De algemene politieverordening wordt aangepast.
De algemene politieverordening wordt aangepast naar aanleiding van de invoering van de selectieve inzameling van groenten-, fruit-, keuken- en tuinafval (GFT) met ingang van 1 januari 2023. In dit verband stelde de gemeenteraad reeds het retributiereglement voor de selectieve inzameling van GFT vast op 13 mei 2022.
Er wordt van de gelegenheid gebruik gemaakt om de algemene politieverordening te verfijnen en te actualiseren en dit in overleg met de andere gemeenten van de politiezone Grensleie.
Het betreft in het bijzonder:
Het voorstel van wijziging van de algemene politieverordening, zoals voorbereid voor de respectieve gemeenten van de politiezone, werd besproken op het politiecollege van 3 oktober 2022.
Het voorstel van wijziging van de algemene politieverordening werd voorgelegd aan de jeugdraad van 8 oktober 2022 en gunstig geadviseerd. De milieuraad van 2 mei 2022 besprak de invoering van GFT, ook wat de wijziging van de algemene politieverordening in dit verband betreft, en formuleerde ter zake geen opmerkingen.
Artikel 1
De algemene politieverordening, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 13 december 2013 en gewijzigd door de gemeenteraad op 12 december 2014, 13 maart 2015, 12 februari 2016, 8 december 2017, 13 november 2020 en 8 oktober 2021, wordt gewijzigd als volgt:
Artikel 1
Artikel 29 van de algemene politieverordening wordt gewijzigd als volgt:
§1. Een begrip 9quinquies wordt toegevoegd als volgt:
9quiniqies Drankgelegenheid
Elke openbare of private plaats die onder toepassing valt van artikel 1 van de wet van 28 december 1983 betreffende de vergunning voor het verstrekken van sterke drank.
§2. Een begrip 20ter wordt toegevoegd als volgt:
20ter Groenten-, fruit-, keuken- en tuinafval (GFT)
Organisch composteerbaar afval dat ontstaat door de normale werking van een particuliere huishouding zoals schillen en resten van fruit, groenten en aardappelen, dierlijk en plantaardig keukenafval en etensresten (ook gekookt), broodresten, koffiedik en papieren koffiefilters, huishoudpapier, noten, pitten, vlees- en visresten, schaaldierresten (uitgezonderd mosselschelpen, oesterschelpen, ...), vaste zuivelproducten (kaasresten), eieren, eierschalen, fijn tuin- en snoeiafval (bladeren, gras, onkruid, haagscheersel, versnipperd snoeihout, ...), kamer- en tuinplanten, schaafkrullen en zaagmeel van onbehandeld hout en mest van kleine huisdieren (hamster, cavia, konijn).
§3. Begrip 64 wordt integraal vervangen als volgt:
64 Vuurwerk
Eén of meer voorwerpen gevuld met ontploffende, brandbare en/of lichtgevende mengsels, meestal gebruikt bij visueel en klankspektakel waardoor gekleurde en/of luidruchtige effecten ontstaan.
Ook thunderflashes, knal- en rookbussen, voetzoekers, ... worden beschouwd als vuurwerk.
Artikel 2
Onder deel 2, titel 1, hoofdstuk 2, afdeling 1 wordt een artikel 35bis toegevoegd als volgt:
Ieder gebouw moet genummerd worden in Arabische cijfers. De nummering moet aangebracht worden door de eigenaar. Wanneer niet aan de verplichting voldaan wordt, bij gebrek aan vrijwillige uitvoering en na schriftelijke aanmaning, zal deze nummering door het gemeentebestuur ambtshalve en op kosten en risico van de eigenaar uitgevoerd worden.
De bijgebouwen of aanhorigheden aan het hoofdgebouw worden niet genummerd.
Artikel 3
Artikel 36 van de algemene politieverordening wordt integraal vervangen als volgt:
De eigenaars, bewoners of verantwoordelijken op grond van welke titel dan ook zijn verplicht:
1. zonder dat dit voor hen enige schadeloosstelling impliceert, op de gevel van hun gebouw, ook wanneer die zich buiten de rooilijn bevindt, of bij hun eigendom, toe te staan dat aanduidingen van openbaar nut en nutsvoorzieningen worden aangebracht;
2. de gemeentelijke overheid te verwittigen wanneer deze tekens onleesbaar, onzichtbaar of verwijderd worden.
Artikel 4
§1. Het opschrift van hoofdstuk 1 van titel 2 van deel 2 van de algemene politieverordening wordt gewijzigd naar:
HOOFDSTUK 1 (Geluids)overlast
§2. Het opschrift van afdeling 3 van hoofdstuk 1 van titel 2 van deel 2 wordt gewijzigd naar:
AFDELING 3 Andere specifieke vormen van (geluids)overlast
Artikel 5
Onder deel 2, titel 2, hoofdstuk 1, afdeling 3 wordt een artikel 47bis toegevoegd als volgt:
§1. Het is eveneens verboden op de openbare weg en/of op enige voor publiek toegankelijke plaatsen, enig vuurwerk bij zich te dragen, behoudens de tijdstippen vermeld in artikel 47, §2.
§2. Onverminderd de gemeentelijke administratieve sancties, kunnen de schadelijke middelen waarvan sprake in artikel 47 en artikel 47bis door de politie in beslag genomen en vernietigd worden, conform artikel 30 van de wet op het politieambt.
Artikel 6
Onder deel 2, titel 2, hoofdstuk 1, afdeling 3 wordt een punt 6bis toegevoegd als volgt:
6bis. Lachgas e.d.
Artikel 47ter
§1. Het is verboden om schadelijke stoffen als lachgas, klaviergas en aanstekergas te verhandelen en/of te bezitten als de handel en/of het bezit ervan gericht is op een oneigenlijk gebruik van deze gassen met het oog op het opwekken van een roeseffect.
§2. Het is verboden om op het openbaar domein en in private maar voor het publiek toegankelijke plaatsen lachgas, klaviergas, aanstekergas en verdampte alcohol te inhaleren met het oog op het opwekken van een roeseffect.
§3 Onverminderd de gemeentelijke administratieve sancties, kunnen de schadelijke middelen waarvan sprake in §1. en §2. door de politie in beslag genomen en vernietigd worden, conform artikel 30 van de wet op het politieambt.
Artikel 7
Onder deel 2, titel 2, hoofdstuk 1, afdeling 4 wordt een artikel 48bis toegevoegd als volgt:
Bij inbreuken op de voorschriften omschreven in artikel 195, kan de politie de voertuigen die de geluidshinder veroorzaken, in beslag nemen. Onverminderd de toepassing van artikel 30 van de wet op het politieambt, impliceert het bestuurlijk beslag de immobilisatie ter plaatse van het voertuig door het aanbrengen van een wielklem. De voertuigen worden in beslag genomen zolang dit met het oog op het vrijwaren van de openbare orde en rust vereist is, en worden nadien terug ter beschikking gesteld van de bezitter of eigenaar. De minimale duur van het beslag bedraagt 72 uur, hetgeen een effectief herstel van de openbare orde en rust moet toelaten. Indien de openbare orde of rust dit vereist, kan de duur van het beslag uitzonderlijk verlengd worden. Om redenen van openbare veiligheid kan mogelijk ook beslist worden tot de (onmiddellijke) takeling en bewaring van het voertuig. Alle kosten zijn ten laste van de eigenaar van het voertuig.
Artikel 8
Artikel 56 van de algemene politieverordening wordt integraal vervangen als volgt:
De aannemer of, bij ontstentenis, de bouwheer dient bij werkzaamheden die stof of afval op het openbaar domein, de openbare weg of de omringende eigendommen kunnen verspreiden, de nodige voorzorgsmaatregelen te nemen om hinder, ongemakken en ongelukken te voorkomen. De aannemer of bouwheer dient ook in te staan voor de opruiming.
Artikel 9
Artikel 70 van de algemene politieverordening wordt integraal vervangen als volgt:
De persoon die de affiches en/of aankondigingen aanplakt of aanbrengt, is aansprakelijk bij overtredingen van de bepalingen inzake aanplakking.
Indien deze persoon niet kan geïdentificeerd worden, is de verantwoordelijke uitgever aansprakelijk bij overtreding van de bepalingen van dit artikel, tenzij hij het bewijs levert dat hij alles heeft gedaan om de betrokkene op zijn plichten te wijzen en zodus overtreding van dit artikel te verhinderen.
Indien er geen verantwoordelijke uitgever is vermeld op de affiches of borden, of indien deze niet kan gevonden worden, kan het bedrijf of de organisator dat/die promotie voert eveneens aansprakelijk gesteld worden, tenzij het bewijs wordt geleverd dat alles werd gedaan om de betrokkene op zijn plichten te wijzen en zodus overtreding van dit artikel te verhinderen.
Artikel 10
Onder deel 2, titel 3, hoofdstuk 6, afdeling 1 wordt een artikel 80bis toegevoegd als volgt:
Onverminderd de bepalingen van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening en aanvullend bij artikel 3.131 van het burgerlijk wetboek inzake de erfdienstbaarheid van dakdrop, dient het water aflopend van het dak van een woning op het openbaar domein of het voetpad, verplicht aangesloten te worden op de eigen rioleringsaansluiting. Afwijking hiervan kan verleend worden door het college van burgemeester en schepenen na gemotiveerd verzoek.
Artikel 11
Onder deel 2, titel 4, hoofdstuk 3, afdeling 4 wordt een artikel 132bis toegevoegd als volgt:
§1. Bij het uitdelen van drukwerk (o.a. flyers, pamfletten, reclamefolders,..), stalen of andere voorwerpen moet iedere verdeler zelf of via een helper instaan voor het oprapen van de door het publiek in de omgeving (binnen de evenementenzone of binnen een straal van 100 m rond het verdeelpunt) weggeworpen exemplaren of voorwerpen of drukwerk.
§2. Indien de door het publiek in de omgeving weggeworpen exemplaren of voorwerpen of drukwerk niet opgeraapt worden door de verdeler of zijn helper, zal de gemeente de exemplaren of voorwerpen of drukwerk ambtshalve laten verwijderen en de kosten voor reiniging van de openbare weg verhalen op de overtreder.
§3. De verdeler van drukwerk is aansprakelijk bij overtredingen van de bepalingen van de artikelen 130, 131, 132 en 132bis.
Indien de verdeler niet kan geïdentificeerd worden, is de verantwoordelijke uitgever aansprakelijk bij overtreding van de bepalingen van dit artikel, tenzij hij het bewijs levert dat hij alles heeft gedaan om de betrokkene op zijn plichten te wijzen en zodus overtreding van dit artikel te verhinderen.
Indien er geen verantwoordelijke uitgever is vermeld op de flyers of stalen, of indien deze niet kan gevonden worden, kan het bedrijf of de organisator dat/die promotie voert eveneens aansprakelijk gesteld worden, tenzij het bewijs wordt geleverd dat alles werd gedaan om de betrokkene op zijn plichten te wijzen en zodus overtreding van dit artikel te verhinderen.
Artikel 12
Onder deel 2, titel 5, hoofdstuk 2 wordt een artikel 143bis toegevoegd als volgt:
§1. Bovenstaande verplichting van artikel 143 a) geldt niet binnen de specifiek hiertoe ingerichte loopzones.
Een hondenloopzone is een omheind terrein op openbaar domein, waar honden vrij kunnen rondlopen. Binnen de omheining van de hondenloopzone mag een hond vrij rondlopen. Honden blijven aan de leiband tot in de hondenloopzone.
§2. De hondenloopzone mag enkel gebruikt worden voor de doeleinden waarvoor ze bestemd is. De instructies ter plaatse aangebracht en vermeld in het huishoudelijk reglement dienen strikt te worden nageleefd.
§3. De toegangspoort van de hondenloopzone dient steeds opnieuw gesloten te worden bij betreden of verlaten.
Artikel 13
Artikel 182 van de algemene politieverordening wordt integraal vervangen als volgt:
In de openbare parken, pleinen en tuinen is het verboden:
1. te fietsen buiten de verharde, dit zijn de van een wegdek voorziene paden. Behoudens anders aangeduid door verkeersborden, moeten motorrijtuigen steeds aan de hand geleid worden.
Fietsen of lopen in openbare groenzones is slechts toegestaan op niet verharde paden, indien deze paden specifiek voor (sport)recreatie zijn voorzien of ingericht;
2. op kunstwerken te klimmen;
3. op de openbare grasperken te lopen en erop te zitten of te liggen op plaatsen waar een verbodsbord daartoe is aangebracht;
4. om over de afsluitingen te klauteren;
5. barbecues te houden, behoudens een machtiging van de burgemeester of behoudens daartoe door de gemeente opgestelde openbare barbecues;
6. een normale doorgang te belemmeren;
7. kwaadwillig één of meer bomen om te hakken of zodanig te snijden, verminken of ontschorsen dat zij vergaan, alsook één of meer enten te vernielen. Gemengde inbreuk (3de soort) – volgens artikel 537 Sw.;
8. bij of naar aanleiding van storm of noodweer de openbare parken en bossen te betreden. De veiligheidsinstructies hierover dienen te worden nageleefd.
Artikel 14
Artikel 185 van de algemene politieverordening wordt integraal vervangen als volgt:
Gemengde inbreuk – volgens artikel 563bis Sw.
§1. Het is, zoals bepaald in artikel 563bis strafwetboek, behoudens andersluidende wetsbepalingen, verboden zich in de voor het publiek toegankelijke plaatsen te begeven met het gezicht geheel of gedeeltelijk bedekt of verborgen, zodat men niet herkenbaar is.
De overtreding van het eerste lid wordt gesanctioneerd overeenkomstig de strafbepalingen van deze verordening vermeld in deel 1.
§2. Het verbod opgenomen in paragraaf 1 geldt niet voor hen die zich krachtens arbeidsreglementen in de voor het publiek toegankelijke plaatsen begeven met het gezicht geheel of gedeeltelijk bedekt of verborgen, zodat ze niet herkenbaar zijn.
Het verbod opgenomen in paragraaf 1 geldt evenmin voor vermommingen naar aanleiding van lokale gebruiken, zijnde Sint-Maarten, Halloween, Sinterklaas, Kerstmis, Driekoningen, carnaval, 100 dagen, Pasen (limitatieve opsomming).
Het verbod opgenomen in paragraaf 1 geldt evenmin mits schriftelijke en voorafgaande gemotiveerde toestemming van de burgemeester voor evenementen met commerciële doeleinden en culturele en sportieve evenementen op het openbaar domein.
§3. Het is verboden voor onbevoegden zich op de openbare weg te vertonen in de ambtskledij van burgerlijke, gerechtelijke en militaire overheden.
De burgemeester kan, in het kader van een toegelaten evenement, afwijking verlenen op het verbod tot het dragen van ambtskledij van burgerlijke, gerechtelijke en militaire overheden, zoals bepaald in het eerste lid.
§4. Het verbod opgenomen in paragraaf 1 geldt evenmin ingeval het dragen van een mond- en neusbedekking om medische of gezondheidsredenen verplicht is (bijvoorbeeld als preventiemaatregel ingeval van een pandemie).
Artikel 15
Artikel 195 van de algemene politieverordening wordt integraal vervangen als volgt:
§1. Het is verboden elektronisch versterkte muziek in voertuigen te produceren die hoorbaar is buiten het voertuig. De overtredingen tegen deze bepaling, die aan boord van voertuigen worden begaan, worden verondersteld door de bestuurder te zijn begaan, tot bewijs van het tegendeel.
§2. Het is verboden om abnormale geluidshinder te veroorzaken door de, al dan niet aangepaste, motor en/of uitlaatsystemen van een motorvoertuig.
Artikel 16
Artikel 197 van de algemene politieverordening wordt integraal vervangen als volgt:
Alle publieke inrichtingen bestemd voor vermaak of voor enige consumptie, met inbegrip van ambulante installaties van dezelfde aard, moeten gesloten blijven tijdens het hele jaar vanaf 1 uur ’s nachts tot 7 uur ’s ochtends, met uitzondering van:
- de nachten van vrijdag op zaterdag, zaterdag op zondag
- de nacht voor en de nacht van de wettelijke/decretale feestdagen, met name:
• Nieuwjaar (1 januari)
• Pasen
• Paasmaandag
• Feest van de arbeid (1 mei)
• O.L.H. Hemelvaart
• Pinksteren
• Pinkstermaandag
• Vlaamse feestdag (11 juli)
• Nationale feestdag (21 juli)
• O.L.V. Hemelvaart (15 augustus)
• Allerheiligen (1 november)
• Wapenstilstand (11 november)
• Kerstmis ( 25 december)
- de nacht voor en de nacht van de plaatselijke kermisdagen;
voor deze uitzonderingen geldt als sluitingsuur de uren van 3 uur tot 7 uur.
Met publieke inrichtingen bestemd voor vermaak of voor enige consumptie wordt onder meer bedoeld herbergen, drankinrichtingen, koffiehuizen, drankslijterijen, tapperijen, restaurants, eethuizen, tearooms, frituren, feestzalen, …
Deze voorschriften inzake sluitingsuur zijn niet van toepassing op de erkende hotels, hotel-restaurants, ten aanzien van de reizigers die er op regelmatige wijze zijn ingeschreven en op voorwaarde dat de inrichting niet toegankelijk is voor het gewoon publiek
Artikel 17
Onder deel 3, titel 3, hoofdstuk 10 wordt een artikel 296quinquies toegevoegd als volgt:
Conform de bepalingen van het decreet gemeentewegen, artikel 38, is het verboden:
1° een gemeenteweg te wijzigen, te verplaatsen of op te heffen zonder voorafgaand akkoord van de gemeenteraad;
2° een gemeenteweg volledig of gedeeltelijk in te nemen op een wijze die het gewone gebruiksrecht overstijgt;
3° de toegang tot een gemeenteweg of het gebruik en beheer ervan te belemmeren, te hinderen of onmogelijk te maken;
4° op of in gemeentewegen werkzaamheden uit te voeren of gemeentewegen op welke wijze ook te beschadigen zonder voorafgaande toestemming van het college van burgemeester en schepenen of zijn gemachtigde.
Artikel 18
Artikel 300 van de algemene politieverordening wordt integraal vervangen als volgt:
In de gemeentelijke sportinfrastructuur is het verboden:
1. zich om te kleden buiten de daartoe aangewezen kleedkamers;
2. zich onbetamelijk te gedragen;
3. de infrastructuur en de uitrusting te verontreinigen of te beschadigen;
4. gelijk met welke voorwerpen ook, vreemd aan de beoefende sport, te werpen of welke tuigen ook te laten ontploffen of knallen;
5. vuur te maken;
6. zich onnodig in de gangen en op de trappen op te houden, zodat de doorgang wordt belemmerd;
7. de toe- en uitgangswegen, alsook deze naar de nooduitgangen, te belemmeren;
8. zelf de tribunes te verplaatsen;
9. de afsluitingen te beklimmen, erop te zitten of erop te staan;
10. de orde en veiligheid te verstoren of het normaal verloop van wedstrijden of trainingen te hinderen;
11. enig gemotoriseerd voertuig alsook fietsen binnen te brengen, tenzij om dienstredenen of uitdrukkelijk toegestane afwijkingen (inclusief deze aangeduid door verkeersborden). Zij dienen op plaatsen die ervoor zijn aangeduid te worden geplaatst;
12. dieren binnen te brengen;
13. publiciteit aan te brengen, tenzij na goedkeuring;
14. de kunstgrasvelden te betreden zonder toestemming.
Artikel 19
Artikel 307 van de algemene politieverordening wordt integraal vervangen als volgt:
§1. Het gebruik van al dan niet automatische schrikkanonnen of gelijksoortige toestellen ter bescherming van de akkerbouw, tuinbouw en fruitteelt, met inbegrip van toestellen die, al dan niet elektronisch versterkt, het geluid laten horen van krijsende vogels om vogels te verjagen, is verboden tussen 21 uur en 7 uur.
§2. Het gebruik van dergelijke toestellen is uitsluitend in de periode van 1 april tot en met 31 augustus toegestaan.
§3. Wegens onvoorziene omstandigheden eigen aan het klimaat (bv. laattijdige groei van de gewassen als gevolg van de weersomstandigheden) of de aard van de gewassen kan de periode van het gebruik van dergelijke toestellen door de burgemeester worden verlengd.
§4. De loopmond van het kanon moet steeds in de meest gunstige richting geplaatst worden ten aanzien van hindergevoelige plaatsen of gebieden.
§5. Dergelijke toestellen mogen alleen opgesteld worden op een afstand van meer dan 100 meter van een woning.
§6. Het toestel mag maximaal tot 10 schoten per uur laten afgaan.
§7. Het gebruik van luchtdrukkanonnen is subsidiair en kan enkel gebeuren indien op hetzelfde perceel terzelfder tijd geluidsarme en milieuvriendelijke alternatieve bestrijdingsmethoden worden toegepast.
§8. Het luchtdrukkanon dient op het toestel zelf de naam en het adres van de gebruiker te bevatten.
Als de gebruiker van het toestel niet identificeerbaar is, wordt de eigenaar van de grond waarop het toestel staat, beschouwd als gebruiker.
Artikel 20
§1. De respectievelijke afdelingen onder hoofdstuk 4 van titel 4 van deel 4 van de algemene politieverordening worden hernummerd te beginnen met afdeling 1 (AFDELING 1 Algemeen, AFDELING 2 Inzameling van restafval, enz.).
§2. Het opschrift van afdeling 8 van hoofdstuk 4 van titel 4 van deel 4 van de algemene politieverordening wordt gewijzigd naar:
AFDELING 8 Selectieve inzameling van tuinafval en GFT-afval
Artikel 21
Artikel 328 van de algemene politieverordening wordt integraal vervangen als volgt:
§1. De ophaling aan huis van GFT-afval kan gebeuren via een abonnementsformule tegen betaling, volgens de overeenkomst aangegaan met het intergemeentelijk samenwerkingsverband.
§2. Het GFT-afval moet voor de huis-aan-huis inzameling aangeboden worden in de voorziene rolcontainer volgens het gekozen abonnement.
§3. De container dient in een nette toestand te worden aangeboden met het handvat gericht naar de straatzijde en met een gesloten klep. Wanneer dit niet het geval is, kan het intergemeentelijk samenwerkingsverband weigeren de container te ledigen.
§4. Enkel geregistreerde containers worden opgehaald. Niet geregistreerde containers worden beschouwd als niet reglementaire afvalrecipiënten.
§5. Het maximaal gewicht is 15 kg voor een 40 l container, 52,5 kg voor een 140 l container, 90 kg voor een 240 l container.
§6. Voor het met huishoudelijk afval vergelijkbaar bedrijfsafval geldt dat per adres en per ophaling de aard, samenstelling en hoeveelheid vergelijkbaar moet zijn met de hoeveelheid huishoudelijk afval van een gemiddeld gezin.
§7. De voorwaarden en modaliteiten voor de inzameling van GFT zoals bepaald door het intergemeentelijk samenwerkingsverband, dienen te worden nageleefd.
Artikel 22
Onder deel 4, titel 7, hoofdstuk 2, afdeling 1 wordt een artikel 389.1 toegevoegd als volgt:
Al wie een drankgelegenheid of een inrichting waar eetwaren en/of dranken door het publiek kunnen gebruikt worden, opent of verplaatst, is gehouden daarvan voorafgaand schriftelijke melding te geven aan de burgemeester.
Artikel 23
Artikel 389bis van de algemene politieverordening wordt integraal vervangen als volgt:
Onverminderd alle andere en hogere regelgeving waaraan een drankgelegenheid dient te voldoen, gelden volgende bepalingen voor occasionele drankgelegenheden:
De verkoop, het aanbieden of het verstrekken van sterke drank voor gebruik ter plaatse, zelfs gratis, dient voorafgaandelijk schriftelijk te worden gemeld aan de burgemeester, onverminderd artikel 9 van de wet van 28 december 1983 betreffende de vergunning voor het verstrekken van sterke drank.
De burgemeester kan bepaalde modaliteiten opleggen in het kader van openbare veiligheid.
Artikel 24
Artikel 390 van de algemene politieverordening wordt integraal vervangen als volgt:
De gebruikers en bezoekers van de gemeentelijke infrastructuur en gemeentelijke openbare voorzieningen verbinden zich er toe de respectievelijke huishoudelijke reglementen, gebruikersreglementen en de hierbij aansluitende richtlijnen van het toezichthoudend personeel strikt na te leven.
Artikel 25
Artikel 390sexies van de algemene politieverordening wordt integraal vervangen als volgt:
Artikel 2
§1. Deze beslissing treedt in werking per 14 november 2022.
§2. Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de coördinatie van deze beslissing.