De gemeenteraad heeft geen opmerkingen op het ontwerp van regionaal mobiliteitsplan.
Het decreet basisbereikbaarheid omschrijft de werking van de 15 vervoerregio’s en legt de taken vast van de vervoerregioraad. Met de inrichting van vervoerregio’s, vervoerregioraden en regionale mobiliteitsplannen creëerde de Vlaamse overheid een kader voor steden en gemeenten waarbinnen ze kunnen samenwerken aan mobiliteitsuitdagingen.
De Vlaamse regering bepaalde de territoriale afbakening van de vervoerregio's. Gemeente Wevelgem is ingedeeld in de vervoerregio Kortrijk.
Binnen elke vervoerregio wordt een regionaal mobiliteitsplan opgesteld. Dat plan legt de gezamenlijke mobiliteitsvisie van de lokale besturen voor alle vervoersmiddelen op lange termijn vast. Het speelt in op de huidige en toekomstige mobiliteitsuitdagingen van de regio, tekent het openbaar vervoersnetwerk uit, legt de link met het ruimtelijk beleid en stelt maatregelen voor de verbetering van de doorstroming, de verkeersveiligheid en het fietsbeleid voor.
Ook de vervoerregio Kortrijk heeft een regionaal mobiliteitsplan voorbereid. De vervoerregio werd daarin ondersteund door het consortium STG, dat door de Vlaamse overheid als studiebureau aangesteld werd.
Het regionaal mobiliteitsplan is inhoudelijk breder en strategischer van inslag en mag niet verward worden met de visie op de korte termijn hertekening van het openbaar vervoer die de vervoerregioraad op 2 oktober 2020 goedkeurde en die thans gefaseerd in uitvoering is (cfr. ook beslissing van de gemeenteraad van 3 juli 2020 houdende advies op dit openbaar vervoerplan).
De opmaak van het regionaal mobiliteitsplan gebeurde in diverse stappen:
Het inhoudelijke debat vindt plaats in de schoot van de vervoerregioraad. Deze wordt ondersteund door de ambtelijke werkgroep die de inhoudelijke voorbereiding op zich neemt. Er werd ook meerdere malen bilateraal teruggekoppeld tussen het bestuur en het team van het departement Mobiliteit en Openbare Werken dat voor deze studie als plangroep optreedt.
Het regionaal mobiliteitsplan maakt het voorwerp uit van een strategische milieu-effectrapportage. Het ontwerp MER werd opgemaakt in het eerste kwartaal van 2023 en iteratief in het regionaal mobiliteitsplan verwerkt. Op 23 mei 2023 werd een positief informeel advies met opmerkingen ontvangen van team Omgevingseffecten. Deze opmerkingen zijn in het finale MER aangebracht.
Het regionaal mobiliteitsplan zit thans in de fase van openbaar onderzoek. Dit loopt van 17 augustus 2023 tot en met 15 oktober 2023. De inhoudelijke inbreng van burgers, stakeholders en gemeenteraden kan in deze fase nog aanleiding geven tot een finale bijsturing van het ontwerp van regionaal mobiliteitsplan. Het aldus eventueel bijgestuurde mobiliteitsplan zal na goedkeuring door de vervoerregioraad ter goedkeuring voorgelegd worden aan de Vlaamse minister voor Mobiliteit en Openbare Werken. Haar goedkeuring en de bekendmaking daarvan in het Belgisch Staatsblad, vormen de afronding van het proces van regionale mobiliteitsplanning.
Aan de gemeenteraden wordt in deze fase gevraagd advies te willen uitbrengen op het ontwerp van regionaal mobiliteitsplan. Op 29 augustus 2023 vond een webinar plaats waarop de gemeenteraadsleden uitgenodigd werden. De gemeenteraadsleden werden gevraagd om eventuele opmerkingen op het ontwerp van regionaal mobiliteitsplan over te maken tegen 15 september 2023. Er kwamen geen opmerkingen binnen op het ontwerp van regionaal mobiliteitsplan.
Artikel 1
Heeft geen opmerkingen op het voorgelegde ontwerp van regionaal mobiliteitsplan.
Artikel 2
Afschrift van dit advies wordt overgemaakt aan de voorzitter van de vervoerregioraad Kortrijk.