Bekrachtigt de beslissing van de heer burgemeester van 2 juni 2021 houdende de opheffing van de beslissing van de burgemeester van 28 april 2021 voor wat betreft het hybride karakter van de openbare vergaderingen in de maand juni 2021.
Neemt kennis van de beslissing van de heer burgemeester van 2 juni 2021 houdende de opheffing van de beslissing van de burgemeester van 28 april 2021 voor wat betreft het hybride karakter van de openbare vergaderingen in de maand juni 2021.
Uit de beraadslaging over de beslissing van de gemeenteraad van 7 mei 2021 (houdende de bekrachtiging van de beslissing van de burgemeester van 28 april 2021 houdende de politieverordening over het hybride karakter van de openbare vergaderingen in de maanden mei en juni 2021 om redenen van volksgezondheid (i.k.v. de strijd tegen het coronavirus-COVID-19)) kwam de vraag om de vergaderingen van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn opnieuw fysiek te organiseren vanaf juni 2021 naar voor.
Hoewel de pandemie op heden zeker nog niet voorbij is, moet de afweging van de democratische belangen tegenover deze van de volksgezondheid gebeuren in functie van de fase waarin de pandemie zich bevindt. Het komt niet onredelijk voor om te stellen dat fysieke vergaderingen - in deze fase van de pandemie - op een veilige manier kunnen georganiseerd worden met inachtname voor de regels van social distancing.
De beslissing van de heer burgemeester van 2 juni 2021 houdende de opheffing van de beslissing van de burgemeester van 28 april 2021 voor wat betreft het hybride karakter van de openbare vergaderingen in de maand juni 2021 komt gerechtvaardigd over.
Bekrachtigt de beslissing van de heer burgemeester van 2 juni 2021 houdende de opheffing van de beslissing van de burgemeester van 28 april 2021 voor wat betreft het hybride karakter van de openbare vergaderingen in de maand juni 2021.
Raming:
* Perceel 1: personenverzekeringen: 121 167,56 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar, waarvan het gemeentelijk aandeel geraamd wordt op 58 995 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar;
* Perceel 2: verzekeringen materiële schade: 41 631,16 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar, waarvan het gemeentelijk aandeel geraamd wordt op 29 300 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar;
* Perceel 3: verzekeringen aansprakelijkheid: 35 922,66 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar, waarvan het gemeentelijk aandeel geraamd wordt op 29 800 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar;
* Perceel 4: verzekeringen auto: 20 008,26 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar, waarvan het gemeentelijk aandeel geraamd wordt op 13 600 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar.
De totale uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 218 729,64 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar, hetzij met verlengingen 874 918,56 euro, waarvan het gemeentelijk aandeel geraamd wordt op 131 695 euro voor één jaar.
Mededingingsprocedure met onderhandeling.
De huidige verzekeringspolissen van de gemeente lopen af op 31 december 2021 waardoor een nieuwe overheidsopdracht dient geplaatst te worden. De verzekeringspolissen van het OCMW lopen op diezelfde datum af. Het is opportuun om de overheidsopdracht gezamenlijk te voeren waarbij de gemeente de procedure mede zal voeren namens en voor rekening van het OCMW. Gezamenlijk aankopen kan leiden tot aanzienlijke besparingen en administratieve vereenvoudiging.
Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 24 februari 2021 om de plaatsingsprocedure te starten voor de opdracht 'begeleiding overheidsopdracht verzekeringen voor gemeente en OCMW'. Het vast bureau van 24 februari 2021 gaf mandaat aan het gemeentebestuur Wevelgem voor het voeren van de volledige gunningsprocedure van de opdracht 'begeleiding overheidsopdracht verzekeringen voor gemeente en OCMW'.
Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 31 maart 2021 om deze opdracht toe te wijzen aan de firma AON Belgium bv, Telecomlaan 5-7 te 1831 Diegem.
In het kader van de opdracht 'afsluiten van volgende verzekeringscontracten: personenverzekeringen, verzekeringen materiële schade, verzekeringen aansprakelijkheid en verzekeringen auto voor gemeente en OCMW 2022-2025' werd door AON Belgium bv een bestek opgesteld.
Deze opdracht is opgedeeld in 4 percelen:
Gemeente Wevelgem - raming alle percelen |
Aantal verlengingen |
Raming basisopdracht (per jaar) |
Totale raming (2022 - 2025) met verlengingen |
Perceel 1 (Personen ) |
3 |
€ 58 995,00 |
€ 235 980,00 |
Perceel 2 (Materiële Schade) |
3 |
€ 29 300,00 |
€ 117 200,00 |
Perceel 3 (Verzekeringen Aansprakelijkheid) |
3 |
€ 29 800,00 |
€ 119 200,00 |
Perceel 4 (Verzekeringen Auto) |
3 |
€ 13 600,00 |
€ 54 400,00 |
Totaal Gemeente |
|
€ 131 695,00 |
€ 526 780,00 |
OCMW - Raming alle percelen |
Aantal verlengingen |
Raming basisopdracht (per jaar) |
Totale raming met verlengingen |
Perceel 1 (Personen) |
3 |
€ 62 172,56 |
€ 248 690,24 |
Perceel 2 (Materiële Schade) |
3 |
€ 12 331,16 |
€ 49 324,64 |
Perceel 3 (Verzekeringen Aansprakelijkheid) |
3 |
€ 6 122,66 |
€ 24 490,64 |
Perceel 4 (Verzekeringen Auto) |
3 |
€ 6 408,26 |
€ 25 633,04 |
Totaal OCMW |
|
€ 87 034,64 |
€ 348 138,56 |
De totale uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 218 729,64 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar, met verlengingen 874 918,56 euro (incl. taks, vrij van btw) (voor 4 jaar), waarvan het gemeentelijk aandeel geraamd wordt op 131 695 euro voor één jaar.
De percelen worden afgesloten voor een duurtijd van 1 jaar met verlenging van opeenvolgende periodes van 1 jaar, met een totale duurtijd van maximaal 4 jaar.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de mededingingsprocedure met onderhandeling (met Belgische en Europese bekendmaking).
De inhoud van de verzekeringsdekkingen is immers van die aard dat de specificiteiten van de markt niet met de nodige precisie opgesteld kunnen worden onder de vorm van een definitieve polistekst zonder onderhandeling.
Aan de raad voor maatschappelijk welzijn van heden wordt voorgesteld om een mandaat te verlenen aan het gemeentebestuur Wevelgem voor het voeren van de volledige gunningsprocedure van de opdracht 'afsluiten van volgende verzekeringscontracten: personenverzekeringen, verzekeringen materiële schade, verzekeringen aansprakelijkheid en verzekeringen auto voor de gemeente en OCMW 2022-2025'.
De uitgave voor deze opdracht wordt aangerekend op de algemene rekeningen 612000 en 623060 en op het beleidsitem waarop de verzekering betrekking heeft.
Artikel 1
Het bestek en de selectievereisten zoals opgenomen in de publicatie en de raming voor de opdracht 'afsluiten van volgende verzekeringscontracten: personenverzekeringen, verzekeringen materiële schade, verzekeringen aansprakelijkheid en verzekeringen auto voor gemeente en OCMW 2022-2025', opgesteld door de ontwerper, AON Belgium bv, Telecomlaan 5-7 te 1831 Diegem, worden goedgekeurd.
Het geraamde bedrag bedraagt voor:
* Perceel 1: personenverzekeringen: 121 167,56 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar, waarvan het gemeentelijk aandeel geraamd wordt op 58 995 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar;
* Perceel 2: verzekeringen materiële schade: 41 631,16 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar, waarvan het gemeentelijk aandeel geraamd wordt op 29 300 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar;
* Perceel 3: verzekeringen aansprakelijkheid: 35 922,66 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar, waarvan het gemeentelijk aandeel geraamd wordt op 29 800 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar;
* Perceel 4: verzekeringen auto: 20 008,26 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar, waarvan het gemeentelijk aandeel geraamd wordt op 13 600 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar.
De totale uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 218 729,64 euro (incl. taks, vrij van btw) voor één jaar, hetzij met verlengingen 874 918,56 euro, waarvan het gemeentelijk aandeel geraamd wordt op 131 695 euro voor één jaar.
Artikel 2
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de mededingingsprocedure met onderhandeling.
Artikel 3
De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal en Europees niveau.
Raming: 68 099,28 euro (excl. btw), hetzij 82 400,13 euro (incl. btw) voor de grondwerken en 192 633,04 euro (excl. btw), hetzij 233 085,98 euro (incl. btw) voor de elektriciteits- en kabeldistributie.
Onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
In het kader van het project 'ondergronds brengen elektriciteits- en kabeldistributienet in de Overheulestraat' werden twee technische beschrijvingen met respectievelijk nr. 0020084258 en nr. 0020084259 opgesteld door Fluvius System Operator cv.
De uitgave voor dit project wordt respectievelijk geraamd op 68 099,28 euro (excl. btw), hetzij 82 400,13 euro (incl. btw) voor de grondwerken en 192 633,04 euro (excl. btw), hetzij 233 085,98 euro (incl. btw) voor de elektriciteits- en kabeldistributie. Deze laatste opdracht komt in aanmerking om vereffend te worden via het overschot aan trekkingsrechten.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Voor deze opdracht wordt geen beroep gedaan op de mededinging omdat de opdracht slechts door één bepaalde inschrijver kan worden uitgevoerd daar de gemeente aangesloten is bij Fluvius West, met als exploitatiebedrijf Fluvius System Operator cv.
De uitgave voor deze opdracht wordt aangerekend op rekening 0640-00/228500/IP-OVERIG en rekening 0660-00/228500/IP-OVERIG van het investeringskrediet en komt deels in aanmerking om vereffend te worden via trekkingsrechten.
Artikel 1
De technische beschrijvingen met respectievelijk nr. 0020084258 en nr. 0020084259 en de raming voor de opdracht 'ondergronds brengen elektriciteits- en kabeldistributienet in de Overheulestraat', opgesteld Fluvius System Operator cv worden goedgekeurd. De totale raming bedraagt 68 099,28 euro (excl. btw), hetzij 82 400,13 euro (incl. btw) voor de grondwerken en 192 633,04 euro (excl. btw), hetzij 233 085,98 euro (incl. btw) voor de elektriciteits- en kabeldistributie, waarvan de laatste in aanmerking komt om vereffend te worden via trekkingsrechten.
Artikel 2
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking. Er wordt geen beroep gedaan op de mededinging.
De afsprakennota 2021-30 met de Intercommunale Leiedal 'Wevelgem: opmaak van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Open ruimte Moorsele in het kader van de zelfstandige groepering Leiedal' wordt goedgekeurd.
De gemeente wenst een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) op te (laten) maken voor het gebied Open ruimte Moorsele. Het RUP voorziet in een analyse van de volledige open ruimte rond Moorsele kern op basis van het aanwezige studie- en kaartmateriaal en een inventarisatie van bestaande beleidsdocumenten (vb. Heerlijke Heulebeek, gemeentelijk ruimtelijk structuurplan, RUP Groene Slinger Moorsele, afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur (AGNAS)…). Hierbij worden de bestaande beleidsdocumenten van toepassing in de open ruimte pragmatisch geïnventariseerd om te dienen als kapstok voor de twee uit te werken deelgebieden (zie bijlage 4 van afsprakennota).
Het doel is om van hieruit een aantal specifieke vraagstukken aan te pakken die binnen dit RUP uitgewerkt worden:
De Intercommunale Leiedal heeft hiervoor de afsprakennota 2021-30 'Wevelgem: opmaak van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Open ruimte Moorsele in het kader van de zelfstandige groepering Leiedal' opgemaakt.
Deze afsprakennota wordt ter goedkeuring voorgelegd.
De uitgave voor deze opdracht wordt aangerekend op rekening PB3-ACT21/0600-00/214007/I-PB3-AP7 van het investeringskrediet. De basisraming bedraagt 37 829,72 euro (vrij van btw). De som van de herzieningsramingen bedraagt 23 644 euro (vrij van btw).
Artikel 1
De afsprakennota 2021-30 'Wevelgem: opmaak van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Open ruimte Moorsele in het kader van de zelfstandige groepering Leiedal' wordt goedgekeurd.
Verrekening nr. 8 en verrekening nr. 9 van de opdracht 'aanstellen van een ontwerper, afkoppelingsdeskundige en veiligheidscoördinator voor de herinrichting van het bedrijventerrein Gullegem-Moorsele' worden goedgekeurd.
De gemeenteraad besliste op 4 juli 2014 tot de goedkeuring van de lastvoorwaarden, de raming en de gunningswijze van de opdracht 'aanstellen van een ontwerper, afkoppelingsdeskundige en veiligheidscoördinator voor de herinrichting van de bedrijventerreinen Wevelgem-Zuid en Gullegem-Moorsele', opdracht opgesplitst in 2 percelen met nummers 2389/04214 (Wevelgem-Zuid) en 2390/04314 (Gullegem-Moorsele). De studieopdracht werd geraamd op 1 500 000 euro (incl. btw) voor beide percelen samen. Deze raming is gebaseerd op de uitvoeringsprijzen en modaliteiten die destijds van toepassing waren.
Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 10 december 2014 goedkeuring aan de gunning van de opdracht 'aanstellen van een ontwerper, afkoppelingsdeskundige en veiligheidscoördinator voor de herinrichting van de bedrijventerreinen Wevelgem-Zuid en Gullegem-Moorsele' aan Grontmij Belgium nv (ondertussen Sweco Belgium bv) en dit voor beide percelen. Op basis van de coëfficiënt en de forfaitaire prijs voor de veiligheidscoördinatie, zoals opgegeven in de offerte van Sweco Belgium bv, was de offerteprijs voor perceel 1 met nummer 2389/04214 (Wevelgem-Zuid) 203 404,80 euro (excl. btw) en voor perceel 2 met nummer 2390/04314 (Gullegem-Moorsele) 296 357,48 euro (excl. btw).
Ondertussen keurde het college van burgemeester en schepenen zeven verrekeningen goed voor perceel 2 (Gullegem-Moorsele) van deze opdracht voor een totaal van 24 409,11 euro (excl. btw), als volgt:
Op 13 mei 2020 keurde het college van burgemeester en schepenen ook een aanpassing van het FABI-KVIV-barema goed voor bedoelde opdracht, als gevolg van de opsplitsing van het originele perceel in meerdere deelopdrachten. Door de opsplitsing van perceel 2 in drie deelopdrachten, worden ook de uitvoeringsbedragen van de deelopdrachten kleiner t.a.v. het oorspronkelijke uitvoeringsbedrag van perceel 2. Bijgevolg wijzigt ook de toepasselijke FABI-KVIV, barema I, klasse 1. Verschillende deelopdrachten maken dat sommige deeltaken meermaals moeten herhaald worden (opmaak en indienen omgevingsvergunningsaanvraagdossier, uitschrijven van prijsvraag, evaluatie van de offertes, ...) en betekenen een ruimere spreiding van de uitvoeringstermijn en opvolging van de werkzaamheden. Deeltaken die binnen de uitgegeven barema's vastgesteld door FABI-KVIV i.f.v. de grootte van de opdracht ook als uitgave vervat zitten. Dit impliceert een verrekening nr. 8 in meer voor perceel 2 van (geraamd) 36 992,96 euro (excl. btw) (beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 14 oktober 2020). Deze verrekening moet voorgelegd worden aan de gemeenteraad (cfr. beslissing van de gemeenteraad van 8 maart 2019: definitie dagelijks bestuur in het kader van overheidsopdrachten en delegatie van een aantal beheersdaden).
Op 13 januari 2021 keurde het college van burgemeester en schepenen nog een bijkomende verrekening nr. 9 in meer voor perceel 2 van (geraamd) 31 000 euro (excl. btw) goed, als gevolg van de uitbreiding van de opdracht met het ontwerp van de missing link (deel van de Hondschotestraat (tussen de drempel en het rondpunt)). De oorspronkelijke opdracht betrof immers enkel het ontwerp van de weg- en rioleringswerken die subsidieerbaar waren door het agentschap Innoveren en Ondernemen. Een deel van de Hondschotestraat (tussen de drempel en het rondpunt) viel buiten deze subsidieaanvraag (en het ontwerp) omdat er in dit stuk Hondschotestraat geen bedrijven zijn. Deze 'missing link' zou toch gerealiseerd worden samen met deel C van de revitaliseringswerken industriezone Gullegem-Moorsele om volgende redenen:
Ook deze verrekening moet nog voorgelegd worden aan de gemeenteraad (cfr. beslissing van de gemeenteraad van 8 maart 2019: definitie dagelijks bestuur in het kader van overheidsopdrachten en delegatie van een aantal beheersdaden).
Voor verrekening nr. 8 en verrekening nr. 9 werden nog geen facturen vereffend.
Het totale bedrag van de verrekeningen nr. 1 tot en met nr. 9 bedraagt (geraamd) 92 402,07 euro (excl. btw), hetzij 111 806,51 euro (incl. btw). De financieel directeur verleende een visum.
De uitgave voor deze opdracht wordt aangerekend op rekening PB2-ACT32/0200-00/224007/I-PB2-AP12 en rekening PB2-ACT32/0310-00/227007/I-PB2-AP12 van het investeringskrediet.
Het totale bedrag van de goedgekeurde verrekeningen bedraagt (geraamd) 92 402,07 euro (excl. btw), hetzij 111 806,51 euro (incl. btw). Voor deze verrekeningen verleende de financieel directeur een visum.
Artikel 1
Goedkeuring wordt verleend aan verrekening nr. 8 en verrekening nr. 9 ten bedrage van respectievelijk (geraamd) 36 992,96 euro (excl. btw) en 31 000 euro (excl. btw) in meer voor de opdracht 'aanstellen van een ontwerper, afkoppelingsdeskundige en veiligheidscoördinator voor de herinrichting van het bedrijventerrein Gullegem-Moorsele (perceel 2)'.
De tussenkomst van de gemeente in de financiële verplichtingen van het OCMW wordt jaarlijks bij de resultaatsverwerking berekend op basis van het budgettair resultaat van het OCMW van het boekjaar.
De regelgeving rond BBC (beleids- en beheerscyclus) 2020 stipuleert dat de gemeente en het OCMW, dat de gemeente bedient, geïntegreerde beleidsrapporten opstellen. In die context heeft het geen zin om nog een gemeentelijke bijdrage aan het OCMW te berekenen en te tonen in de beleidsrapporten. Beide besturen moeten het eens zijn over de te bereiken doelstellingen en de financiële haalbaarheid van hun gezamenlijk beleid.
Wel moet de gemeente ervoor zorgen dat het OCMW steeds zijn financiële verplichtingen kan nakomen (artikel 274 van het decreet lokaal bestuur). Dat uit zich in periodieke stortingen van middelen aan het OCMW naargelang de behoeften. Geldtransfers tussen gemeente en OCMW staan op zich niet rechtstreeks in relatie tot voormelde gemeentelijke verplichting en behoren tot het loutere thesauriebeheer.
De regelgeving bevat geen definitie van het begrip ‘financiële verplichtingen’ en legt geen berekeningswijze of model op. Om te vermijden dat de raden elk jaar opnieuw het bedrag van de tussenkomst moeten bepalen, kunnen ze ook in consensus een principe van tussenkomst vastleggen.
Er wordt voorgesteld het principe van tussenkomst te laten vastleggen door de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn van heden, nl. dat het budgettair resultaat van het OCMW als basis dient voor de jaarlijkse berekening van de tussenkomst. Het budgettair resultaat van het boekjaar is het verschil tussen alle ontvangsten (exploitatie-, investerings- en financieringsontvangsten) en alle uitgaven (exploitatie-, investerings- en financieringsuitgaven) van het betrokken boekjaar. Het saldo van de vorige boekjaren wordt niet meegeteld. In die zin wordt dus geen rekening gehouden met niet-kaskosten en niet-kasopbrengsten zoals afschrijvingen, waardeverminderingen op vorderingen, voorzieningen voor toekomstige pensioenlasten en verrekeningen van investeringssubsidies.
In de toelichting bij de jaarrekening wordt een paragraaf opgenomen die verduidelijkt hoe het bedrag van de tussenkomst is berekend. Deze tussenkomst wordt niet ingeschreven en gebudgetteerd in het meerjarenplan en de aanpassingen ervan.
De tussenkomst van de gemeente in de financiële verplichtingen van het OCMW wordt jaarlijks bij de resultaatsverwerking berekend op basis van het budgettair resultaat van het OCMW van het boekjaar.
In de toelichting bij de jaarrekening wordt de berekening van het bedrag van de tussenkomst elk jaar opnieuw verduidelijkt.
De jaarrekening 2020, voor wat betreft het gedeelte van de gemeente, wordt goedgekeurd.
Het voorontwerp van deze jaarrekening was voorwerp van overleg tussen de leden van het managementteam in het bijzonder en werd besproken binnen het themateam Strategie en Financiën, dat de opmaak van de beleidsrapporten coördinerend opvolgt.
Het voorstel tot jaarrekening 2020 werd besproken op de gemeenteraadscommissie algemeen beleid en ondersteuning van 31 mei 2021.
De financiële toestand van de jaarrekening 2020 (in euro):
Budgettair resultaat |
Jaarrekening |
I. Exploitatiesaldo |
10 539 797 |
a. Ontvangsten |
56 562 966 |
b. Uitgaven |
46 023 168 |
II. Investeringssaldo |
-11 743 850 |
a. Ontvangsten |
2 141 757 |
b. Uitgaven |
13 885 607 |
III. Saldo exploitatie en investeringen |
-1 204 053 |
IV. Financieringssaldo |
-1 602 755 |
a. Ontvangsten |
3 028 216 |
b. Uitgaven |
4 630 971 |
V. Budgettair resultaat van het boekjaar |
-2 806 807 |
VI. Gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar |
37 635 827 |
VII. Gecumuleerd budgettair resultaat |
34 829 020 |
IX. Beschikbaar budgettair resultaat |
34 829 020 |
Autofinancieringsmarge |
Jaarrekening |
I. Exploitatiesaldo |
10 539 797 |
II. Netto periodieke aflossingen |
3 682 536 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen |
4 568 752 |
b. Periodieke terugvordering leningen |
886 216 |
III. Autofinancieringsmarge |
6 857 261 |
Gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
Jaarrekening |
I. Autofinancieringsmarge |
6 857 261 |
II. Correctie op de periodieke aflossingen |
438 636 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen |
4 568 752 |
b. Gecorrigeerde aflossingen o.b.v. de financiële schulden |
4 130 116 |
III. Gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
7 295 897 |
Keurt de jaarrekening 2020 goed, voor wat betreft het gedeelte van de gemeente, waaruit volgende financiële toestand blijkt:
Beschikbaar budgettair resultaat | 34 829 020 euro |
Autofinancieringsmarge | 6 857 261 euro |
Gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
7 295 897 euro |
Het betreft de kennisname van de rapportering over organisatiebeheersing 2020.
Het decreet lokaal bestuur, artikel 217 tot en met artikel 219, verplicht de gemeente en het OCMW om te werken aan organisatiebeheersing. Organisatiebeheersing is het geheel van maatregelen en procedures die ontworpen zijn om een redelijke zekerheid te verschaffen dat men:
De gemeente en het OCMW dienen hierbij over een algemeen kader - goedgekeurd door de gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn – te beschikken.
Het kader organisatiebeheersing voor de gemeente en het OCMW werd goedgekeurd door respectievelijk de gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn op 14 juni 2019.
Het verslag organisatiebeheersing 2020 werd besproken in de gemeenteraadscommissie Algemeen Beleid en Ondersteuning van 31 mei 2021.
Om stappen vooruit te kunnen zetten op het vlak van organisatiebeheersing voorziet het kader organisatiebeheersing onder meer dat er iedere drie jaar een zelfevaluatie gebeurt op het vlak van organisatiebeheersing. Deze zelfevaluatie werd voorbereid in 2019 en werd middels een interne bevraging en via de werking van de diverse themateams in het voorjaar van 2020 afgerond. Dit resulteerde in het najaar van 2020 in de opmaak van een actualisatie van het actieplan organisatiebeheersing voor de periode 2020-2022.
Aan deze rapportering worden ook nog het jaarverslag informatieveiligheid 2020 voor gemeente en OCMW en het jaarverslag klachten 2020 voor gemeente en OCMW toegevoegd.
Neemt kennis van:
- het verslag organisatiebeheersing 2020,
- het jaarverslag informatieveiligheid 2020,
- het jaarverslag klachten 2020 en
- het actieplan organisatiebeheersing 2020-2022.
De aanvraag tot verlenging van de erkenning als Logo door Logo Leieland met ingang van 1 januari 2022 voor de duur van 6 jaar wordt ondersteund, in toepassing van het decreet betreffende het preventieve gezondheidsbeleid en het besluit van de Vlaamse regering betreffende de Logo’s.
De 15 Logo’s (decretaal verankerd loco-regionaal gezondheidsoverleg en -organisatie) geven als netwerkorganisaties mee een gezicht aan het preventiebeleid van de Vlaamse overheid, hun opdrachtgever.
Om de gezondheid van de Vlaming en Brusselaar te verbeteren, werken ze via partners uit hun werkingsgebied aan gezondheidsbevordering en ziektepreventie in verschillende levensdomeinen. Met behulp van wetenschappelijk onderbouwde preventiemethodieken, aangeboden door partnerorganisaties, vertalen ze de Vlaamse gezondheidsdoelstellingen op een duurzame manier naar een lokaal en regionaal beleid, acties en projecten. Zo maken ze van de gezonde keuze de meest evidente keuze voor iedereen.
De huidige erkenningen van de 15 Logo's in Vlaanderen en Brussel lopen ten einde op 31 december 2021.
Gemeente Wevelgem valt binnen het werkingsgebied van Logo Leieland.
Logo Leieland wenst een verlenging van haar erkenning als Logo voor een nieuwe periode van 6 jaar aan te vragen. Hiervoor moet Logo Leieland tegen 30 juni 2021 een dossier indienen bij het agentschap Zorg en Gezondheid. Deze aanvraag moet ondersteund worden door minimaal 50% van de preventieorganisaties van elke hierna vermelde groep die in het werkgebied van Logo Leieland werken:
Hiermee erkent de Vlaamse regering de werking van lokale partners op het vlak van gezondheidsbevordering en ziektepreventie.
De nieuwe erkenningsperiode gaat in op 1 januari 2022 en eindigt op 31 december 2027.
Logo Leieland vraagt, middels schrijven van 7 april 2021, om de vraag tot verlenging van de erkenning te ondersteunen voor een bijkomende periode van 6 jaar en dus de Logo-werking te continueren.
De aanvraag tot verlenging van de erkenning als Logo door Logo Leieland met ingang van 1 januari 2022 voor de duur van 6 jaar wordt ondersteund.
Er wordt verder mandaat verleend aan W13 tot het opnemen van complementaire engagementen in het kader van het besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing en het contactonderzoek ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken, en dit tot en met 31 augustus 2021.
De gemeenteraad verleende op 11 december 2020 mandaat aan W13 tot het opnemen van complementaire engagementen in het kader van het besluit van de Vlaamse regering van 13 november 2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken. Dit mandaat eindigde op 31 maart 2021.
Op 23 april 2021 heeft de Vlaamse regering het door het besluit van de Vlaamse regering van 13 november 2020 vastgestelde financieringsmodel verlengd voor de periode van 1 april 2021 tot en met 30 juni 2021 voor de bronopsporing en voor de periode van 1 april 2021 tot en met 31 mei 2021 voor het contactonderzoek.
De gemeenteraad verlengde op 7 mei 2021 het mandaat aan W13 tot en met 30 juni 2021 wat de bronopsporing betreft en tot en met 31 mei 2021 wat het contactonderzoek betreft.
Omwille van dezelfde motieven als voor de verlenging door het bovenvermelde besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2021 en omwille van de kennis waarover men vandaag beschikt, de vaccinatiecampagne die vermoedelijk nog tot het najaar zal duren, de huidige besmettingsgraad, de evolutie van de ziekenhuisopnames en overlijdens, de verschillende virusvarianten en aankomende versoepelingen is het risico op lokale opflakkeringen nog steeds zeer reëel en de noodzaak om snel te kunnen opsporen blijvend.
Daarom werd het door het besluit van de Vlaamse regering van 13 november 2020 vastgestelde en door het bovenvermelde besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2021 verlengde financieringsmodel nogmaals verlengd door het besluit van de Vlaamse regering van 7 mei 2021 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing (voor de periode van 1 april 2021 tot en met 30 juni 2021) en het contactonderzoek (voor de periode van 1 april 2021 tot en met 31 mei 2021) ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken.
De werking van de bepalingen van het besluit van 23 april 2021 worden verlengd tot en met 31 augustus 2021.
Overeenkomstig artikel 10, 2°/1 van het besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing en het contactonderzoek ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken, is een verlenging van de samenwerkingsovereenkomst, ondertekend op 11 december 2020, met addendum, ondertekend op 4 mei 2021, onder gelijke voorwaarden en bepalingen zoals opgenomen in de samenwerkingsovereenkomst met addendum, tot en met 31 augustus 2021, mogelijk.
Wat de aard van de engagementen betreft, kunnen lokale besturen in het kader van het besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2021 kiezen tussen de volgende opties:
De lokale besturen werken in al deze opdrachten ondersteunend en/of aanvullend op de werking van de COVID-19-teams binnen de zorgraden alsook op de werking van de centrale contactcenters.
De gemeenten die inzetten op optie 1 (preventie, sensibilisering, bronopsporing, analyse van clusters, quarantaine-coaching en aandacht voor kwetsbare personen of groepen) krijgen een forfaitaire subsidie van 0,125 euro per inwoner per maand voor een periode van 1 april 2021 tot en met 30 juni 2021. Dit wordt verlengd tot en met 31 augustus 2021.
De gemeenten die inzetten op optie 2 (voorgaande engagementen optie 1 + aanvullend lokaal contactonderzoek) krijgen voorgaande forfaitaire subsidie en daarnaast nog een variabele subsidie van 40 euro per afgehandeld ticket/werkorder van een nieuwe indexpatiënt en 20 euro per afgehandeld ticket/werkorder van hoogrisicopatiënten voor een periode van 1 april 2021 tot en met 31 mei 2021. Dit wordt verlengd tot en met 31 augustus 2021.
Via W13 zet de gemeente reeds sedert 1 november 2020 in op de engagementen zoals deze bedoeld zijn in optie 2. Samen met de andere lokale besturen die zich verenigd hebben in W13, wil de gemeente dit engagement verlengen.
Het optreden van W13 gebeurt binnen al deze engagementen met inachtneming van de bescherming van de privacy van de burgers, zoals onder meer gewaarborgd door de algemene verordening gegevensbescherming (AVG).
Het decreet van 29 mei 2020 en het uitvoeringsbesluit van 12 juni 2020 voorzien dat de taken zoals opgelegd in artikel 44 van het preventiedecreet, meer bepaald het tegengaan van de verspreiding van infecties, uitgevoerd zullen worden door een samenwerkingsverband dat een contactcentrum opricht, dat belast wordt met opdrachten van opsporing en begeleiding van personen met een bevestigde of vermoedelijke diagnose van COVID-19, of van personen die mogelijk een risicodragend contact hebben gehad met een persoon die besmet is met COVID-19 of die vermoedelijk besmet is met COVID-19. Met voornoemde doelstelling kan W13 dan ook in naam en voor rekening van de gemeente als verwerker voor het agentschap Zorg en Gezondheid optreden en rechtstreeks toegang hebben tot de databank Sciensano – gegevensdatabank.
W13 zorgt samen met de gemeenten die zich hierin hebben verenigd voor de nodige capaciteit en middelen om dit engagement kwaliteitsvol op te nemen. Voor de inzet van medewerkers in functie van het lokale contactonderzoek wordt voorzien in de nodige technische opleiding en aansturing (door Smals vzw en het consortium Opsporing).
De afspraken i.v.m. de aard en de uitvoering van de complementaire engagementen (incl. contactonderzoek) werden formeel vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst tussen het agentschap Zorg en Gezondheid en W13. Deze worden nu nogmaals verlengd via het addendum (zie bijlage).
Deze complementaire engagementen doen geen afbreuk aan de engagementen die door W13 in de bestrijding van de coronapandemie reeds opgenomen worden. Integendeel, ze zijn bedoeld om deze werking nog te versterken.
Door huidige beslissing kunnen de complementaire engagementen in naam en voor rekening van de gemeente verder worden opgenomen door W13. De uitvoering ervan zal dus verder gebeuren door W13.
De bewoording van het besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2021 laat echter niet toe dat de subsidies worden aangevraagd vanuit de regiowerking. De gemeenten moeten deze subsidies zelf aanvragen.
Tussen de gemeenten die zich verenigd hebben in W13 wordt dan ook overeengekomen dat de forfaitaire en de variabele subsidie van de respectievelijke gemeenten worden opgevraagd door de stad Kortrijk en vervolgens worden doorgestort aan W13.
Gelet op de hoogdringendheid, besliste het college van burgemeester en schepenen op 19 mei 2021 tot verlenging van bedoelde mandaatverlening aan W13. Tevens gaf het college van burgemeester en schepenen mandaat aan de stad Kortrijk om in haar naam en voor haar rekening de subsidies aan te vragen en te ontvangen, met het oog op de doorstorting ervan aan W13. Dit alles onder voorbehoud van bekrachtiging door de gemeenteraad.
Bekrachtigt de beslissingen genomen door het college van burgemeester en schepenen op 19 mei 2021:
Artikel 1
Neemt kennis van het besluit van de Vlaamse regering van 7 mei 2021 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing (voor de periode van 1 april 2021 tot en met 30 juni 2021) en het contactonderzoek (voor de periode van 1 april 2021 tot en met 31 mei 2021) ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken.
Artikel 2
Gaat akkoord om verder samen met de andere gemeenten die zich verenigd hebben in W13, zich in het kader van het besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing en het contactonderzoek ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken (zoals laatst gewijzigd op 7 mei 2021), complementair in te zetten in sensibilisering, preventie, bronopsporing, quarantainecoaching en aanvullend lokaal contactonderzoek (optie 2) overeenkomstig het in artikel 3 bedoelde addendum.
Artikel 3
Geeft mandaat aan W13 om in haar naam en voor haar rekening het addendum aan de samenwerkingsovereenkomst afgesloten door W13 met het agentschap Zorg en Gezondheid te ondertekenen en de engagementen verder op te nemen.
Artikel 4
De stad Kortrijk wordt gemandateerd om zowel de variabele als de forfaitaire subsidie in naam van de gemeente aan te vragen bij het agentschap Binnenlands Bestuur en door te storten aan het samenwerkingsverband W13.
Hecht zijn goedkeuring aan de overeenkomst met de provincie West-Vlaanderen betreffende 'de planning van de aanleg van de (weg)infrastructuur op het bovenlokale functionele fietsroutenetwerk' langs de Ledegemstraat.
In 2009 startte de provincie West-Vlaanderen het fietsfondsdossier Ledegemstraat op in functie van de aanleg van (weg)infrastructuur op het bovenlokale functionele fietsroutenetwerk langs de Ledegemstraat. De provincie stelde hiervoor studiebureau Jonckheere aan als ontwerper. In 2012 was het dossier uiteindelijk klaar voor aanbesteding. De rooilijn- en verwervingsplannen werden op 12 september 2012 overgemaakt aan de gemeente Wevelgem. De grondverwervingen zijn immers ten laste van de gemeente.
De grondverwervingen lieten echter lang op zich wachten wegens discussie met de private eigenaar(s). De provincie zette hierdoor het contract met het studiebureau stop. Op 22 maart 2018 maakte de provincie de digitale plannen over zodat de gemeente Wevelgem toch nog verder kon gaan met verwerven.
Op 29 maart 2021 vond een overleg plaats tussen de gemeente Wevelgem, de gemeente Ledegem en de provincie West-Vlaanderen om het dossier nieuw leven in te blazen. De drie partijen vonden elkaar hierin. Er werd voorgesteld om een overeenkomst op te maken om de verdere planning vast te leggen. Deze overeenkomst werd goedgekeurd door de deputatie op 20 mei 2021 en ligt nu ook ter goedkeuring voor aan de gemeenteraad.
De samenwerkingsovereenkomst met de provincie West-Vlaanderen betreffende 'de planning van de aanleg van de (weg)infrastructuur op het bovenlokale functionele fietsroutenetwerk' wordt goedgekeurd als volgt:
Tussen:
− de provincie West-Vlaanderen, vertegenwoordigd door de deputatie, voor wie optreedt, de gedeputeerde voor Mobiliteit, de heer Jurgen VANLERBERGHE, en het diensthoofd-directeur van de dienst Mobiliteit en Infrastructuur, de heer Evert DE PAUW, en die handelen ter uitvoering van de beslissing van de deputatie (van 20 mei 2021), hierna genoemd 'de provincie'
− en de gemeente Wevelgem, vertegenwoordigd door de gemeenteraad, voor wie optreedt de heer Jo LIBEER, voorzitter van de gemeenteraad, en de heer Kurt PARMENTIER, algemeen directeur, en die handelen ter uitvoering van de beslissing van de gemeenteraad (van 11 juni 2021), hierna genoemd 'de gemeente'.
Artikel 1 Voorwerp van onderhavige overeenkomst
§1. De overeenkomst heeft tot doel de wederzijdse engagementen vast te leggen tussen de provincie en de gemeente betreffende de voorbereiding voor de realisatie van en de projectplanning voor 'de aanleg van een fietspad gelegen langs de Ledegemstraat te Wevelgem' in het kader van het provincieraadsbesluit van 22 maart 2018 betreffende de financiering van het bovenlokale functionele fietsroutenetwerk in het kader van het fietsfonds.
§2. Naast het fietsfondsproject wenst de gemeente werken uit te voeren aan de rijweg en/of riolering en/of andere werken. Gelet op de samenhang zijn beide partijen van oordeel dat zowel het fietsfondsproject als de werken aan de rijweg en/of riolering en/of andere werken, dienen te worden opgenomen in één uitvoeringsdossier en de werken en de opdracht in het algemeen belang dienen te worden samengevoegd.
Artikel 2 Wederzijdse engagementen m.b.t. de realisatie van het project
§1. De gemeente neemt in voorkomend geval alle noodzakelijke ingrepen en alle overige kosten, die niet vallen onder de fietsfondsregeling, volledig op zich, inclusief de grondverwervingen, maakt hiervoor de nodige voorzieningen in haar meerjarenplan en stelt een opdrachthouder aan voor de realisatie van de grondverwervingen.
§2. De kosten voor de opmaak van het uitvoeringsdossier, met name de studiekosten, erelonen, kosten voor veiligheidscoördinatie, kosten voor grondonderzoek, kosten voor opmaak en conformverklaring van het technisch verslag, kosten voor opmaak en de aktename van de archeologienota, kosten voor opmaak en conformverklaring sloopopvolginsplan en toezichtskosten met betrekking tot het fietsfondsproject, worden volledig gedragen door de provincie als aanbestedende overheid.
Alle kosten verbonden aan de opmaak van het uitvoeringsdossier voor het vernieuwen van de rijwegen en/of aanleg van de riolering en/of andere werken, niet gerelateerd aan het fietsfondsproject, vallen ten laste van de gemeente en/of rioolbeheerder.
§3. De gunningsprocedure en uitvoering van de werken, alsook de kostenverdeling, worden nader geregeld in een overeenkomst voor een gezamenlijke overheidsopdracht van werken, die wordt afgesloten op het moment van de voorlegging van het ontwerp en de wijze van gunning aan de bevoegde bestuursorganen.
§4. De gemeente verleent een bouwrecht op zijn grond aan de provincie voor de aanleg van de in artikel 1, §1 bedoelde infrastructuur. De gemeente verzaakt aan het recht de wegruiming of schadevergoeding te vorderen bedoeld in artikel 555, tweede lid B.W.
§5. De gemeente verbindt zich ertoe om, binnen een termijn (te bepalen in onderling overleg met de provincie), de nodige flankerende maatregelen te nemen en aan te brengen op de gemeentewegen, inclusief groen- en bomenaanplant, dit conform start- en projectnota.
§6. De gemeente verbindt zich er toe om, na de voorlopige oplevering van de werken, het beheer en het onderhoud van de in artikel 1, §1 bedoelde nieuwe infrastructuur, gelegen op haar openbaar domein, over te nemen.
Artikel 3 Wederzijdse engagementen m.b.t. de projectplanning
§1. De partijen engageren zich tot het volgen van de kwaliteitseisen inzake projectplanning, fietsinfrastructuur, milieu- en waterbeheer zoals onder meer vastgelegd in het besluit van de Vlaamse regering van 25 januari 2013, het Vademecum Fiets van de Vlaamse overheid, de Lichtvisie West-Vlaams Platteland, de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater en de provinciale stedenbouwkundige verordening baangrachten.
§2. De partijen engageren zich tot het respecteren van de planningsafspraken in bijlage 1, teneinde de doorlooptijden van de diverse procedures niet nodeloos te laten uitdeinen. Een geactualiseerde timing wordt opgemaakt via een projectfiche.
§3. Beide partijen verbinden zich er toe de andere partij op de hoogte te houden van de vooruitgang van de voorbereidingen, de andere partij uit te nodigen op overlegvergaderingen, bewonersvergaderingen, … en rekening te houden met de technische en juridische opmerkingen van de andere partij.
Artikel 4 Provinciale herkenbaarheid
De gemeente verbindt zich er toe om, bij verspreiden van informatie naar pers en publiek, melding te maken van de betrokkenheid van het provinciebestuur overeenkomstig het reglement betreffende de provinciale herkenbaarheid (desgevallend zoals vermeld in bijlage 3) bij elke vorm van provinciale subsidie en desgevallend van andere partners die meefinancieren.
Artikel 5 Niet naleving
Indien één van de partijen in gebreke blijft om deze overeenkomst na te leven, kan de andere partij de in gebreke blijvende partij hierover aangetekend in gebreke stellen. De in gebreke blijvende partij dient binnen een termijn van 2 maanden een verantwoording te verstrekken. Indien er geen afdoende verantwoording wordt gegeven, heeft de andere partij het recht tot eenzijdige ontbinding.
Alle eventuele conflicten en geschillen vallen uitsluitend onder de bevoegdheid van de rechtbank van het gerechtelijk arrondissement West-Vlaanderen, afdeling Brugge.
Artikel 6 Bijlagen
De bijlagen omvatten concrete afspraken en richtlijnen en maken integraal deel uit van deze overeenkomst. De inhoud van deze bijlagen kan niet strijdig zijn met de overeenkomst, zo wel primeert de tekst van de overeenkomst. De volgende bijlagen zijn aan deze overeenkomst toegevoegd:
Bijlage 1: schema planningsafspraken
Bijlage 2: reglement betreffende provinciale herkenbaarheid (art. 4)
Bijlage 3: overzicht financiering van het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk
- Besluit van de provincieraad van 22 maart 2018 betreffende financiering van het bovenlokaal fietsroutenetwerk
- Besluit van de Vlaamse regering van 25 januari 2013 tot bepaling van de nadere regels betreffende de financiering en de samenwerking voor het mobiliteitsbeleid en latere wijzigingen, Titel 3, Hoofdstuk 3 – Afdeling 1 – artikel 49.
Goedkeuring wordt gegeven aan het wegenistracé, de aanleg ervan en de rooilijn naar aanleiding van de omgevingsvergunningsaanvraag voor de aanleg van een pad tussen de Secretaris Vanmarckelaan en de Heerweg.
De aanleg van het pad tussen de Secretaris Vanmarckelaan en de Heerweg kadert in de projecten ‘Heerlijke Heulebeek’ en ‘Groene Slinger Moorsele’. De bedoeling is om een veilig en aantrekkelijk wandel- en fietstracé te creëren langs de Heulebeek vanuit het centrum van Moorsele, richting provinciaal domein Bergelen en Kleine Bergelen. In overleg met landbouwer Persyn worden gronden geruild zodat het huidige tracé, dat op private eigendom ligt, openbaar wordt. Het pad verbindt de Secretaris Vanmarckelaan met de Heerweg en paalt aan het sportcentrum. Momenteel bevindt het pad zich in een slechte staat. Het bestaat uit een combinatie van gebroken steenafval, aarde en graszoden. Pal naast het pad staat een rij Italiaanse populieren. Deze bevinden zich eveneens in een slechte staat, de meeste zijn rot.
Het pad wordt helemaal heraangelegd in een comfortabel tweesporenpad (2 sporen in beton, de rest in grindgazon). Het water vloeit van de betonstroken in de aanpalende grindgazonstroken waar het dan in de bodem kan infiltreren. Het bestaande niveau wordt behouden. Twee tractorsluizen zullen voorkomen dat het pad gebruikt wordt door auto’s. Tegelijkertijd wordt ook aandacht geschonken aan de natuur. De 210 Italiaanse populieren, worden vervangen door een streekeigen heg, aangevuld met 41 duurzame bomen (linde en eik) en bloemenweiden. Op het sportcentrum, tussen de heg en de voetbalterreinen, voorziet men ruimte voor de mogelijke integratie van een onverhard Fins pad en/of mountainbikepad. Langs het voetbalveld voorziet men een afsluiting met een hoogte van 1,5 m om de ballen op te vangen.
Tijdens het openbaar onderzoek werden geen bezwaarschriften ingediend.
De lastvoorwaarden en de wijze van gunnen voor de uitvoering van de aanleg van het pad tussen de Secretaris Vanmarckelaan en de Heerweg werden reeds goedgekeurd door de gemeenteraad op 12 maart 2021. Nu worden het wegenistracé, de aanleg ervan en de rooilijn naar aanleiding van de omgevingsvergunningsaanvraag voor de aanleg van het pad ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
Goedkeuring wordt gegeven aan het wegenistracé, de aanleg ervan en de rooilijn naar aanleiding van de omgevingsvergunningsaanvraag voor de aanleg van een pad tussen de Secretaris Vanmarckelaan en de Heerweg.
Goedkeuring wordt gegeven aan het wegenistracé, de aanleg ervan en de rooilijn naar aanleiding van de omgevingsvergunningsaanvraag voor het bouwen van 12 eengezinswoningen en een meergezinswoning met 28 appartementen langs de Wagenbrugstraat.
Het wegenistracé, de aanleg ervan en de rooilijn naar aanleiding van de omgevingsvergunningsaanvraag voor het bouwen van 12 eengezinswoningen en een meergezinswoning met 28 appartementen langs de Wagenbrugstraat worden ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
De huisvestingsmaatschappij De Vlashaard cvba, samen met Wonen Regio Kortrijk, voorziet het bouwproject tussen de Overheulestraat en Wagenbrugstraat te realiseren. Hierbij worden 8 sociale koopwoningen, 4 sociale huurwoningen en 28 sociale meergezinswoningen gebouwd. Het project is volgens het gewestplan Kortrijk gelegen in woonuitbreidingsgebied, en in de zone voor wonen en gemengde functies van het RUP Moorsele kern (28 augustus 2018).
De projectzone is gelegen tussen de Overheulestraat en Wagenbrugstraat respectievelijk aan de west- en noordzijde en grenst aan private percelen aan de noord- en zuidzijde. Ten dienste van de geplande woongelegenheden wordt een gescheiden rioleringsstelsel voorzien met infiltratie en buffergracht en -bekken, en de noodzakelijke wegenisverhardingen en groenaanleg.
De voetpaden aan de Overheulestraat en de Wagenbrugstraat worden vernieuwd ter hoogte van de woningen. Ter hoogte van de toeritten naar de meergezinswoningen wordt het voetpad doorgetrokken om een vertragend effect te realiseren voor voertuigen die de projectzone verlaten. De voetpaden worden met kleinschalig materiaal (grijze betonstraatstenen 22 x 22 x 8) aangelegd. Om toegang te verlenen aan het appartementsgebouw en de 2 inritten van de te realiseren ondergrondse garage worden 2 toegangswegen aangelegd. De toegangswegen naar de meergezinswoningen zijn onderling niet verbonden waardoor er geen doorgaand gemotoriseerd verkeer mogelijk is tussen de Overheulestraat en Wagenbrugstraat. Deze worden aangelegd in grijze uitgewassen cementbetonverharding. Aan elke zijde van het project worden parkeerhavens aangelegd. Aan de zijde van de Overheulestraat zijn er 10 parkeerplaatsen waarvan 1 voor personen met een handicap. Aan de zijde van de Wagenbrugstraat zijn er 9 parkeerplaatsen waarvan 1 voor personen met een handicap, of in totaal 19 publieke parkeerplaatsen. Elke woning en appartement heeft 1 parkeerplaats op privaat domein. Er wordt een fiets- en wandelverbinding door het groen voorzien aan de zuidkant van het project, die ook verbonden is met de Canteclaerstraat. Aan de noordzijde wordt rond het appartement ook een wandelpad aangelegd dat toegang biedt aan de speelzone, de natuurlijke moeraszone en de openbare binnentuin. De wandelpaden worden aangelegd in semi-verharding. Er worden 4 staanplaatsen voor de brandweer voorzien voor het centraal gelegen appartementsgebouw. De 8 loten langs de Wagenbrugstraat krijgen langs de achterzijde van de percelen een verhard kruiwagenpad om zo toegang te krijgen tot de bergingen en private tuinen. De 4 loten aan de Overheulestraat kunnen langs de achterzijde van de loten ook toegang nemen tot hun tuinen via de aangelegde toegangsweg.
Aan de westkant van het appartement wordt een moerassige regentuin aangelegd. Het overtollige water kan infiltreren door de planten en de voorziene gracht. Dit zorgt voor een combinatie van een functionele en mooie indeling. Deze combinatie van groen en waterberging is een integrale oplossing waarin ook een bijdrage wordt geleverd aan de reductie van hittestress, vergroting van biodiversiteit en beleving. De appartementen omranden de binnentuin. Het is de bedoeling om de gemeenschappelijke tuin in te richten als een oase van rust en een plek van ontmoeting voor de bewoners van de meergezinswoningen. Aan de oostzijde van het appartement wordt een natuurlijke speelzone ingericht. De weinige bestaande beplanting aanwezig binnen de projectzone wordt gerooid met uitzondering van de singuliere boom die op de plannen wordt aangeduid als te behouden.
De reliëfwijziging betreft hoofdzakelijk het aanleggen van een infiltratiegracht en verlaagde moeraszone die het hemelwater van de projectzone opvangt en laat herinfiltreren in de ondergrond. Als spelprikkel worden er enkele speelheuvels aangelegd. Rond de appartementen worden kleine taluds aangebracht voor de aanleg van beplanting.
Tijdens het openbaar onderzoek werd één bezwaarschrift ingediend.
Het pré-advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar zit in bijlage.
Goedkeuring wordt gegeven aan het wegenistracé, de aanleg ervan en de rooilijn naar aanleiding van de omgevingsvergunningsaanvraag voor het bouwen van 12 eengezinswoningen en een meergezinswoning met 28 appartementen langs de Wagenbrugstraat.
Goedkeuring wordt gegeven aan het wegenistracé, de aanleg ervan en de rooilijn naar aanleiding van de omgevingsvergunningsaanvraag voor het verkavelen van gronden voor 2 kavels in halfopen bebouwing in Dreef Ter Elst.
Het wegenistracé, de aanleg ervan en de rooilijn voor het verkavelen van gronden voor 2 kavels in halfopen bebouwing in Dreef Ter Elst worden ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
De bouwplaats is gelegen ten zuidoosten van Gullegem. Het perceel is gelegen langs de gemeenteweg Dreef Ter Elst, een doodlopende straat met een breedte van 3,40 m (zonder de weggoot van 30 cm). Het is een verbinding tussen de Europalaan en de Heulestraat, doch er staan reflectorpaaltjes die de doorgang van auto’s onmogelijk maken, dit t.h.v. het wandelpad. Het straatje is enkel met de wagen te bereiken via de Europalaan.
Het terrein is momenteel bebouwd met 8 prefab garages en een klein bijgebouw. In de omgeving is er vooral open bebouwing met woningen met 1 bouwlaag en een bouwlaag onder het dak.
De aanvraag omvat het verkavelen van het perceel in 2 kavels voor halfopen bebouwing. De hoofdbestemming is eengezinswoningen. Een beperkte nevenbestemming, zoals kantoorfunctie of vrij beroep wordt toegelaten mits behoud van wonen als hoofdfunctie. De nevenfunctie is beperkt tot minder dan 30%.
Op het verkavelingsplan is de zone voor het hoofdgebouw vastgesteld. De woningen worden ingeplant tegen de nieuwe rooilijn. De maximale gevelbreedte is 9 m, de bouwdiepte 9,60 m. De achterbouwlijn moet minimaal 8 m van de achterste perceelsgrens worden ingeplant, om zo voldoende tuin te behouden. De inplanting van de woning is vastgelegd op minimaal 3 m van de zijdelingse perceelsgrens.
Het maximale gabarit is 2 volle bouwlagen met een hellend dak van maximum 45° of plat dak. De nok moet evenwijdig zijn met de voorgevellijn en is maximaal 10,5 m hoog.
Per kavel wordt één garage/carport en één autostaanplaats voorzien. Carports kunnen in de vrije zijstrook op minstens 5 m voorbij de rooilijn. De carport mag, met uitzondering van de zijgevel van de hoofdgebouw, geen afgesloten wanden hebben. Uitgezonderd op lot 2 wanneer tegen de bestaande muur wordt gebouwd.
Afzonderlijke bergplaatsen zijn toegelaten buiten de bouwzone, met een maximum van 10 m². De bijgebouwen mogen op de perceelsgrens worden opgetrokken in baksteenmetselwerk. Bij het gebruik van andere materialen moet een afstand van minstens 1 m van de perceelsgrens in acht worden genomen.
De terrassen (maximum 30 m²) kunnen worden aangelegd in waterdichte vlakken, mits afwatering naar de tuin. De parkeerstrook voor de carport moet worden aangelegd in waterdoorlatende materialen.
Als afscheiding tussen de loten mag een houten of draadafsluiting worden geplaatst. Op de grens tussen 2 percelen kan een houten afsluiting of hagen met een maximale hoogte van 2 m.
Er moeten enkele wegeniswerken uitgevoerd worden door de verkavelaar zoals aanleg boordstenen en voetpad, alsook aansluiting op de openbare riolering.
Tijdens het openbaar onderzoek werden 6 bezwaarschriften ingediend.
Het pré-advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar zit in bijlage.
Goedkeuring wordt gegeven aan het wegenistracé, de aanleg ervan en de rooilijn naar aanleiding van de omgevingsvergunningsaanvraag voor het verkavelen van gronden voor 2 kavels in halfopen bebouwing in Dreef Ter Elst.
Hecht zijn goedkeuring aan het samenwerkingsprotocol i.k.v. de deelname aan de Open Oproep van de Vlaams Bouwmeester door gemeente Wevelgem en de Vlaamse Milieumaatschappij voor de volledige studieopdracht voor het bouwen van een nieuw ontmoetingscentrum, ontwerpen van een centrumplein, openleggen en herinrichten van de Heulebeek en opwaarderen van centrale groenzones te Gullegem en verleent het mandaat aan de Vlaams Bouwmeester om het project op te nemen in de eerstvolgende publicatie van de Open Oproep.
Binnen de realisatie van de centrumvernieuwing van Gullegem kiezen de betrokken publieke opdrachtgevers, de gemeente Wevelgem en de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM, als beheerder van de Heulebeek), om voor de volledige studieopdracht voor het bouwen van een nieuw ontmoetingscentrum, ontwerpen van een centrumplein, openleggen en herinrichten van de Heulebeek en opwaarderen van de centrale groenzones te Gullegem, via de procedure Open Oproep van de Vlaams Bouwmeester te werken.
De samenwerkingsovereenkomst met de VMM betreffende ontwerpproces voor openlegging, herinrichting en opwaardering van de Heulebeek in Gullegem samen met en in afstemming met bouw van nieuwe ontmoetingscentrum, goedgekeurd door de gemeenteraad op 7 mei 2021, omvatte reeds het akkoord inzake:
- de selectie van een ontwerpteam via de Open Oproep van de Vlaams Bouwmeester;
- de kostenverdeling gekoppeld aan deze procedure.
De Open Oproep is een unieke en vernieuwende manier van selecteren van en onderhandelen met ontwerpers voor opdrachten op het vlak van architectuur, stedenbouw, landschapsinrichting, publieke ruimte en infrastructuur. Dit gebeurt op basis van een gegroepeerde Europese publicatie tweemaal per jaar. De procedure biedt concreet op een aantal cruciale punten een meerwaarde.
De samenwerking tussen de publieke opdrachtgevers en de Vlaams Bouwmeester start met het afsluiten van een samenwerkingsprotocol (in bijlage). Het protocol bevat alle afspraken die cruciaal zijn voor het welslagen van de selectieprocedure, zoals o.m. het ambitieniveau van de opdracht, het budget en de beschikbare middelen, de indicatieve timing van de procedure, de voorziene vergoedingen voor de ontwerpers en deskundigen, …
Het geraamde investeringsbedrag van de werken bedraagt 10 480 000 euro (excl. btw, excl. ereloon), samengesteld als volgt:
Dit betreft een maximale raming waarbij reeds rekening gehouden werd met een procentuele uitbreidingsmarge voor onvoorziene omstandigheden i.k.v. de uitvoering.
Op basis van dit samenwerkingsprotocol verlenen de opdrachtgevers aan de Vlaams Bouwmeester het mandaat (in bijlage) om het project op te nemen in de volgende publicatie van de Open Oproep en verklaren zich akkoord met het Open Oproep reglement (in bijlage), het typebestek en de projectgebonden afspraken.
De kosten en vergoedingen voor de deelname aan de Open Oproep worden geraamd op:
Deze kosten worden voor 1/3 gedragen door de gemeente Wevelgem en voor 2/3 door de VMM (cfr. de samenwerkingsovereenkomst met de VMM betreffende ontwerpproces voor openlegging, herinrichting en opwaardering van de Heulebeek in Gullegem samen met en in afstemming met bouw van nieuwe ontmoetingscentrum, goedgekeurd op de gemeenteraad van 7 mei 2021).
De kosten voor vergoeding van de ontwerpstudie worden geraamd op:
Als op het einde van de Open Oproep kan overgegaan worden tot de gunning van de opdracht aan een ontwerpteam, wordt bij gunning een nieuwe 'realisatieovereenkomst' opgemaakt tussen de VMM en de gemeente Wevelgem. In deze 'realisatieovereenkomst' worden afspraken gemaakt omtrent de kostenverdeling en onderlinge afstemming van aspecten (ereloon ontwerp der werken, aanneming, uitvoering, projectbegeleiding, ...) van de uitvoering van het project of een deel van het project (cfr. de samenwerkingsovereenkomst met de VMM betreffende ontwerpproces voor openlegging, herinrichting en opwaardering van de Heulebeek in Gullegem samen met en in afstemming met bouw van nieuwe ontmoetingscentrum, goedgekeurd op de gemeenteraad van 7 mei 2021).
Het gemeentelijk aandeel van de vergoeding voor de geleverde prestaties wordt aangerekend op onderstaande rekeningen van het investeringskrediet:
Artikel 1
Hecht zijn goedkeuring aan het samenwerkingsprotocol voor het vastleggen van de afspraken tussen de gemeente Wevelgem en de Vlaamse Milieumaatschappij en de Vlaams Bouwmeester voor de volledige studieopdracht voor het bouwen van een nieuw ontmoetingscentrum, ontwerpen van een centrumplein, openleggen en herinrichten van de Heulebeek en opwaarderen van de centrale groenzones te Gullegem.
Artikel 2
Verleent op basis van dit samenwerkingsprotocol het mandaat aan de Vlaams Bouwmeester om het project op te nemen in de eerstvolgende publicatie van de Open Oproep (0042 juni 2021) en verklaart zich akkoord met het Open Oproep reglement en de projectgebonden afspraken.
Het jaarverslag en de rekening 2020 van de interlokale vereniging scholengemeenschap De Leiebrug worden goedgekeurd.
De gemeentelijke basisschool behoort tot de scholengemeenschap De Leiebrug.
In de samenwerkingsovereenkomst (artikel 9, §3) ter zake is voorzien dat er jaarlijks een rekening en een jaarverslag dienen voorgelegd te worden aan de betrokken gemeenteraden en het schoolbestuur van ‘De Kleine Prins’.
Het jaarverslag en de rekening 2020 werden overlegd in het beheerscomité van de scholengemeenschap De Leiebrug van 2 april 2021.
Het jaarverslag en de rekening 2020 van de interlokale vereniging scholengemeenschap De Leiebrug worden goedgekeurd.
Dit punt werd niet goedgekeurd.
Volgend toegelicht voorstel van beslissing werd bezorgd door de raadsleden van de fractie Groen:
Het probleem van de waterschaarste blijft voortdurend terug opduiken in de media. Droogteperiodes worden langer en intenser, regenperiodes zijn korter en heviger. Door het sterk verharde landschap in Vlaanderen krijgt het regenwater de tijd niet om door te dringen in de grond en wordt het versneld afgevoerd via de riolering, beken en rivieren.
Een stuk van de oplossing kunnen we vinden in het ontharden van 100% ondoordringbare straten, pleinen, parkeerstroken, …
De stad Damme vernieuwde onlangs twee straten en heeft die volledig waterdoorlatend aangelegd.
Ook in onze gemeente kunnen heel wat straten op een meer waterdoorlatende wijze aangelegd worden. Zeker op de wegen waar geen doorgaand verkeer over moet, kan een grote winst geboekt worden. In éénrichtingsstraten kan gewerkt worden met een karrespoor zodat er een doorlaatbare middenstrook ontstaat. Parkeerstroken kunnen aangepast worden naar een waterdoorlatende ondergrond.
Er bestaan op vandaag al heel wat mogelijkheden en materialen om een waterdoorlatende ondergrond aan te leggen. De ene al efficiënter en met een hogere opbrengst dan de andere.
Jammer genoeg stellen we nogal te vaak vast dat bij een heraanleg van een straat of bij de ontwikkeling van nieuwe verkavelingen, wijken en straatjes nog steeds gekozen wordt voor een 100% verharding in asfalt of beton.
We stellen voor om een kader uit te werken waarbij vastgelegd wordt voor welk type straat, plein, parkeerstrook, … welk type ondergrond wordt gekozen, met daarbij telkens de focus op een maximale waterdoorlaatbaarheid.
Op die manier kan bij de heraanleg van straten een maximale winst gemaakt worden. En kan bij de aanleg van nieuwe wegen aan de ontwikkelaar en aannemer een duidelijk voorschrift opgelegd worden zodat de impact op het grondwater zo minimaal mogelijk blijft.
Voorstel van beslissing:
Uitwerken van een kader waarbij vastgelegd wordt voor welk type straat, plein, parkeerstrook, ... welke type ondergrond wordt gekozen, met daarbij telkens de focus op een maximale waterdoorlaatbaarheid.
Dit punt werd niet goedgekeurd.
Vraag ingediend door de raadsleden van de fractie Groen.
Vraag ingediend door de raadsleden van de fractie Groen.
Vraag ingediend door de raadsleden van de fractie Groen.
Vraag ingediend door de raadsleden van de fractie Groen.
Vraag ingediend door raadslid Hendrik Vanhaverbeke, namens de N-VA-fractie.
Vraag ingediend door raadslid Hendrik Vanhaverbeke, namens de N-VA-fractie.
Vraag ingediend door de raadsleden van de fractie Groen.
Vraag ingediend door de raadsleden van de fractie Groen.
Vraag ingediend door de raadsleden van de fractie Vooruit.
Vraag ingediend door de raadsleden van de fractie Vooruit.
Vraag ingediend door de raadsleden van de fractie Vooruit.
Vraag ingediend door de raadsleden van de fractie Vooruit.
Vraag ingediend door de raadsleden van de fractie Vooruit.
Vraag ingediend door de raadsleden van de fractie Vooruit.
De jaarrekening 2020 wordt definitief vastgesteld.
Het voorontwerp van deze jaarrekening was voorwerp van overleg tussen de leden van het managementteam in het bijzonder en werd besproken binnen het themateam Strategie en Financiën, dat de opmaak van de beleidsrapporten coördinerend opvolgt.
Het voorstel tot jaarrekening 2020 werd besproken op de gemeenteraadscommissie algemeen beleid en ondersteuning van 31 mei 2021.
De gemeenteraad van heden stelde de jaarrekening voor het deel van de gemeente vast.
De raad voor maatschappelijk welzijn stelde de jaarrekening voor het deel van het OCMW vast.
De financiële toestand van de jaarrekening 2020 (in euro):
Budgettair resultaat |
Jaarrekening |
I. Exploitatiesaldo |
10 539 797 |
a. Ontvangsten |
56 562 966 |
b. Uitgaven |
46 023 168 |
II. Investeringssaldo |
-11 743 850 |
a. Ontvangsten |
2 141 757 |
b. Uitgaven |
13 885 607 |
III. Saldo exploitatie en investeringen |
-1 204 053 |
IV. Financieringssaldo |
-1 602 755 |
a. Ontvangsten |
3 028 216 |
b. Uitgaven |
4 630 971 |
V. Budgettair resultaat van het boekjaar |
-2 806 807 |
VI. Gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar |
37 635 827 |
VII. Gecumuleerd budgettair resultaat |
34 829 020 |
IX. Beschikbaar budgettair resultaat |
34 829 020 |
Autofinancieringsmarge |
Jaarrekening |
I. Exploitatiesaldo |
10 539 797 |
II. Netto periodieke aflossingen |
3 682 536 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen |
4 568 752 |
b. Periodieke terugvordering leningen |
886 216 |
III. Autofinancieringsmarge |
6 857 261 |
Gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
Jaarrekening |
I. Autofinancieringsmarge |
6 857 261 |
II. Correctie op de periodieke aflossingen |
438 636 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen |
4 568 752 |
b. Gecorrigeerde aflossingen o.b.v. de financiële schulden |
4 130 116 |
III. Gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
7 295 897 |
Gaat over tot definitieve vaststelling van de jaarrekening 2020, waaruit volgende financiële toestand blijkt:
Beschikbaar budgettair resultaat | 34 829 020 euro |
Autofinancieringsmarge | 6 857 261 euro |
Gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
7 295 897 euro |
Er wordt een kandidaat-bestuurder voorgedragen in vervanging van een bestuurder die zijn mandaat vervulde als vertegenwoordiger van de gemeente.
De gemeente is lid van cvba De Vlashaard (De Vlashaard). De gemeenteraad droeg op 15 mei 2020 de heer Jeroen Verhagen voor als kandidaat-bestuurder in De Vlashaard. Deze werd door de algemene vergadering van De Vlashaard benoemd tot bestuurder.
In zijn schrijven van 17 mei 2021 deelt de heer Jeroen Verhagen mee ontslag te nemen als bestuurder in De Vlashaard.
Vanuit de gemeente wordt voorgesteld om de heer Jeroen Verhagen die zijn mandaat vervulde als vertegenwoordiger van de gemeente te vervangen. Daartoe moet de gemeente, overeenkomstig artikel 6 van de statuten, een verzoek richten aan de Vlashaard bij aangetekende brief.
Volgende personen worden voorgedragen als kandidaat-bestuurder in vervanging van de heer Jeroen Verhagen:
Artikel 1
De heer Wilfried Vanneste wordt voorgedragen als kandidaat-bestuurder in de raad van bestuur van De Vlashaard in vervanging van de heer Jeroen Verhagen en dit tot de vervanging naar aanleiding van de vernieuwing van de gemeenteraad in 2025.
Artikel 2
De Vlashaard wordt bij aangetekende brief op de hoogte gebracht van deze beslissing.
Namens gemeenteraad,
Kurt Parmentier
algemeen directeur
Jo Libeer
voorzitter