit vast, met als bijlagen het onteigeningsplan en de projectnota. Het onteigeningsplan ‘Hondschotestraat’, zoals opgemaakt door landmeter-expert K. Roelandt, en de projectnota ‘Hondschotestraat’, worden voorlopig vastgesteld.

             

            Artikel 3

            Het voorlopig vastgestelde rooilijnplan en onteigeningsplan zullen, tezamen met de voorlopig goedgekeurde projectnota, het voorwerp uitmaken van een openbaar onderzoek en zullen ter inzage worden gelegd in het gemeentehuis, conform het decreet van 24 februari 2017 betreffende onteigening voor het algemeen nut en het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen.

             

            Artikel 4

            Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de organisatie van het openbaar onderzoek en het voorafgaandelijk verwittigen van de eigenaars van de in het onteigenings- en rooilijnplan betrokken percelen.

             

            Artikel 5

            Na het openbaar onderzoek wordt het dossier voor definitieve vaststelling aan de gemeenteraad voorgelegd.

             

            Artikel 6

            Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast om op basis van de schattingsverslagen van landmeter-expert K. Roelandt, een minnelijk aanbod te doen aan de eigenaars, en desgevallend onteigeningsonderhandelingen te voeren met de eigenaars van de in het onteigeningsplan opgenomen percelen, met het oog op de minnelijke verwerving van de vereiste innemingen. Dit binnen de onderhandelingstermijn van 6 maanden, die ter kennis wordt gebracht aan de eigenaars.

      • Overige punten grondgebiedszaken

        • Samenwerkingsovereenkomst lokaal energie- en klimaatpact

          Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
          Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
          Kurt Parmentier, algemeen directeur
          Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

          De samenwerkingsovereenkomst met de 13 gemeenten binnen de regio Zuid-West-Vlaanderen en Intercommunale Leiedal, met betrekking tot de samenwerking in het kader van het lokaal energie- en klimaatpact, wordt goedgekeurd.

          Feiten, context en argumentatie

          Wevelgem onderschreef, samen met de andere steden en gemeenten in de regio Zuid-West-Vlaanderen het lokaal energie- en klimaatpact met de Vlaamse regering (LEKP).

          Vanuit de Vlaamse overheid worden financiële middelen vrijgemaakt om de steden en gemeenten te ondersteunen in hun klimaatacties. De Vlaamse regering stuurt ook aan op intergemeentelijke samenwerking.

          Intercommunale Leiedal (Leiedal) is in de regio trekker en coördinator m.b.t. het burgemeestersconvenant, en ontwikkelde door tijdig te anticiperen via onderzoeks- en pilootprojecten heel wat expertise rond de verschillende uitdagingen en werven van het LEKP.

          Leiedal wenst dan ook deze expertise ter beschikking te stellen en verder uit te bouwen ten behoeve van alle steden en gemeenten die het LEKP ondertekenen, en te ondersteunen en faciliteren om de doelstellingen te bereiken.

          Dit middels het uitbouwen van een regionaal team van medewerkers die steden en gemeenten ondersteunen in projecten ter uitvoering van het LEKP. Hiertoe werd een ontwerp van samenwerkingsovereenkomst goedgekeurd door de raad van bestuur van Leiedal op 25 februari 2022.


          Principes van de samenwerkingsovereenkomst

          • De samenwerkingsovereenkomst wordt gesloten tussen de dertien lokale besturen in de regio Zuid-West-Vlaanderen enerzijds en Leiedal anderzijds.  
          • Deze overeenkomst heeft als voorwerp de afspraken tussen partijen vast te leggen met het oog op de realisatie van de doelstellingen van het LEKP met de inzet van een regionaal klimaatteam tewerkgesteld binnen Leiedal.
          • De aansturing en opvolging van dit regionaal klimaatteam gebeurt in de eerste plaats binnen de raad van bestuur van Leiedal en de conferentie van burgemeesters, gezien het burgemeestersconvenant. De raad van bestuur van Leiedal wordt hierin bijgestaan en geadviseerd vanuit een ‘intergemeentelijke werkgroep burgemeestersconvenant’.
          • Het regionaal klimaatteam bestaat enerzijds uit een aantal specifieke profielen die gedetacheerd zullen worden in de deelnemende steden en gemeenten en anderzijds uit een regionaal medewerker die ingezet wordt op gedeelde acties. De kennisdeling en samenwerking binnen één regionaal team van deze mensen samen met de andere mensen binnen Leiedal die werken rond klimaat, is een meerwaarde voor alle partijen.
          • Volgende profielen worden voorzien voor detachering in de deelnemende steden/gemeenten:
            • een energiemakelaar op masterniveau
            • een technisch medewerker op bachelorniveau
            • een projectmedewerker klimaat op bachelorniveau.
              - Deze profielen worden per halve dag aan de deelnemende steden/gemeenten toegekend waarbij gemeente Wevelgem voor een 0,1 VTE projectmedewerker klimaat en energie (VTE) gaat. De bijdrages van iedere stad/gemeente zijn gebaseerd op een aanname van de effectieve personeelskost (incl. overhead) voor het betreffende jaar in verhouding tot de tijdsinzet van de betreffende medewerker per gemeente. Indien een stad/gemeente na de start van de werking oordeelt dat voor bepaalde zaken een andere verdeling van toepassing is, zijn afwijkingen op de tijdsinzet mogelijk. Dergelijke afwijkingen worden vastgelegd in een schriftelijk addendum, ondertekend door de betrokken stad/gemeente en Leiedal indien dit geen impact heeft op de financiering en verdeling van andere steden of gemeenten. Dit dient door alle partijen goedgekeurd te worden indien dit wel zo is.
          • Naast het personeel dat gedetacheerd wordt, zijn er ook een aantal taken die voor alle deelnemende steden en gemeenten samen efficiënt georganiseerd kunnen worden en niet toebedeeld kunnen worden aan één partij. Deze vallen uiteen in:
            • Reguliere regionale werking rond klimaat: Leiedal neemt het engagement om deze taken, vaak opgestart binnen subsidieprojecten, vanuit eigen middelen op te nemen (0,33 VTE). Deze reguliere werking omvat onder meer: de organisatie van de intergemeentelijke werkgroep burgemeestersconvenant, de organisatie van klimaatateliers, de ondersteuning van een klimaatfestival, de tweejaarlijkse actualisatie van de CO2-barometer, …
            • Uitvoeringsgerichte gedeelde taken rond klimaat: het opnemen van projecten, taken die alle deelnemende steden of gemeenten ten goede komen en uitvoering op het terrein beogen en ondersteunen (0,67 VTE). Deze taken worden vanuit de intergemeentelijke werkgroep burgemeestersconvenant bepaald. Indicatief kunnen alvast volgende voorbeelden meegegeven worden: operationele werking van het klimaatfonds, brede vernieuwende participatieve acties bv. rond ontharding en vergroening, deelname aan de lokale klimaatteams in functie van het aanjagen/inspireren/uitwisselen van gedeelde acties.
              - Samen omvat dit 1 persoon die voltijds op masterniveau ingezet wordt op het thema klimaat.
          • De lokale besturen verzekeren de 0,67 VTE bijdrage in de personeelskost voor één jaar. Nadien wordt geëvalueerd of de financiering van deze werking door de lokale besturen al dan niet dient te worden verdergezet. In tussentijd engageert Leiedal er zich toe om op zoek te gaan naar Vlaamse en/of Europese subsidieprojecten die het mogelijk moeten maken de lokale besturen te ontlasten van de financiële bijdrage voor de regionale werking.
          • De overeenkomst neemt een aanvang bij het ondertekenen ervan en eindigt op 31 december 2025, na de vereffening van alle rekeningen. De overeenkomst kan door de partijen niet voortijdig worden beëindigd.
          Meerjarenplan en budget

          Financiering vanuit het LEKP voor 2021 (uitbetaald in 2022) voor Wevelgem: 104 942,09 euro.

          Financiering vanuit het LEKP voor 2022 en volgende jaren (uitbetaald in 2023 en volgende jaren) voor Wevelgem: minimaal 42 878 euro per jaar.

          Raming jaarlijkse bijdrage aan Leiedal:

          • Bijdrage lokale werking: 5 692,83 euro
          • Bijdrage projectmedewerker: 7 735 euro
          • Totaal jaarlijkse bijdrage Wevelgem: 13 427,83 euro.

          De bijdrage voor het eerste jaar wordt geproratiseerd.

           

          De ontvangst wordt geboekt op rekening PB3-ACT4/0350-00/740610 van het exploitatiekrediet. De uitgaven worden aangerekend op rekening PB3-ACT4/0350-00/613000 van het exploitatiekrediet.

          Vorige beslissingen
          • Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 1 december 2021: voorstel regionaal luik klimaat- en energiepact: projecten en beoogde tijdsbesteding.
          • Beslissing van de gemeenteraad van 8 oktober 2021: lokaal energie- en klimaatpact Vlaanderen.
          Hogere regelgeving
          • Decreet lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40.
          Beslissing

          De samenwerkingsovereenkomst met de 13 gemeenten binnen de regio Zuid-West-Vlaanderen en Intercommunale Leiedal, met betrekking tot de samenwerking in het kader van het lokaal energie- en klimaatpact, wordt goedgekeurd

    • Onderwijs

      • GBS

        • Goedkeuring jaarverslag en rekening 2021 scholengemeenschap De Leiebrug

          Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
          Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
          Kurt Parmentier, algemeen directeur
          Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

          Het jaarverslag en de rekening 2021 van de interlokale vereniging scholengemeenschap De Leiebrug worden goedgekeurd.

          Feiten, context en argumentatie

          De gemeentelijke basisschool behoort tot de scholengemeenschap De Leiebrug.
          In de samenwerkingsovereenkomst (artikel 9, §3) ter zake is voorzien dat er jaarlijks een rekening en een jaarverslag dienen voorgelegd te worden aan de betrokken gemeenteraden en het schoolbestuur van ‘De Kleine Prins’.
          Het jaarverslag en de rekening 2021 werden overlegd in het beheerscomité van de scholengemeenschap De Leiebrug van 8 maart 2022.

          Vorige beslissingen
          • Beslissing van de gemeenteraad van 15 mei 2020: vernieuwing samenwerkingsovereenkomst scholengemeenschap De Leiebrug.
          Hogere regelgeving
          • Decreet lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 393.
          Beslissing

          Het jaarverslag en de rekening 2021 van de interlokale vereniging scholengemeenschap De Leiebrug worden goedgekeurd.

    • Agendapunten en vragen van raadsleden

      • Geagendeerde vragen

        • Infopunt energie

          Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
          Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
          Kurt Parmentier, algemeen directeur
          Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

           

          Vraag ingediend door raadslid Yves Goddeeris, namens de fractie Vooruit.

          Meerjarenplan en budget

           

           
          Vorige beslissingen

           

           
          Hogere regelgeving

           

           
          Beslissing

           

           

          Vraag ingediend door raadslid Yves Goddeeris, namens de fractie Vooruit. 

      • Mondelinge vragen

        • Wat als lachgas huilgas dreigt te worden?

          Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
          Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
          Kurt Parmentier, algemeen directeur
          Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

          Vraag ingediend door raadslid Joachim Naert, namens de fractie N-VA.

          Beslissing

          Vraag ingediend door raadslid Joachim Naert, namens de fractie N-VA.

        • Mondmasker podium Gent-Wevelgem

          Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
          Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
          Kurt Parmentier, algemeen directeur
          Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

          Vraag ingediend door raadslid Carine Quidousse, onafhankelijk.

          Beslissing

          Vraag ingediend door raadslid Carine Quidousse, onafhankelijk.

          De raad neemt kennis van de intrekking van de vraag door mevrouw Carine Quidousse.

        • Onderzoek stedenband gemeente in Oekraïne

          Aanwezig: Jo Libeer, voorzitter
          Luc Defraye, Jan Seynhaeve, Hendrik Vanhaverbeke, Mathieu Desmet, Carlo De Winter, Geert Breughe, Lobke Maes, Stijn Tant, Marie De Clerck, Hendrik Libeer, Kevin Defieuw, Sofie Mol, Katleen Messely, Filip Daem, Joachim Naert, Bas Surmont, Elyn Stragier, Heidi Craeynest, Charlotte Bonte, Lien Vanderjeugt, Jelle Stragier, Vicky Claeys, Inge Goemaere, Carine Quidousse, Sander Deflo, Jessica Corty, Liese Vandoorne, Yves Goddeeris, Luc Vanderhaeghe, gemeenteraadsleden
          Kurt Parmentier, algemeen directeur
          Verontschuldigd: Tommy Vansteenkiste, gemeenteraadslid

          Vraag ingediend door de raadsleden van de fractie Groen.

          Beslissing

          Vraag ingediend door de raadsleden van de fractie Groen.

Namens gemeenteraad,

Kurt Parmentier
algemeen directeur

Jo Libeer
voorzitter